24.01.2015 Views

Orthopedagogie - Het Hogeronderwijsregister

Orthopedagogie - Het Hogeronderwijsregister

Orthopedagogie - Het Hogeronderwijsregister

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen:<br />

De commissie heeft tijdens de visitatiegesprekken kunnen ervaren dat de opleiding er aandacht voor heeft dat<br />

studenten vaardigheden verwerven om kennis terug te vinden, te analyseren, te ordenen, op zijn waarde te<br />

beoordelen, over te brengen en erover te rapporteren. Aangepaste werkvormen en studiemateriaal ondersteunen<br />

de kennisvergaring.<br />

Studenten en afgestudeerden bevestigen tegenover de commissie dat de opleiding hen stimuleert om kennis te<br />

genereren. Uit de gesprekken met afgestudeerden kan de commissie besluiten dat de opleiding hen bewust<br />

maakt van het belang van levenslang leren in hun professionele leven.<br />

De opleiding kiest ervoor om studenten vanaf het eerste jaar te laten kennismaken met de actuele<br />

beroepspraktijk. De kennisname vindt plaats via casussen, oefeningen, toepassingsvoorbeelden,<br />

studiebezoeken, praktijkverhalen, gastcolleges, projecten en stages. Dit wordt tijdens de visitatiegesprekken<br />

gestaafd met concrete voorbeelden zoals getuigenis van afgestudeerden, aanvullende studiebezoeken,<br />

interviewen van professionals, praktijkgerelateerde projecten, samenwerken met een voorziening, observaties,<br />

bezoek aan stageplaatsen uit de supervisiegroep, verkennende en verdiepende stage, bachelorproef in werkveld.<br />

Studenten geven tijdens de gesprekken aan dat zij de kennismaking met het werkveld in het eerste jaar en de<br />

contacten met het werkveld via de stages waarderen.<br />

In het curriculum 2009-2010 situeert het praktijktraject (opleidingsonderdeel beroepspraktijk en supervisie) zich in<br />

het eerste jaar, het tweede jaar (12 studiepunten) en het derde jaar (21 studiepunten). In het eerste jaar maakt de<br />

student kennis met de beroepssituatie en verkent erin zijn functioneren. In het tweede jaar betreft het een<br />

beroepsvoorbereidende stage, waarbij de student met een specifieke cliëntvraag en doelgroep werkt in een team<br />

binnen een voorziening. In het derde jaar betreft het een beroepsopleidende stage met de klemtoon op integratie,<br />

verbreding en verdieping van de eerder verworven competenties.<br />

Studenten van het eerste jaar kiezen uit een aanbod dat de praktijkcoördinator hen voorstelt. In het tweede jaar<br />

kiezen studenten vrij voor een werkveld, leeftijd en doelgroep, en werkvorm. De werkveldcoördinator begeleidt<br />

het proces van vastlegging/toewijzing van een concrete stageplaats. De stageplaats in het derde jaar is<br />

doorgaans dezelfde als in het tweede jaar.<br />

Bij de stage zijn een student, werk- en stagebegeleider betrokken. De begeleiding van de stage is in handen van<br />

een stagebegeleider, en verloopt via regelmatige groeps- en individuele supervisies. Via werkverslagen worden<br />

werkervaringen besproken en nieuwe leerdoelen geformuleerd. Op de stageplaats wordt de student opgevolgd<br />

door een werkbegeleider, in functie van werken en leren tijdens de stage.<br />

De commissie stelt dat de eindcompetenties vertaald zijn in de vorm van leerlijnen, die geëxpliciteerd worden in<br />

verwacht studentengedrag en attitudes in het stageleerplan. De commissie waardeert dat competenties<br />

werkveldvriendelijk zijn uitgeschreven.<br />

De paper is een opleidingsonderdeel van het derde jaar (zes studiepunten). De studiefiche geeft aan dat de paper<br />

„een beschouwende tekst is, waarin de student probeert om zo veel mogelijk facetten van een goed beschreven,<br />

afgebakend probleem in overweging te nemen‟. De student moet vertrekken vanuit een stelling die hij kiest uit<br />

tien, door het werkveld aangebracht, opgelegde stellingen. De paper doet een appel aan vijf algemene generieke<br />

competenties. De begeleiding wordt opgenomen door een lector via twee begeleidingscontacten. Bij het eerste<br />

contact motiveert de student zijn keuze en schetst hij zijn zienswijze op de uitwerking. Bij het tweede contact<br />

bevraagt de lector de invalshoeken die de student poneert.<br />

De geïntegreerde bachelorproef (twaalf studiepunten) is het sluitstuk van de opleiding. De studiefiche vermeldt<br />

dat het „een min of meer gecontroleerde real life-praktijk is, waarbij de student beroepservaring opdoet‟. Acht<br />

studenten werken in groep gedurende acht weken samen met een externe voorziening die een project (concrete<br />

vraag- of probleemstelling) heeft aangeleverd. De opleiding heeft criteria vastgelegd voor de selectie van<br />

projecten. Van de student wordt verwacht dat hij alle verworven competenties aanwendt bij de realisatie van de<br />

praktijkopdracht; de focus ligt op de integratieleerlijn. De student wordt begeleid door een lector die de<br />

teamwerking en het product bewaakt.<br />

opleidingsrapport Katholieke Hogeschool Zuid- W e s t - V l a a n d e r e n | 2 0 3

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!