26.09.2013 Views

2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...

2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...

2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

243<br />

Ook dient te worden gewezen op een arrest <strong>van</strong> het <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> 2 mei 2002 dat<br />

een grond <strong>van</strong> niet-ont<strong>van</strong>kelijkheid verwerpt die hieruit was afgeleid dat het<br />

tussen de Belgische regering en de regering <strong>van</strong> de Bondsrepubliek Duitsland<br />

gesloten en op 25 april 1959 te Brussel ondertekende Akkoord tot het<br />

vergemakkelijken <strong>van</strong> de toepassing <strong>van</strong> het op 1 maart 1954 te ‘s-<br />

Gravenhage gesloten Verdrag betreffende de burgerlijke rechtsvordering niet<br />

werd goedgekeurd en bijgevolg niet verbindend is ; Het <strong>Hof</strong> beslist immers<br />

dat de voorafgaande goedkeuring <strong>van</strong> een overeenkomst ter uitvoering <strong>van</strong><br />

een basisverdrag kan resulteren uit de bepalingen zelf <strong>van</strong> het basisverdrag dat<br />

het voorwerp heeft uitgemaakt <strong>van</strong> een parlementaire goedkeuring, voor zover<br />

de overeenkomst de grenzen bepaald door het basisverdrag niet overschrijdt,<br />

wat, volgens het <strong>Hof</strong>, het geval is met dat Belgisch-Duits Akkoord dat<br />

gesloten is om de toepassing <strong>van</strong> het Verdrag <strong>van</strong> ‘s-Gravenhage <strong>van</strong> 1 maart<br />

1954 betreffende de burgerlijke rechtsvordering te vergemakkelijken, zonder<br />

de in dat Verdrag bepaalde grenzen te overschrijden (Cass. 2 mei 2002, A.C.<br />

2002, nr. 265).<br />

Rechtsregels uit internationale verdragen of akkoorden – Rechtstreekse<br />

werking – Bovendien is vereist dat de regel <strong>van</strong> internationaal recht waar<strong>van</strong> de<br />

schending wordt aangevoerd rechtstreekse werking heeft in de interne rechtsorde 310 .<br />

Voor rechtstreekse werking is vereist, enerzijds, dat de betrokken bepalingen <strong>van</strong> de<br />

internationale akte duidelijk genoeg zijn om een dergelijk gevolg te hebben, zonder<br />

aan de Staat verschillende mogelijkheden te bieden om het vereiste doel te bereiken<br />

en, anderzijds, dat zij een bron <strong>van</strong> subjectieve rechten en verplichtingen voor<br />

particulieren kunnen zijn 311 .<br />

Dat is het geval met de meeste internationale instrumenten inzake rechten <strong>van</strong> de<br />

mens 312 . De regels die in het kader <strong>van</strong> het Verdrag <strong>van</strong> de Europese Unie zijn<br />

vastgelegd leveren eveneens twee bekende voorbeelden: het reglement (dat<br />

310 Oplossing gegeven in het arrest « Le Ski » (Cass. 27 mei 1971, A.C. 1971, 958, met concl. proc.-gen.<br />

GANSHOF <strong>van</strong> der MEERSCH, Pas.,I, 886) ; zie tevens W.J. GANSHOF <strong>van</strong> der MEERSCH, R.B.D.I.<br />

1980.<br />

311 De door het <strong>Hof</strong> in aanmerking genomen criteria zijn sedert het arrest « le Ski » geëvolueerd en vallen<br />

thans samen met die welke door het <strong>Hof</strong> <strong>van</strong> Justitie <strong>van</strong> de Europese Gemeenschappen worden<br />

gehanteerd. Zie bijvoorbeeld: Cass. 4 november 1999, A.C. 1999, nr. 59; Cass. 11 mei 2001, A.C. 2001,<br />

nr 273; Cass. 15 mei 2001, A.C.. 2001, nr. 284, met concl. adv.-gen. P. DUINSLAEGER; Cass. 17<br />

januari 2002, A.C. 2002, nr. 36; Cass. 25 september 2003, nr. C.03.0026.N, even zovele voorbeelden<br />

aangehaald door A. AERTS, I. VEROUGSTRAETE, R. ANDERSEN, G. SUETENS-BOURGEOIS,<br />

M.F. RIGAUX, R. RYCKEBOER en A. DE WOLF, Les rapports entre la Cour d’Arbitrage, le Pouvoir<br />

judiciaire et le Conseil d’Etat, Brugge, die keure, <strong>2006</strong>, p. 12 en 13.<br />

312 Vaste rechtspraak <strong>van</strong> het <strong>Hof</strong> met betrekking tot het Verdrag tot bescherming <strong>van</strong> de rechten <strong>van</strong> de<br />

mens en de fundamentele vrijheden (met name art. 6.1), zie onder meer: Cass. 4 september 2001, A.C.<br />

2001, nr. 436 ; Cass. 15 februari 2000, A.C. 2000, nr. 112 ; Cass. 16 maart 1999, A.C. 1999, nr. 158 ;<br />

Cass, 8 juni 1999, A.C. 1999, nr. 335 ;<br />

Zie ook Cass. 13 mei 1996, A.C.., 1996, nr. 172, dat beslist dat artikel 23 <strong>van</strong> het Internationaal Verdrag<br />

betreffende de status <strong>van</strong> vluchtelingen, ondertekend te Genève op 28 juli 1951, rechtstreekse werking<br />

heeft in de Belgische interne rechtsorde;<br />

Daarentegen heeft art. 5 <strong>van</strong> de Overeenkomst <strong>van</strong> 8 november 1990 inzake het witwassen, de opsporing,<br />

de inbeslagneming en de confiscatie <strong>van</strong> opbrengsten <strong>van</strong> misdrijven een dergelijke werking niet (Cass.<br />

15 mei 2001, A.C. 2001, nr. 284).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!