29.07.2013 Views

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

56<br />

- maar <strong>voor</strong>al ook zijn het <strong>de</strong> groote karaktereigenschappen van Potgieter, die<br />

maakten dat zij zoo vaak haar hart bij hem uitstortte. In dagen van vreug<strong>de</strong> zoowel<br />

als in tij<strong>de</strong>n van tegenspoed en teleurstelling. Hoe verheugt zij zich als verloof<strong>de</strong><br />

van Bakhuizen van <strong>de</strong>n Brink over <strong>de</strong> vriendschap die <strong>de</strong>ze <strong>voor</strong> Potgieter had; hoe<br />

verblijdt zij zich in het <strong>voor</strong>uitzicht als een samenkomst van hun drieën weer nabij<br />

is. Men leze bv. <strong>de</strong>ze uitlating, dateerend van April 1842 (p. 37): ‘Ik <strong>de</strong>nk mij van<br />

<strong>de</strong>n Brink noo<strong>de</strong>, geschei<strong>de</strong>n van u; daar is geen kamer in <strong>de</strong> gansche stad mij zoo<br />

waard, mij zoo heilig, zou ik haast zeggen als <strong>de</strong> uwe’. Even te voren had zij hem<br />

geschreven: ‘... U van wien ik <strong>de</strong> hartelijkste en innigste gelukwenschen had<br />

ontvangen, die ik nog had gehad of later gekregen. Van u, <strong>de</strong> eenigste mijner<br />

vrien<strong>de</strong>n van wien ik <strong>voor</strong>uit wist, dat ik hem niet zou verliezen, dat hij mij meer<br />

zou wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong>ze verloving’ (p. 30/31). Maar ook als <strong>de</strong> tijd van droefenis komt;<br />

als door omstandighe<strong>de</strong>n hier niet na<strong>de</strong>r aan te dui<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> verhouding met Bakhuizen<br />

onmogelijk blijkt, dan vindt ze in Potgieter steeds <strong>de</strong>n man bereid haar aan te hooren.<br />

Nooit - welk een sympathieke karaktereigenschap - ontsnapt haar één hatelijk woord<br />

over <strong>de</strong>n vroegeren verloof<strong>de</strong>; steeds ge<strong>de</strong>nkt zij hem met <strong>de</strong> meeste hoogachting<br />

in bewon<strong>de</strong>ring <strong>voor</strong> zijn groote gaven, en vol aandoenlijkheid is haar verhaal, hoe<br />

zij op een tochtje naar Loosduinen op het kerkhof aldaar zijn grafzerk bezoeken<br />

gaat (p. 236). En dan, welke merkwaardige ontboezemingen ook over haar werk,<br />

in die briefwisseling met <strong>de</strong>n man, die steeds in <strong>de</strong> grootste belangstelling alles<br />

volgen bleef wat zij schreef, haar in één harer boeken (<strong>de</strong> Verrassing van Hoey)<br />

actieven steun gaf en bij haar an<strong>de</strong>re oeuvre steeds als raadsman, als wegwijzer<br />

in <strong>de</strong> ein<strong>de</strong>looze vel<strong>de</strong>n zijner belezenheid dien<strong>de</strong>. Dat begint al bij het ‘Huis<br />

Lauernesse’. Het conscientieus bronnen-verwerken, waarin zij zich later zulk een<br />

meesteres toonen zou, is haar dan nog wat vreemd, vervult haar zelfs met wrevel;<br />

zij wil (pag. 5) ‘al die boeken <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur uitdrijven en <strong>de</strong> pen aan het an<strong>de</strong>re eind van<br />

<strong>de</strong> kamer’. In die perio<strong>de</strong> overvalt haar dan ook twijfel aan haar litteraire<br />

bekwaamhe<strong>de</strong>n: zij wenschte nooit als schrijfster begonnen te zijn (pag. 6): ‘zoo<br />

twijfelen<strong>de</strong> aan mij zelve als in <strong>de</strong>ze dagen, nu ik weer iets <strong>de</strong>nk te on<strong>de</strong>rnemen,<br />

was ik nog nimmer; ik zie altijd achteruitgang met groote letters op mijn papier en<br />

dat maakt mij zoo aarzelend, zoo schuchter, zoo zon<strong>de</strong>r zelfvertrouwen, dat ik<br />

tegenwoordig schijn te schrijven om te verscheuren en ik weet niet hoeveel<br />

ontwerpen ik niet reeds al ter zij<strong>de</strong> heb gelegd, die met drift waren opgevat’. Maar<br />

Potgieter sterkt haar in zelfvertrouwen, en zelfs in haar droevigsten tijd geduren<strong>de</strong><br />

en na <strong>de</strong> scheiding van Bakhuizen gaat haar moed herleven. Bakhuizen had haar<br />

het eerst het i<strong>de</strong>e bijgebracht om <strong>de</strong>n tijd van Leicester te gaan behan<strong>de</strong>len (pag.<br />

15), zij zet dit <strong>voor</strong>t, vindt hier zelfs vera<strong>de</strong>ming in <strong>voor</strong> eigen verdriet. ‘Vervulling in<br />

een groote smart’ zoo betitelt zij tegenover Potgieter het eerste <strong>de</strong>el (pag. 42); hoe<br />

menige pagina, meer in het bijzon<strong>de</strong>r die over Martina's lij<strong>de</strong>n, wordt ons niet<br />

dui<strong>de</strong>lijker, dierbaar<strong>de</strong>r ook, nu wij die on<strong>de</strong>r het licht bezien dat Mevr. Bosboom<br />

hier over haar eigen leed - zij het dan ook ge<strong>de</strong>mpt door hoogere ingetogenheid -<br />

schijnen laat.<br />

Eenige jaren later ook doet zij Potgieter me<strong>de</strong><strong>de</strong>eling van haar eerste<br />

kennismaking met Bosboom. Zij bewon<strong>de</strong>rt een van zijn kerkinterieurs en ziet in<br />

hem (<strong>voor</strong>loopig een ietwat negatieve verdienste) ‘een schil<strong>de</strong>r, die niet zoo dom is<br />

als velen zijner kunstbroe<strong>de</strong>rs, zoodra men van iets an<strong>de</strong>rs als 't penseelen spreekt’<br />

(pag. 51). En in <strong>de</strong> latere perio<strong>de</strong>, als zij en Bosboom in <strong>de</strong>n echt vereenigd zijn,<br />

blijft Potgieter <strong>voor</strong> hen bei<strong>de</strong>n <strong>de</strong> getrouwe vriend, wiens overkomen uit Amsterdam<br />

altijd welkom is; tegen wien zij zich vrij uitspreekt over haar letterkundige concepties.<br />

Merkwaardig zijn enkele plaatsen, die doelen op een <strong>voor</strong>nemen om <strong>de</strong> Geschie<strong>de</strong>nis<br />

<strong>de</strong>r Portugeesche Jo<strong>de</strong>n te gaan beschrijven (p. 100 en 116). Bij al dit waar<strong>de</strong>volle<br />

<strong>Den</strong> <strong>Gul<strong>de</strong>n</strong> <strong>Winckel</strong>. <strong>Jaargang</strong> <strong>13</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!