EGF-NL/Families in beweging - Les Familles
EGF-NL/Families in beweging - Les Familles
EGF-NL/Families in beweging - Les Familles
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
P. 37<br />
gen heeft een nieuw statuut van de vrouw te creëren.<br />
Dit statuut is evenwaardiger, onafhankelijker<br />
en vrijer: vrij om hogere studies te volgen<br />
dankzij de verspreid<strong>in</strong>g van culturele modellen<br />
die aanzetten tot de erkenn<strong>in</strong>g van de gelijkheid<br />
van jongens en meisjes, vrij om zich kandidaat<br />
te stellen op de arbeidsmarkt en om te concurreren<br />
met mannen om economische onafhankelijkheid<br />
te verwerven, vrij om te beslissen een<br />
koppel te vormen via de klassieke <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g van<br />
het huwelijk of de voorkeur te geven aan m<strong>in</strong>der<br />
gereglementeerde vormen zoals het samenwonen,<br />
vrij om, dankzij de betere toegang tot<br />
moderne contraceptiva, te beslissen al dan niet<br />
k<strong>in</strong>deren te krijgen. Het is net de manier waarop<br />
deze vrijheid werd verkregen die ons kan helpen<br />
om deze soms zo verschillende demografische<br />
evoluties beter te begrijpen.<br />
Hervé Le Bras onderscheidt drie vrouwelijke<br />
activiteitsmodellen: het eerste historisch en universeel<br />
verspreide model waarbij de vrouw<br />
enkel werkt <strong>in</strong> de periode voor het huwelijk of<br />
het moederschap, waardoor de beroepsactiviteit<br />
alleen hoog is tussen 15 en 19 jaar (of 24 jaar),<br />
het tweede model waarbij de vrouw na haar studies<br />
een beroep uitoefent, haar loopbaan onderbreekt<br />
bij de geboorte van haar eerste k<strong>in</strong>d en<br />
opnieuw professioneel aan de slag gaat vanaf de<br />
leeftijd van 35 wanneer de k<strong>in</strong>deren groot zijn<br />
(werkcurve met twee uitstulp<strong>in</strong>gen) en tot slot<br />
het derde model waarbij de beroepsactiviteit los<br />
staat van het huwelijk en het hebben van k<strong>in</strong>deren<br />
en waarbij de beroepscurve van de vrouwen<br />
zo goed als samenvalt met die van de mannen.<br />
In West-Europa v<strong>in</strong>den we deze drie modellen<br />
terug. De West-Europese landen evolueerden<br />
ook snel van het ene naar het andere model. In<br />
1960 had het eerste model bijna overal de overhand,<br />
de activiteitsgraad was wel hoger <strong>in</strong> de<br />
noordelijke landen dan <strong>in</strong> de zuidelijke landen.<br />
Tegen 1970 evolueerden bijna alle landen naar<br />
het tweede model, maar van de Europese lidstaten<br />
viel alleen Denemarken, waar vrouwen bijna<br />
S C È N E I Inzoomen op demografische thema’s<br />
even actief waren als mannen, onder het derde<br />
model. Alles wijst er dus op dat de verschillende<br />
situatie van vrouwen b<strong>in</strong>nen hun gez<strong>in</strong>, hun<br />
familie en hun naaste omgev<strong>in</strong>g het verschil <strong>in</strong><br />
deze activiteitsgraden verklaart en daarmee ook<br />
het verschil <strong>in</strong> vruchtbaarheidscijfer 9 .<br />
In dit analysestadium zouden we best tevreden<br />
kunnen zijn en kunnen beslissen het onderzoek<br />
naar de oorzaken stop te zetten. We kunnen echter<br />
ook beslissen verder te kijken, zoals Hervé<br />
Le Bras, door ons vragen te stellen bij de redenen<br />
die vrouwen voor het ene of andere activiteitsmodel<br />
deden opteren. Daartoe bekeek hij<br />
andere variabelen, zoals de graad van afhankelijkheid<br />
ten opzichte van de familie. Hoe groter<br />
deze afhankelijkheid, zoals <strong>in</strong> de zuidelijke Europese<br />
landen waar personen sterk afhankelijk<br />
zijn van het familiaal netwerk, hoe sterker het<br />
vruchtbaarheidscijfer gaat dalen. Het vruchtbaarheidscijfer<br />
heeft daarentegen de neig<strong>in</strong>g te<br />
stijgen waar jongeren opgenomen worden <strong>in</strong> een<br />
ruimer en m<strong>in</strong>der b<strong>in</strong>dend verenig<strong>in</strong>gsleven.<br />
Wat we moeten onthouden uit de voorgaande<br />
uiteenzett<strong>in</strong>g is dat verbanden tussen fenomenen<br />
zelden eenvoudig en rechtstreeks te <strong>in</strong>terpreteren<br />
zijn. We moeten kijken naar tussenliggende<br />
en voorafgaande variabelen om de betekenis<br />
ervan te vatten. We moeten ook onthouden dat<br />
een verband altijd <strong>in</strong> contexten met meerdere<br />
dimensies ontstaat die talrijke fenomenen van<br />
wederzijdse <strong>in</strong>teractie en onderl<strong>in</strong>ge afhankelijkheid<br />
vertegenwoordigen tussen alle aanwezige<br />
systeemelementen. In de zuidelijke landen<br />
bijvoorbeeld, kan het streven naar gelijkheid via<br />
de uitoefen<strong>in</strong>g van een beroep verlopen. Deze<br />
beroepsactiviteit kan <strong>in</strong> conflict treden met het<br />
moederschap als dit moederschap de vrouw<br />
naar een ondergeschikte rol verwijst, wat het<br />
lage vruchtbaarheidscijfer verklaart. In de noordelijke<br />
landen, waar gelijkheid op arbeidsniveau<br />
bijna overal een feit is, vormt het hebben van<br />
k<strong>in</strong>deren echter geen obstakel meer voor de uit-