2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...
2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...
2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
dwangsom. Evenals de eerste rechters, gaan de appelrechters op deze vordering in.<br />
Zij oordelen dat, waar de raad <strong>van</strong> bestuur <strong>van</strong> de V.Z.W. haar bevoegdheid om<br />
personeel te ontslaan rechtsgeldig aan de voorzitter heeft overgedragen, deze laatste<br />
niet zonder meer de bedoelde bevoegdheid aan een sociaal secretariaat kon<br />
overdragen. Het ontslag is zodoende gekomen <strong>van</strong> een niet rechtsgeldig<br />
gemandateerde en bijgevolg onbevoegde persoon. De appelrechters oordelen verder<br />
dat het de gewezen werknemer geenszins ten kwade kan worden geduid dat hij het<br />
litigieuze mandaat <strong>van</strong> het sociaal secretariaat niet onmiddellijk of zelfs binnen een<br />
korte termijn ter discussie heeft gesteld. Volgens de appelrechters staat het de<br />
gewezen werknemer vrij deze betwisting voor het eerst aan te voeren in het raam<br />
<strong>van</strong> de door hem gevoerde gerechtelijke procedure.<br />
In zijn arrest <strong>van</strong> 6 februari <strong>2006</strong> geeft het <strong>Hof</strong> een andere zienswijze te kennen. Het<br />
<strong>Hof</strong> knoopt aan bij artikel 1994 <strong>van</strong> het Burgerlijk Wetboek dat bepaalt dat de<br />
lasthebber aansprakelijk is voor hem die hij bij de uitvoering <strong>van</strong> zijn opdracht in<br />
zijn plaats heeft gesteld. Hieruit volgt dat de lastgever aan de lasthebber de toelating<br />
kan verlenen zich voor de uitvoering <strong>van</strong> het mandaat te laten vertegenwoordigen of<br />
bijstaan, een toelating die zelfs stilzwijgend kan zijn. Nu de feitenrechters niet<br />
vaststellen dat de voorzitter dergelijke toelating ontbeert, oordelen zij verkeerdelijk<br />
dat hij het sociaal secretariaat niet kon inschakelen. Het <strong>Hof</strong> beslist verder dat de<br />
gewezen werknemer wel degelijk gehouden was om het litigieuze mandaat<br />
onmiddellijk of minstens binnen een redelijke termijn ter discussie te stellen. Waar<br />
de gewezen werknemer in een eerste fase handelde naar het ontslag door het sociaal<br />
secretariaat, zonder haar mandaat in vraag te stellen, kan hij dit niet a posteriori in<br />
het raam <strong>van</strong> de door hem gevoerde gerechtelijke procedure. In die optiek vernietigt<br />
het <strong>Hof</strong> de bestreden beslissing.<br />
C.DE GECEDEERDE SCHULDENAAR KAN AAN DE OVERNEMER GEEN MIDDELEN TEGENWERPEN DIE<br />
ZIJN GEPUT UIT DE ONDERLIGGENDE OVEREENKOMST TUSSEN OVERDRAGER EN OVERNEMER: ARREST<br />
VAN 27 APRIL <strong>2006</strong> (C.04.0093.N)<br />
Ingeval een schuldvordering wordt overgedragen, kan de kennisgeving <strong>van</strong> de<br />
overdracht aan de overgedragen schuldenaar (art. 1690, tweede lid, B.W.) zowel<br />
door de overdrager als de overnemer gebeuren.<br />
Indien de kennisgeving door de overdrager, dan wel door de overdrager en de<br />
overnemer gezamenlijk gebeurt, mag de gecedeerde schuldenaar het bestaan <strong>van</strong> de<br />
overdracht niet in vraag stellen.<br />
Als die kennisgeving enkel door de overnemer gebeurt, mag de gecedeerde<br />
schuldenaar hem, naast excepties die aan de schuldvordering zelf kleven, enkel<br />
middelen tegenwerpen die het feit zelf <strong>van</strong> de overdracht betreffen. Hij mag geen<br />
excepties tegenwerpen die hij put uit de onderliggende overeenkomst tussen de<br />
overdrager en de overnemer.<br />
Overdrager en overnemer hebben in casu een overeenkomst afgesloten om bepaalde<br />
schuldvorderingen wel en andere niet over te dragen. In strijd met deze<br />
overeenkomst worden volgens de gecedeerde schuldenaar bepaalde<br />
65