29.07.2013 Views

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

112<br />

met zijn fijne pen beschrijft. Napoleon zal over <strong>de</strong>n Heerenweg bij Haarlem komen<br />

langs het buitentje van <strong>de</strong>n tabakskoopman en kunstbeschermer David van Wyck.<br />

Deze heeft door zijn beschermeling Tobias Soelens een tweeregelig welkomstversje<br />

laten vervaardigen en dat bevestigd aan een kleine eerepoort van sparregroen,<br />

dahlia's en asters. Als dan <strong>de</strong> Haarlemsche Gar<strong>de</strong>s d'Honneur verschijnen en daarna<br />

't rijtuig met <strong>de</strong>n Keizer zelven, treedt David naar voren op <strong>de</strong>n stillen weg, neemt<br />

<strong>de</strong>n steek af en buigt diep.<br />

De koetsier hield <strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n in; en Napoleon, glimlachend opziend,<br />

wellicht meenend <strong>de</strong> versiering eener nieuwe gemeente te zien, las <strong>de</strong><br />

dichtregelen van Soelens, door Van Wijck slechts een weinig veran<strong>de</strong>rd:<br />

‘Soyez, plus grand héros <strong>de</strong> l'univers,<br />

Le bienvenu sur cette terre’.<br />

Toen richtte <strong>de</strong> geweldige Heerscher het woord tot <strong>de</strong>n verheerlijkten<br />

tabakshan<strong>de</strong>laar en vroeg:<br />

‘Eh, monsieur, qui a fait ces beaux vers?’<br />

‘Moi, sire’, zei<strong>de</strong> Van Wijck, niet wetend hoe hij zou antwoor<strong>de</strong>n.<br />

‘Ah, qu'est donc près <strong>de</strong> vous le vieil Homère!’ lachte <strong>de</strong> Keizer; doch zijn<br />

scherpe trekken vergrim<strong>de</strong>n onmid<strong>de</strong>llijk en hij snauw<strong>de</strong> met een<br />

verachten<strong>de</strong>n grijns:<br />

‘Fouette, cocher!’<br />

Onthutst, verontwaardigd, verbleekend staar<strong>de</strong> David van Wijck <strong>de</strong><br />

hollen<strong>de</strong> karos, <strong>de</strong> draven<strong>de</strong> ruiters, <strong>de</strong> zonnige stofwolk na. En<br />

terugtre<strong>de</strong>nd on<strong>de</strong>r zijn eereboog slikte hij zijn hartelijkste vloeken in,<br />

dankte <strong>de</strong>n God van Neêrland dat <strong>de</strong> Bree<strong>voor</strong>ts geen Fransch<br />

verston<strong>de</strong>n, trok een beminnelijken glimlach rond <strong>de</strong>n mond en riep <strong>de</strong><br />

wachten<strong>de</strong> dames toe:<br />

‘Zijne Majesteit was dankbaar en verrast!’<br />

Van <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re bijdragen vermel<strong>de</strong>n wij alleen mooie Verzen van Bastiaanse uit<br />

<strong>de</strong>n cyclus ‘Een Zomerdroom’ en een artikel over <strong>de</strong> Geschie<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r Groningsche<br />

Universiteit, meer in 't bizon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>r Groninger Richting, door Prof. Huizinga.<br />

Groot-Ne<strong>de</strong>rland.<br />

Een nog onbekend schrijver A. van 't Lant opent <strong>de</strong> afl. met een novelle uit het<br />

boerenleven: ‘Bloei’. Louis Couperus vervolgt ‘De Ongelukkige’. Cyriël Buysse schrijft<br />

eenige regels naar aanleiding van Stijn Streuvels' boekje over <strong>de</strong> landsche woning<br />

in Vlaan<strong>de</strong>ren. Buysse spreekt van ‘een noodkreet’ om te waarschuwen tegen 't<br />

gevaar dat het ou<strong>de</strong>rwetsch natuurschoon meer en meer bedreigt. De woe<strong>de</strong> van<br />

't boomenrooien schijnt ook in Vlaan<strong>de</strong>ren om zich te grijpen. Ook over Karel van<br />

<strong>de</strong>n Oevers ‘Kritische Opstellen’ schrijft Buysse buiten <strong>de</strong> gewone rubriek<br />

‘boekbespreking’ om. Hij vindt dat <strong>de</strong> katholiek van <strong>de</strong>n Oever maar alleen over<br />

zichzelf en zijn geestverwanten schrijven moest, daar hij <strong>de</strong> mentaliteit van<br />

an<strong>de</strong>rs<strong>de</strong>nken<strong>de</strong>n zoo min begrijpt als <strong>de</strong> heer Buysse bv. <strong>de</strong> mentaliteit van <strong>de</strong><br />

Papoea's. Valt ditzelf<strong>de</strong> echter ook niet tot vele liberale heeren te zeggen, die bv.<br />

smalend schrijven over ‘het geloof’? Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> waarheid van 's heeren Buysse's<br />

<strong>Den</strong> <strong>Gul<strong>de</strong>n</strong> <strong>Winckel</strong>. <strong>Jaargang</strong> <strong>13</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!