- Page 1 and 2:
Den Gulden Winckel. Jaargang 13 bro
- Page 3 and 4:
2 voor hen, die nog een mondjevol L
- Page 5 and 6:
3 onthouding veel te verwachten heb
- Page 7 and 8:
4 pluizen, bij voorkeur aan dichter
- Page 9 and 10:
5 Men voelt, hem lezend, dat het
- Page 11 and 12:
6 Wer nicht liebt Wein, Weib und Ge
- Page 13 and 14:
Kunst muss gelebt werden können ..
- Page 15 and 16:
IN het jaar 1861 werd hij geboren t
- Page 17 and 18:
Elken ochtend om drie uur gaat deze
- Page 19 and 20:
‘Van Eeden ziet in Tagore's onder
- Page 21 and 22:
horizontaal, verticaal, radiatief.
- Page 23 and 24:
titelblad om, dan vindt men een Voo
- Page 25 and 26:
Was daar ook net in haar het duiste
- Page 27 and 28:
Het nieuwe boek van Hall Caine, dat
- Page 29 and 30:
Ten slotte een opmerking aan 't adr
- Page 31 and 32:
wordt gevormd, waarbij de vezels zi
- Page 33 and 34:
v. Eyck acht dit stuk mislukt. Het
- Page 35 and 36:
Hélène Swarth zingt Liefde-lieder
- Page 37 and 38:
Emile Verhaeren Emile Verhaeren: Le
- Page 39 and 40:
EMILE VERHAEREN Welk een mooi symbo
- Page 41 and 42:
Dit gebruik van 't abstracte voor h
- Page 43 and 44:
en deed hen het genot des levens, z
- Page 45 and 46:
't Onnozel Schaapje, zonder gal, Da
- Page 47 and 48:
Philippus Theophrastus (Bombastus)
- Page 49 and 50:
in Paracelsus' Doolhof - maar het z
- Page 51 and 52:
Sentimenteele Geschiedenissen - doo
- Page 53 and 54:
den bitteren bijsmaak, welke ze tot
- Page 55 and 56:
Dat die onmacht zich als onwil voor
- Page 57 and 58:
ouderen echtgenoot, die haar immers
- Page 59 and 60:
Geboren en opgegroeid daar ergens i
- Page 61 and 62:
gansche wereld uw ziel scheen te dr
- Page 63 and 64:
30 fabrieken, wier producten gretig
- Page 65 and 66:
31 de vezels zich beter tot een bla
- Page 67 and 68:
32 Letterkundig leven uit de februa
- Page 69 and 70:
Hij smaadde geen gevalletje, Zijn w
- Page 71 and 72:
In het 2e nr. van dit ‘onafhankel
- Page 73 and 74:
Een ‘levensroman’ 33 Julie Simo
- Page 75 and 76:
35 Facsimile der eerste bladzijde v
- Page 77 and 78:
Hoe innig eenvoudig is zij! Hoe sch
- Page 79 and 80:
aan mij was om een dier toespraakje
- Page 81 and 82:
kostelijke vrouwezielen ook déze t
- Page 83 and 84:
werk der romanschrijvers, kunstontl
- Page 85 and 86:
hem, op zijn verzoek, gewoonlijk in
- Page 87 and 88:
neerslachtig maakte, en het verlang
- Page 89 and 90:
gevaar tevens voor het eeuwig heil
- Page 91 and 92:
afmetingen zou terug brengen. Hij k
- Page 93 and 94:
fransch caicaturist in later dagen
- Page 95 and 96:
En doode liefde voelt gij nieuw ont
- Page 97 and 98:
aandacht op een frappante en ongetw
- Page 99 and 100:
vrouw, die misschien niet alle deug
- Page 101 and 102:
Wieschen en zalfden wij. Wij betten
- Page 103 and 104:
*3 schiedenissen wel willen aanneme
- Page 105 and 106:
Omhoog. INHOUD. Het Ware Leven, doo
- Page 107 and 108:
50 en ordening, het verleden voor o
- Page 109 and 110:
51 terwijl haastig gezichten zich a
- Page 111 and 112:
Premières: 52 Francis Viélé-Grif
- Page 113 and 114:
53 voor ze zich plastisch ontwikkel
- Page 115 and 116:
Nichts so weit das Auge reichet, He
- Page 117 and 118:
55 klavier. Het eerste dezer aardig
- Page 119 and 120:
56 - maar vooral ook zijn het de gr
- Page 121 and 122:
57 den persoonlijken toets te behou
- Page 123 and 124:
58 heeft gehoord en misschien noch
- Page 125 and 126:
59 wil door het toonen van de werki
- Page 127 and 128:
60 kende novellist Franz de Backer,
- Page 129 and 130:
61 Boerenkermis, 't IJdeltuitje, Ke
- Page 131 and 132:
62 fijnproever, die echter maar al
- Page 133 and 134:
63 Hollandsche papierfabrikanten ha
- Page 135 and 136:
64 Ada Gerlo, de bizondere schrijfs
- Page 137 and 138:
Aldus de Hofstad als aanloopje tot
- Page 139 and 140:
Groot-Nederland. INHOUD: Zomerleven
- Page 141 and 142:
Engelsche proletaren-poëzie 65 Nat
- Page 143 and 144:
