26.09.2013 Views

2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...

2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...

2006 - Jaarverslag Hof van Cassatie (PDF, 1.61 MB) - Federale ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

132<br />

heeft de verblijfssituatie <strong>van</strong> die vrouw te regulariseren op grond <strong>van</strong> de wet <strong>van</strong> 22<br />

december 1999 betreffende de regularisatie <strong>van</strong> het verblijf <strong>van</strong> bepaalde<br />

categorieën <strong>van</strong> vreemdelingen verblijvend op het grondgebied <strong>van</strong> het Rijk.<br />

De vreemdelinge betwist de beslissingen <strong>van</strong> de raad voor maatschappelijk welzijn<br />

en maakt haar zaak aanhangig bij de arbeidsgerechten, die bevoegd zijn om kennis<br />

te nemen <strong>van</strong> geschillen betreffende de toepassing <strong>van</strong> de organieke wet <strong>van</strong> 8 juli<br />

1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. Zij voert met<br />

name aan dat de beslissing tot weigering <strong>van</strong> de verblijfsregularisatie waarop de raad<br />

voor maatschappelijke dienstverlening zich beroept, onwettig is, dat de<br />

onderzoeksgerechten hiermee bijgevolg geen rekening mogen houden en haar als<br />

een eiseres tot verblijfsregularisatie beschouwen in de zin <strong>van</strong> de voormelde wet <strong>van</strong><br />

22 december, met als gevolg dat de bepalingen <strong>van</strong> de wet <strong>van</strong> 8 juli 1976 die het lot<br />

<strong>van</strong> de vreemdelingen regelen die onwettig op het grondgebied verblijven, niet<br />

kunnen worden toegepast.<br />

Het arbeidshof oordeelt met name dat “de arbeidsgerechten […] niet bevoegd zijn<br />

om, zelfs maar incidenteel, uitspraak te doen over de wettigheid <strong>van</strong> een beslissing<br />

<strong>van</strong> de Minister <strong>van</strong> Binnenlandse Zaken, aangezien dergelijk toezicht tot de<br />

uitsluitende volstrekte bevoegdheid <strong>van</strong> de Raad <strong>van</strong> State behoort”.<br />

Het arrest <strong>van</strong> 23 oktober <strong>2006</strong> herhaalt de bewoordingen <strong>van</strong> artikel 159 <strong>van</strong> de<br />

Grondwet, waaruit het onthoudt dat de met eigenlijke rechtspraak belaste organen de<br />

bevoegdheid en de plicht hebben de interne en externe wettigheid <strong>van</strong> elke<br />

administratieve handeling te onderzoeken waarop een vordering, verweer of<br />

exceptie gegrond is. Vervolgens merkt het arrest op dat het arbeidshof vastgesteld<br />

had dat het verweer <strong>van</strong> de verwerende partijen, waaronder het o.c.m.w., op de<br />

beslissing <strong>van</strong> de Minister <strong>van</strong> Binnenlandse Zaken tot weigering <strong>van</strong> de<br />

verblijfsregularisatie steunde, en beslist dat het arbeidshof artikel 159 <strong>van</strong> de<br />

Grondwet geschonden heeft, door te oordelen dat zij niet bevoegd was om de<br />

wettigheid <strong>van</strong> die ministeriële beslissing na te gaan en aan die beslissing uitwerking<br />

te verlenen om te oordelen dat de aanvraag tot verblijfsregularisatie niet langer<br />

onderzocht werd.<br />

B.DE WEIGERING OM EEN ONWETTIGE ADMINISTRATIEVE AKTE TOE TE PASSEN, DRINGT ZICH OP,<br />

ONGEACHT DE ONTDEKTE ONWETTIGHEID: ARREST VAN 4 DECE<strong>MB</strong>ER <strong>2006</strong> (S.06.0066.F)<br />

Uit artikel 159 <strong>van</strong> de Grondwet volgt dat de rechter moet vaststellen dat een<br />

onwettige administratieve akte niet bindend is 64 , ongeacht de onwettigheid die hij<br />

vaststelt, aangezien het al dan niet klaarblijkelijk karakter er<strong>van</strong> geen belang heeft.<br />

Het <strong>Hof</strong> heeft in die zin uitspraak gedaan in het arrest <strong>van</strong> 4 december <strong>2006</strong>.<br />

In soortgelijke omstandigheden als die welke aanleiding hebben gegeven tot het<br />

arrest <strong>van</strong> 23 oktober <strong>2006</strong> (zie commentaar hierboven), wordt een arbeidshof<br />

gevraagd of er al dan niet gevolg moet worden gegeven aan een vermeend onwettige<br />

beslissing tot weigering <strong>van</strong> verblijfsregularisatie, op grond waar<strong>van</strong> het o.c.m.w.<br />

64 Concl. eerste adv.-gen. J.-Fr. Leclercq, toen adv.-gen., vóór Cass. 10 juni 1996, A.C. 1996, I, nr. 227.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!