Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...
Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...
Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De versier<strong>de</strong>r<br />
149<br />
Chris van Geel, Over Boek- en Boekbandversiering 1914.<br />
DE versier<strong>de</strong>r is <strong>de</strong> man die altijd het laatste woord wil hebben. Als een kundig en<br />
kunstvol man een tafel gebouwd heeft acht <strong>de</strong> versier<strong>de</strong>r het noodig dat hij komt en<br />
versiert. Hij versiert behangsels en vloerklee<strong>de</strong>n, kasten, kisten, koffers en doozen;<br />
hij vervroolijkt met aardige bloemetjes en oolijke slingertjes: linten en slippen,<br />
pannetjes en potjes, puien en gevels, balustra<strong>de</strong>s en torens. Zon<strong>de</strong>r hem is geene<br />
volmaaktheid te bereiken en geen werk is waarlijk voltooid zon<strong>de</strong>r zijne hulp.<br />
Wanneer zoo nu en dan <strong>de</strong> geest over zulk een fanaticus <strong>de</strong>r tierlantijn vaardig<br />
wordt, gaat hij in eigen kwa<strong>de</strong> zaak pleiten; ongevraagd en onaangevallen. En dan<br />
blijkt dat zijn schrijfstijl even onnaspeurbaar van weg en wending is als zijn lijnformatie<br />
en dat zijn gedachten even grillig zijn geschikt als zijn ornamentiek. De overbodige<br />
man begint natuurlijk met zich zelf het volle gewicht van openbare belangrijkheid<br />
toe te leggen. Met een lief aplomp, dat hem niet misstaat, zegt hij ‘dat hij geen<br />
tegenspraak ducht wanneer hij beweert dat <strong>de</strong> behoefte aan versiering algemeen<br />
gevoeld wordt’. Het zou waar kunnen zijn indien hij zijn zin <strong>de</strong>ze uitbreiding gaf:<br />
‘algemeen gevoeld wordt door hen wien <strong>de</strong> zuivere vormschoonheid <strong>de</strong>r dingen niet<br />
geopenbaard is en die in zwakheid <strong>de</strong>s gemoeds krulletjes en slangetjes in guitig<br />
samenwerken behoeven om natuurlijke waarhe<strong>de</strong>n te verbèrgen’. Het is werkelijk<br />
jammer <strong>voor</strong> <strong>de</strong> teekenaars en <strong>de</strong> ontwerpers, <strong>voor</strong> <strong>de</strong> versier<strong>de</strong>rs en <strong>de</strong> verluchters,<br />
maar het is niettemin een feit, dat een langzaam aangroeiend tal van ‘nuchter<strong>de</strong>r’<br />
menschen vormen en grondstoffen in natuurlijken tezamenhang wáár<strong>de</strong>r en schooner<br />
vin<strong>de</strong>n dan alle beteeken<strong>de</strong> of bedrukte of bestempel<strong>de</strong> <strong>voor</strong>werpen. Ja, er zijn er<br />
zelfs die in <strong>de</strong>ze versieringsneiging het zeer bepaal<strong>de</strong> kenmerk van eenen primitieven<br />
staat zien. De Weensche architect Loos heeft in een geestige bouta<strong>de</strong> het verband<br />
gelegd tusschen ornament en misdaad. Hieruit dit stukje: ‘A mesure que la culture<br />
développe, l'importance <strong>de</strong> l'ornament diminue. On mesure le <strong>de</strong>gré <strong>de</strong> culture d'un<br />
peuple au <strong>de</strong>gré <strong>de</strong> simplicité <strong>de</strong>s objets dont il se sert. Le Papou couvre d'ornament<br />
tout ce qui lui tombe sous la main, son visage, son corps, son arc et ses rames.<br />
Mais chez nous le tatouage est un signe <strong>de</strong> dégénérescence et ne se rencontre<br />
que chez les criminels et les aristocrates détraqués. L'homme cultivé se distingue<br />
du nègre en ce qu'il préfére un visage non tatoué et peu importe que le tatouage<br />
soit signé Michel-Ange. Nous tenons à protéger non seulement notre visage mais<br />
encore nos armoires, nos tables, nos vêtements et nos maisons contre les Papous<br />
que fabriquent les Académies’. En laten wij ook het Boek beschermen tegen <strong>de</strong>zen<br />
wil<strong>de</strong>n stand. Wij vragen niet naar een versierd boek. Wij willen een goed boek. En<br />
boven <strong>de</strong> mooiste entêtes en culs-<strong>de</strong>-lampe stellen wij een klaren, naakten eenvoud,<br />
waarin alleen verhoudingen van lijnen en vlakken werken. Juist <strong>de</strong> boekkunst heeft<br />
zoo weinig behoefte aan opsieringen en verdraagt <strong>de</strong>ze meesttijds zelfs zoo zeer<br />
slecht. Het ware boekdécoratieve wor<strong>de</strong> dus gevon<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> lettervormen en hun<br />
tezamenvoeging. Typografische waar<strong>de</strong> openbaart zich in technische verfijning<br />
geestvol toegepast; in mise-en-page en overdacht arrangement. En als men dan<br />
eens tot een buitengewoon <strong>de</strong>coratief effect wil komen dan vin<strong>de</strong> men dat alleen in<br />
een bijzon<strong>de</strong>re en geeigen<strong>de</strong> opvatting en bearbeiding van lettervormen. Hoezeer<br />
<strong>de</strong> tegennatuurlijke sierkoorts het oor<strong>de</strong>el vervalscht en <strong>de</strong>n blik troebel maakt blijkt<br />
uit <strong>de</strong>ze opmerking uit versier<strong>de</strong>rs betoog: ‘dat slechts in weinig gevallen <strong>de</strong> vorm<br />
<strong>de</strong>r letters tot eene goe<strong>de</strong> versiering me<strong>de</strong>werkt’. Weinig natuurlijke gegevens leenen<br />
zich intusschen tot zoo verschei<strong>de</strong>ne en passen<strong>de</strong> <strong>de</strong>coratie, tot zoo rijke en goe<strong>de</strong><br />
vormschikking als juist onze letterteekens. Wanneer <strong>de</strong> versier<strong>de</strong>r, inplaats van bij<br />
<strong>Den</strong> <strong>Gul<strong>de</strong>n</strong> <strong>Winckel</strong>. <strong>Jaargang</strong> <strong>13</strong>