66 van bosch en veld en lucht, hij
- Page 145 and 146:
* * * In L'Envoi, waarmede Robert S
- Page 147 and 148:
Have you strung your soul to silenc
- Page 149 and 150:
evolkt hebben: ‘la Musique animé
- Page 151 and 152:
van de voorrede laat een ander sati
- Page 153 and 154:
Augustin Hamon, Le Molière du XXe
- Page 155 and 156:
BERNHARD SHAW Daargelaten de kwesti
- Page 157 and 158:
Het boek van Augustin Hamon is eer
- Page 159 and 160:
ust, als straalt er van den persoon
- Page 161 and 162:
(Uit: ‘Van Oude Voyagiën’). ha
- Page 163 and 164:
passages met enkele woorden weergeg
- Page 165 and 166:
Wat toch is de stof, in dezen roman
- Page 167 and 168:
Aan den geschiedvorscher de taak, d
- Page 169 and 170:
In ‘De Sterkste’ vond ik vele g
- Page 171 and 172:
De Gids Een Gids-nr. met veel schoo
- Page 173 and 174:
vijvertje’ maakt hem voor dagen g
- Page 175 and 176:
*5 rhythme hem toe brengt. Hierdoor
- Page 177 and 178:
Dr. J. de Jong bespreekt onder 't o
- Page 179 and 180:
82 als uitvloeisel van den stijgend
- Page 181 and 182:
83 hun dochter aan een mandenmakers
- Page 183 and 184:
84 aan den tweede door schilderinge
- Page 185 and 186:
85 On some grim platonic sages who
- Page 187 and 188:
86 uit te wringen, redt hij den aan
- Page 189 and 190:
87 van Nievelt's streven. Maar - de
- Page 191 and 192:
88 kunde, dat jaarlijks door duizen
- Page 193 and 194:
89 stoere eenvoud en bekrompen krac
- Page 195 and 196:
90 der boeddhistische godenbeelden
- Page 197 and 198:
91 schrikwekkend kleurenmengsel?) b
- Page 199 and 200:
92 verzoent Harmen Riels zich stila
- Page 201 and 202:
93 't is in De Boomgaard - waarvan
- Page 203 and 204:
94 een zeer gewichtig werk plaats,
- Page 205 and 206:
De reeds tamelijk gereinigde lompen
- Page 207 and 208:
des Goddelijken woordts in de Frans
- Page 209 and 210:
De tegenvoelende, d.i. zich verzett
- Page 211 and 212:
- Aan 't Lichtende Strand, door G.
- Page 213 and 214:
97 Over de illustraties van eenige
- Page 215 and 216:
ij de aardige liedjes van Nellie va
- Page 217 and 218:
vinden; en dan welk een volkomen ge
- Page 219 and 220:
Verkleinde en ongekleurde reproduct
- Page 221 and 222:
Ik wil hier geenszins een lans brek
- Page 223 and 224:
Sterker nog is dit weemoedsgevoel u
- Page 225 and 226:
Een weinig ontstemmend werkt missch
- Page 227 and 228:
Vol angst om wat hem een vreemd en
- Page 229 and 230:
pastorie trad. Van hier uit ging zi
- Page 231 and 232:
Twee bundels verzen van vrouwen...
- Page 233 and 234:
ij herhaling, dat we haar niet meer
- Page 235 and 236:
108 En dan hierop, als een per onge
- Page 237 and 238:
109 niet alleen op littérair gebie
- Page 239 and 240:
110 Bijzonder merkwaardig zijn de s
- Page 241 and 242:
111 'n Medewerker achter de scherme
- Page 243 and 244:
112 met zijn fijne pen beschrijft.
- Page 245 and 246:
emerkt dat de stof voor vele dier g
- Page 247 and 248:
In het volgend nr. zal Dr. de Harto
- Page 249 and 250:
Een boek van den oorlog 113 Gustav
- Page 251 and 252:
alleen iets of iemand uitlachen; zi
- Page 253 and 254:
Waarom is deze parodie zoo goed? Om
- Page 255 and 256:
een beleefde vraag, zijn linkerlaar
- Page 257 and 258:
IV. De Inboorlingen: De Hottentotte
- Page 259 and 260:
ouwen wil steeds kritisch onderzoch
- Page 261 and 262:
aaneengeschakelde verzen van levens
- Page 263 and 264:
den aard der Roemeensche schoonzust
- Page 265 and 266:
ergens in het Vaticaan, niet te zie
- Page 267 and 268:
‘trommel’ en de leesportefeuill
- Page 269 and 270:
karakteristiek. Die verschillende m
- Page 271 and 272:
in armoede en zwakheid bezig. Vonde
- Page 273 and 274:
Maar ook al looft men in beter gesl
- Page 275 and 276:
verzwegen, maar als gebiedend gevoe
- Page 277 and 278:
Het is alleen behendigheid - in den
- Page 279 and 280:
hier een schat van werken over kuns
- Page 281 and 282:
Dietsche Warande en Belfort INHOUD.
