29.07.2013 Views

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

Den Gulden Winckel. Jaargang 13 - digitale bibliotheek voor de ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Twee bun<strong>de</strong>ls verzen van vrouwen... dit is <strong>de</strong> eenige overeenkomst tusschen <strong>de</strong><br />

boeken, waarvan ik <strong>de</strong> titels hier boven afschreef; want er is ver<strong>de</strong>r een zeer groote<br />

afstand tusschen bei<strong>de</strong>n.<br />

De vergelijking <strong>de</strong>zer twee verzenbun<strong>de</strong>ls vormt een ongezochte commentaar<br />

op <strong>de</strong> weleer veel besproken <strong>voor</strong>re<strong>de</strong>, welke Herman Gorter schreef <strong>voor</strong> zijn<br />

‘School <strong>de</strong>r Poëzie’. Hij schoof in dit korte stukje proza <strong>de</strong> geheele literatuur-perio<strong>de</strong><br />

van 1880 en <strong>de</strong> geheele Engelsche dichtergroep, bij welke ze ter school ging, op<br />

zij<strong>de</strong>, omdat ze <strong>de</strong> poëzie was <strong>de</strong>r zelf beschouwing, van het egoïsme, terwijl alleen<br />

een poëzie van het gemeenschapsleven, een altruïstische geestesuiting, zich naar<br />

het gevoel en <strong>de</strong> eischen van onzen tijd kon voegen. En <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> uitersten ziet<br />

men hier in typischen vorm tegenover elkan<strong>de</strong>r staan. Marie Schmitz is <strong>de</strong> dichteres<br />

van het allesbeheerschen<strong>de</strong> en allesoverschaduwen<strong>de</strong> ‘ego’. Haar<br />

eigen-belangrijkheid staat haar in het licht, en belet haar met bree<strong>de</strong>r blik om zich<br />

heen te zien.<br />

Hoe geheel an<strong>de</strong>rs Mevrouw Roland Holst in haar didactisch epos in terzinen en<br />

sonnetten. Dit is <strong>de</strong> poëzie <strong>de</strong>r vrouw, die van zich af leeft, en wier geheele wezen<br />

wordt ingenomen door het peinzen over dingen, die buiten haar zijn. Haar bun<strong>de</strong>l<br />

is een altruïstische levensleer, een school van gemeenschapsgevoel. Een<br />

kenmerkend <strong>voor</strong>beeld ervan is dit eenvoudige sonnet:<br />

Hoe <strong>de</strong> menschen samengaan in <strong>de</strong> dagen <strong>de</strong>r jeugd, en waardoor<br />

zij schei<strong>de</strong>n.<br />

Opgetogen gingen <strong>de</strong> jongelingen<br />

al wier gedachten in hun oogen wel<strong>de</strong>n,<br />

eendrachtig, met harten, die niet ontstel<strong>de</strong>n<br />

over <strong>de</strong> afwijken<strong>de</strong> zielsverbeeldingen<br />

in <strong>de</strong> oogen <strong>de</strong>r and'ren, die hen verzel<strong>de</strong>n,<br />

want elks eigene droomen en verwachtingen<br />

hingen tusschen hem en alle and're dingen<br />

zooals een nevel hangt over <strong>de</strong> vel<strong>de</strong>n.<br />

Zoo ging 't, tot waar <strong>de</strong> weg als kruis zich scheid<strong>de</strong>.<br />

Toen sprak er een ‘O, makkers, 't pad gaat stijgend:<br />

nu moed, <strong>de</strong>n bergen toe’. En <strong>de</strong> and're ‘ik dacht’<br />

dat ge als wij dien stroom volgen woudt langs wei<strong>de</strong>n.<br />

Toen wend<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong>, droef en zwijgend<br />

en eenzaam verdwenen zij in <strong>de</strong>n nacht.<br />

In <strong>de</strong> terzinen wordt het verteld, hoe <strong>de</strong> twee, eigen <strong>voor</strong><strong>de</strong>el en genoegen boven<br />

alles stellend, <strong>de</strong>n ‘stroom langs wei<strong>de</strong>n’ volg<strong>de</strong>n, en hoe slechts een <strong>de</strong>r jongelingen<br />

<strong>de</strong>n moed had om <strong>de</strong>n zwaren stijgen<strong>de</strong>n weg van ontbering en zelfverloochening<br />

te gaan.<br />

En van <strong>de</strong>ze dingen is dit boek, zijn <strong>de</strong>ze bree<strong>de</strong>, zwaar-voeten<strong>de</strong> verzen vervuld,<br />

die soms te veel <strong>de</strong> uiterlijke charme missen, maar wier diepte, kracht en aan<br />

overlading grenzen<strong>de</strong> gedachtenrijkdom hen boven kritiek plaatsen.<br />

Als schakels van een keten zijn <strong>de</strong> verklaren<strong>de</strong>, fijn gestileer<strong>de</strong> titels, die elk<br />

gedicht van dit vreemd-wijze boek aan het volgen<strong>de</strong> vast snoeren. De verzen <strong>de</strong>r<br />

an<strong>de</strong>re dichteres, Marie Schmitz, bezitten geen <strong>de</strong>r eigenschappen, die kenschetsend<br />

zijn <strong>voor</strong> het werk van Mevr. Roland Holst. Niettemin is ook zij verre van talentloos.<br />

Zij versificeert<br />

<strong>Den</strong> <strong>Gul<strong>de</strong>n</strong> <strong>Winckel</strong>. <strong>Jaargang</strong> <strong>13</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!