2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...
2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...
2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
114<br />
verlengen, met toepassing <strong>van</strong> de artikelen 10, § 1, en 38 <strong>van</strong> het Decreet <strong>van</strong> 4<br />
maart 1991 inzake hulpverlening aan de jeugd.<br />
De vader <strong>van</strong> het kind stelt hoger beroep in. Met hernieuwing <strong>van</strong> de<br />
dwangmaatregel, beslist de jeugdkamer <strong>van</strong> het hof <strong>van</strong> beroep dat er geen grond is<br />
voor de tijdelijke huisvesting buiten het familiale leefmilieu in de omstandigheden<br />
die in de redengeving <strong>van</strong> de beroepen beslissing zijn gepreciseerd. Overigens neemt<br />
het hof <strong>van</strong> beroep, met een voorlopige uitspraak en in afwachting <strong>van</strong> de uitkomst<br />
<strong>van</strong> het door haar bevolen deskundigenonderzoek, een voorlopige maatregel tot<br />
huisvesting <strong>van</strong> het kind buiten zijn familiaal leefmilieu, met het oog op zijn<br />
opvoeding en het onderwijs dat hij moet volgen, en onderwerpt hem, evenals zijn<br />
vader en moeder, aan instructies.<br />
Dit arrest stelt op de eerste plaats de vraag of met afzonderlijke beslissingen<br />
uitspraak kan worden gedaan over de beoordeling <strong>van</strong> de noodzaak <strong>van</strong> dwang en<br />
die <strong>van</strong> de eventueel te treffen dwangmaatregel.<br />
Met een ambtshalve middel antwoordt het <strong>Hof</strong> hier negatief op. Het is immers <strong>van</strong><br />
oordeel dat artikel 38, dat de jeugdrechtbanken weliswaar toestaat elke<br />
onderzoeksmaatregel te bevelen die zij nuttig achten alvorens uitspraak te doen,<br />
voor een zodanig nauwe samenhang zorgt tussen die beoordelingen, dat die<br />
onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.<br />
De tweede kwestie die het arrest <strong>van</strong> het hof <strong>van</strong> beroep opwerpt komt neer op de<br />
vraag of artikel 38 de jeugdrechtbanken toestaat een voorlopige maatregel te<br />
bevelen.<br />
In het kader <strong>van</strong> ditzelfde ambtshalve middel antwoordt het <strong>Hof</strong> hier eveneens<br />
negatief op, er<strong>van</strong> uitgaande dat een voorlopige maatregel alleen kan worden<br />
genomen in de gevallen die bij artikel 39 <strong>van</strong> het voormelde decreet zijn bepaald en<br />
mits de voorwaarden <strong>van</strong> die bepaling worden nageleefd, met name wat de duur <strong>van</strong><br />
die maatregel betreft.<br />
In zoverre dus vernietigt het <strong>Hof</strong> het bestreden arrest en verwijst de zaak naar een<br />
ander bodemgerecht. Deze doet evenwel uitspraak in dezelfde zin als het vernietigde<br />
arrest. De procureur-generaal bij het hof <strong>van</strong> beroep maakt hetzelfde rechtspunt bij<br />
het <strong>Hof</strong> aanhangig als datgene wat het voorwerp heeft uitgemaakt <strong>van</strong> de beslissing<br />
<strong>van</strong> het <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> 22 februari <strong>2006</strong>. Bij arrest <strong>van</strong> 17 oktober <strong>2006</strong> hebben de<br />
verenigde kamers <strong>van</strong> het <strong>Hof</strong> de dubbele lering <strong>van</strong> het arrest <strong>van</strong> 22 februari <strong>2006</strong><br />
bevestigd en bijgevolg het tweede arrest vernietigd, waarbij het tweede gerecht op<br />
verwijzing zich naar de beslissing <strong>van</strong> het <strong>Hof</strong> moet voegen betreffende het door het<br />
middel opgeworpen en door dat <strong>Hof</strong> beslechte rechtspunt.<br />
B.DE VERZWARING VAN DE KWALIFICATIE DOOR HET HOF VAN ASSISEN TEN NADELE VAN EEN<br />
MINDERJARIGE: ARREST VAN HET HOF VAN 31 OKTOBER <strong>2006</strong> (P.06.0890.N)<br />
Een minderjarige die eerder door de jeugdrechtbank in toepassing <strong>van</strong> artikel 38,<br />
eerste lid, <strong>van</strong> de Jeugdbeschermingswet uit handen was gegeven, wordt door de