- Page 283 and 284:
[W.G. van Nouhuys] 129 DE dagbladen
- Page 285 and 286:
Het boek, zooals het thans voor ons
- Page 287 and 288:
gedekte, hoofd van een Boerevrouw,
- Page 289 and 290:
gespeeld van den bekenden William S
- Page 291 and 292:
‘In het veld begon men meer en me
- Page 293 and 294:
Oude boeken ONDERWIJZER was hij, in
- Page 295 and 296:
Voor 't femininum kies ik 't voorbe
- Page 297 and 298:
Vondelstudiën zijn na Verwey's ‘
- Page 299 and 300:
letterlievende kringen, die tot de
- Page 301 and 302:
drijfveer van geheel zijn leven, de
- Page 303 and 304:
Men moet namelijk wel ver van dat v
- Page 305 and 306:
de oorspronkelijke verhalen vergele
- Page 307 and 308:
Het zusje, in haar onderlijfje voor
- Page 309 and 310:
In de morgen-lichte ontbijtkamer tr
- Page 311 and 312:
Brahm's ‘Von ewiger Liebe’ uit,
- Page 313 and 314:
144 Schmitz ziet hij ‘misschien e
- Page 315 and 316:
Maar vergiffenis, ik had welligt he
- Page 317 and 318:
Elseviers Geïllustreerd Maandschri
- Page 319 and 320:
In Memoriam Charles Péguy 145 ‘I
- Page 321 and 322:
Doch ook zonder dat is zijne plaats
- Page 323 and 324:
van dezen kunstenaar kennen; wij zi
- Page 325 and 326:
‘Le Bon Samaritain, un immense de
- Page 327 and 328:
grootheden van de teekenacademie, z
- Page 329 and 330:
hadden en hem vreugde aandeden; ja
- Page 331 and 332: Joannes Reddingius, Regenboog en Je
- Page 333 and 334: Dies behandel ik in 't volgende rij
- Page 335 and 336: van 't herdersvolk en dat de blije
- Page 337 and 338: schoon boek, waar Italië in spreek
- Page 339 and 340: en met wat meer kennis van zaken do
- Page 341 and 342: zelfs, te vermelden van hen die daa
- Page 343 and 344: maatschappij, acht hij de laatste v
- Page 345 and 346: waardoor alle deelen der massa lomp
- Page 347 and 348: verdeeld is, daar er dan te veel st
- Page 349 and 350: vormt de schakel die Vigny's laatst
- Page 351 and 352: *10 denken - de mijne is al dood ma
- Page 353 and 354: Onze Eeuw. INHOUD. These, synthese,
- Page 355 and 356: 162 waarde heeft daarin, zoo dunkt
- Page 357 and 358: 163 gekomen: of in hem de dominee n
- Page 359 and 360: 164 van zelf wàt hij met zijn werk
- Page 361 and 362: 165 massa.... Zou Haspels dáar nie
- Page 363 and 364: in zijn dagboek uitroept (2/10 1834
- Page 365 and 366: is toch die Hollandsche ‘degelijk
- Page 367 and 368: 169 zich den vorm onzer letters hee
- Page 369 and 370: [Idee en Leven] 170 Kantteekeningen
- Page 371 and 372: 171 als 't ware van bosch en berg i
- Page 373 and 374: 172 Zingt gij het schoone morgenroo
- Page 375 and 376: 173 worden; zijn de fijnheden ervan
- Page 377 and 378: liefdesdroomerijen, de figuur van d
- Page 379 and 380: Land- en volkenkunde; reisbeschrijv
- Page 381: Naar de dagbladen gemeld hebben moe
- Page 385 and 386: *11 Wied, de Paul Abel uit zijn sat
- Page 387 and 388: Onze Eeuw. Nevens een schets van Ja
- Page 389 and 390: 178 licht van hare oogen iets van d
- Page 391 and 392: 179 hunne blinde vervoering; heel d
- Page 393 and 394: 180 - ‘En woog nooit de invloed v
- Page 395 and 396: 181 Getuige en Voor de Poort mogen
- Page 397 and 398: 182 het ‘intellectueele’ jodend
- Page 399 and 400: 183 karaktervol, eerlijk en vol él
- Page 401 and 402: 184 kunstenaars meenen te kunnen st
- Page 403 and 404: 185 (Klinkhardt); Cissarz Latein (L
- Page 405 and 406: 186 moed. Geen Duitscher en geen Ho
- Page 407 and 408: 187 Doet nu het boek des heeren Van
- Page 409 and 410: 188 Hetwelk doet twijfelen of de he
- Page 411 and 412: 189 ‘hintaumeln’ 1) , de poëzi
- Page 413 and 414: 190 ‘kunst’ beantwoordt, als he
- Page 415 and 416: 191 Maar we willen ons niet aan raa
- Page 417 and 418: 192 houdt dit slechts vol bij de ge
- Page 419 and 420: Stemmen des Tijds. In dit nr. trof
- Page 421 and 422: van zijn initiatief, door zijn geld