AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
2746 HOF VAN CASSATIE Nr. 677 - 27.<strong>11</strong>.08<br />
Nr. 677<br />
1° KAMER - 27 november <strong>2008</strong><br />
CASSATIEMIDDELEN — BURGERLIJKE ZAKEN — VERBAND MET<br />
BESTREDEN BESLISSING - MIDDEL DAT GEEN VERBAND HOUDT MET DE BESTREDEN<br />
BESLISSING - ONTVANKELIJKHEID<br />
Het middel dat geen verband houdt met de bestreden beslissing is niet ontvankelijk 1 .<br />
(P. T. C. e.a.)<br />
ARREST (vertaling)<br />
(A.R. C.07.0536.F)<br />
I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF<br />
Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest, op 12 juli 2007 gewezen door<br />
het Hof van Beroep te Brussel.<br />
Raadsheer Martine Regout heeft verslag uitgebracht.<br />
Advocaat-generaal André Henkes heeft geconcludeerd.<br />
II. CASSATIEMIDDELEN<br />
De eiseres voert twee middelen aan.<br />
Eerste middel<br />
Geschonden wettelijke bepalingen<br />
De artikelen 1068, inzonderheid tweede lid, en 1072, inzonderheid tweede lid, van het<br />
Gerechtelijk Wetboek.<br />
Aangevochten beslissingen<br />
Het bestreden arrest beslist, na het tussenarrest van 15 september 2005 dat de door de<br />
eerste rechter bevolen onderzoeksmaatregel had bevestigd, dat de resultaten van het<br />
DNA-onderzoek dat ten gevolge van die onderzoeksmaatregel werd uitgevoerd, uitgewezen<br />
hebben dat de tweede verweerder de biologische vader is van het kind M., dat de vordering<br />
tot vernietiging van de erkenning van vaderschap door de eerste verweerder ontvankelijk<br />
en gegrond is, dat de vordering tot vrijwillige tussenkomst van de tweede verweerder<br />
eveneens gegrond is, dat de nieuwe vordering van laatstgenoemde die ertoe strekt<br />
dat hij als vader van het kind M. wordt erkend en dat voor recht wordt gezegd dat het zijn<br />
naam zal dragen, niet ontvankelijk is, dat de vordering van de eerste verweerder die ertoe<br />
strekt schadevergoeding te verkrijgen voor tergend en roekeloos verweer ontvankelijk en<br />
ten dele gegrond is, dat de identieke vordering van de tweede verweerder ontvankelijk<br />
maar niet gegrond is en, tot slot, dat de eiseres moet worden veroordeeld in de kosten van<br />
de twee aanleggen, en zulks om alle redenen die geacht moeten worden hieronder integraal<br />
te zijn weergegeven.<br />
Grieven<br />
Krachtens artikel 1068, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, maakt hoger beroep<br />
tegen een eindvonnis of tegen een vonnis alvorens recht te doen het geschil zelf aanhangig<br />
bij de appelrechter.<br />
Krachtens het tweede lid van dat artikel verwijst de appelrechter de zaak alleen dan<br />
naar de eerste rechter, indien hij, zelfs gedeeltelijk, een in het beroepen vonnis bevolen<br />
onderzoeksmaatregel bevestigt. De verplichting tot verwijzing, die in die bepaling is ver-<br />
1 Cass., 7 feb. 1979, A.R. S.00.0014.F, A.C. 1978-79, 657.