Klimaatstrategie - tussen ambitie en realisme - Wetenschappelijke ...
Klimaatstrategie - tussen ambitie en realisme - Wetenschappelijke ...
Klimaatstrategie - tussen ambitie en realisme - Wetenschappelijke ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
in de scc van e<strong>en</strong> op te richt<strong>en</strong> wco, de led<strong>en</strong> van het collectief e<strong>en</strong> direct belang<br />
ervar<strong>en</strong> bij sam<strong>en</strong>werking binn<strong>en</strong> die kleine groep. E<strong>en</strong> scc die ownership incorporeert,<br />
werkt alle<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> de prikkels voor onderlinge coalitievorming sterk<br />
g<strong>en</strong>oeg zijn. Dit is mogelijk, aangezi<strong>en</strong> de grote vervuilers wederzijds zichtbaar<br />
baat hebb<strong>en</strong> bij elkaars mitigatie-inspanning<strong>en</strong>. Wat de sam<strong>en</strong>stelling van e<strong>en</strong><br />
dergelijke groep ook zou kunn<strong>en</strong> zijn, vaststaat dat in ieder geval de grote oesovervuilers<br />
(eu, vs <strong>en</strong> Japan), waarschijnlijk Rusland <strong>en</strong> de grootste vervuilers<br />
onder de arme land<strong>en</strong> (China <strong>en</strong> India, wellicht ook Brazilië <strong>en</strong> Indonesië) er deel<br />
van zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> (zie paragraaf 5.3).<br />
Leiderschap in coalities<br />
Ook binn<strong>en</strong> coalities is leiderschap mogelijk <strong>en</strong> w<strong>en</strong>selijk. Indi<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong><br />
in grootte <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>is extreem zijn, is het d<strong>en</strong>kbaar dat leiderschap door één<br />
land of e<strong>en</strong> hecht verband (zoals de eu) wordt uitgeoef<strong>en</strong>d. Dat bleek bijvoorbeeld<br />
mogelijk na de Tweede Wereldoorlog, to<strong>en</strong> de vs de oprichting <strong>en</strong> initiële<br />
werking van de gatt <strong>en</strong> het imf besliss<strong>en</strong>d kond<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> dergelijke<br />
hegemoniale constellatie is in klimaatbeleid moeilijker voor te stell<strong>en</strong>. Dat<br />
maakt leiderschap niet minder w<strong>en</strong>selijk, omdat de leider de urg<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> de richting<br />
moet aangev<strong>en</strong>. Dit gaat met kost<strong>en</strong> gepaard, bijvoorbeeld wanneer in de<br />
initiële fase van de coalitie kost<strong>en</strong> voor onderzoek <strong>en</strong> ontwikkeling moet<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> gemaakt. De leider geeft het goede voorbeeld <strong>en</strong> maakt zich in de onderhandeling<strong>en</strong><br />
relatief kwetsbaar door het op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> van zijn prefer<strong>en</strong>ties.<br />
In paragraaf 5.3.4 is aangegev<strong>en</strong> hoe de eu zichzelf tot leider in het wereldklimaatbeleid<br />
heeft b<strong>en</strong>oemd door te kiez<strong>en</strong> voor de eerderg<strong>en</strong>oemde 2 °C-doelstelling.<br />
Vanuit het oogpunt van geloofwaardig leiderschap is het ess<strong>en</strong>tieel dat de eu<br />
haar Kyoto-verplichting<strong>en</strong> realiseert. De vraag of deze verplichting<strong>en</strong> ook effectief<br />
klimaatbeleid vorm<strong>en</strong> in het licht van de doelstelling doet er in dit verband<br />
minder toe.<br />
5.5 conclusie<br />
internationale coördinatie van klimaatbeleid<br />
In de kom<strong>en</strong>de dec<strong>en</strong>nia is het ontwikkelingstraject van groeiland<strong>en</strong> de belangrijkste<br />
uitdaging van het klimaatprobleem. Op langere termijn zull<strong>en</strong> de oesoland<strong>en</strong><br />
niet in staat zijn door eig<strong>en</strong> beleid de emissiereducties te realiser<strong>en</strong> die<br />
voor e<strong>en</strong> goed klimaatbeheer toereik<strong>en</strong>d zijn. Rijke land<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de prefer<strong>en</strong>tie<br />
<strong>en</strong> de draagkracht voor klimaatbeleid; arme land<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong><br />
voor kost<strong>en</strong>effectief klimaatbeleid. De coördinatieopdracht bestaat er derhalve in<br />
dat middel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> om de inspanning<strong>en</strong> over rijke land<strong>en</strong> te verdel<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de implem<strong>en</strong>tatie van oplossing<strong>en</strong> in arme land<strong>en</strong> te realiser<strong>en</strong>. De overdracht<strong>en</strong><br />
van technologie <strong>en</strong> kapitaal die daarmee gemoeid zijn mog<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wel<br />
de no regret-inspanning<strong>en</strong> in arme land<strong>en</strong> niet verdring<strong>en</strong>. Met name <strong>en</strong>ergieefficiëntie<br />
levert grote netto-opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> voor mitigatie op, maar heeft daarnaast<br />
grote lokale voordel<strong>en</strong> in de vorm van lagere kost<strong>en</strong>, geringere externe <strong>en</strong>ergieafhankelijkheid<br />
<strong>en</strong> minder lokale vervuiling.<br />
193