Schriftelijke vragen en antwoorden Questions et ... - de Kamer

QRVA 52 9708-03-2010223DO 2009201014576Vraag nr. 24 van mevrouw de volksvertegenwoordigerLeen Dierick van 26 januari 2010 (N.) aan device-eersteminister en minister van Begroting:Vertegenwoordiging van vrouwen in directies.In de dagdagelijkse praktijk blijken vrouwen nog steeds,ondanks vele inspanningen op verschillende niveau's,ondervertegenwoordigd in topfuncties in een aantal sectoren.Ook bij de overheid moeten vrouwen nog vaak de duimenleggen voor hun mannelijke collega's.1. Wat is de verdeling in % tussen mannen en vrouwenbij de directeurs in respectievelijk de FOD Begroting en deInspectie van Financiën? Indien mogelijk, ook graag cijfersper diploma, taalrol en leeftijdscategorie.2. Wat is volgens u de oorzaak van de desgevallendeondervertegenwoordiging van vrouwen die uit deze percentageszou blijken?3. Welke inspanningen werden desgevallend verricht omhet aandeel van vrouwen te verhogen?Antwoord van de vice-eersteminister en minister vanBegroting van 04 maart 2010, op de vraag nr. 24 vanmevrouw de volksvertegenwoordiger Leen Dierick van26 januari 2010 (N.):1. Voor de berekening van het percentage directeurs werdhet aantal personeelsleden van klasse A3 en hoger met eenleidinggevende functie in aanmerking genomen, alsook dehouders van een mandaatfunctie.DO 2009201014576Question n° 24 de madame la députée Leen Dierick du26 janvier 2010 (N.) au vice-premier ministre etministre du Budget:Représentation des femmes dans les postes de direction.Malgré les nombreux efforts déployés à différentsniveaux, il faut bien constater sur le terrain que les femmessont toujours sous-représentées dans un certain nombre desecteurs. Dans les services publics également, les femmesdoivent encore souvent céder le pas à leurs collèguesmasculins.1. Quel est en pourcentage la répartition hommes-femmesparmi les directeurs du SPF Budget et de l'Inspectiondes finances? Pourriez-vous également me fournir deschiffres par diplôme, rôle linguistique et catégorie d'âge?2. Quelles sont selon vous les causes de la sous-représentationdes femmes que révèleraient le cas échéant ceschiffres?3. Quels efforts sont le cas échéant mis en oeuvre pouraugmenter la représentation des femmes?Réponse du vice-premier ministre et ministre duBudget du 04 mars 2010, à la question n° 24 de madamela députée Leen Dierick du 26 janvier 2010 (N.):1. Pour le calcul du nombre de directeurs, ont été retenusle nombre des membres du personnel de la classe A3 etsupérieure ayant une fonction dirigeante ainsi que les titulairesd'une fonction de mandataire.KAMER 4e ZITTING VAN DE 52e ZITTINGSPERIODE 2009 2010CHAMBRE4e SESSION DE LA 52e LÉGISLATURE