Ruimte voor een democratische rechtsstaat - RePub - Erasmus ...
Ruimte voor een democratische rechtsstaat - RePub - Erasmus ...
Ruimte voor een democratische rechtsstaat - RePub - Erasmus ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
negentiende-eeuwse flâneur in de openbare ruimte van de Parijse boulevards. Vergelijk ook Asbeek Brusse<br />
e.a. 2002, 64-66; Roy Willis 1981.<br />
In samenhang met de ontwikkeling van voedselproductiemethoden gingen prehistorische, nomadische<br />
samenlevingen over in sedentaire samenlevingen. De ontwikkeling van voedselproductiemethoden en van<br />
verdere technologie creëerde <strong>een</strong> (agrarisch) surplus dat ruimte bood aan <strong>een</strong> nadere arbeidsdeling in de zin<br />
van <strong>een</strong> politiek regime. De verschillende verschijningsvormen van het politieke regime in Europa, het<br />
feodalisme, kenden <strong>een</strong> zelfversterkende tendentie waarvan de absolute monarchie het streefbeeld danwel<br />
angstbeeld is geworden: dorps- en stamhoofden werden vorsten, vorsten werden grotere vorsten. De<br />
aristocratische concentratie verliep middels territoriale integratie. (Dergelijke geografische schaalvergroting<br />
tonen ook andere moderniseringsbewegingen die worden gedreven door arbeidsdeling. Denk aan<br />
internationale handel, het ontstaan van multinationals.) De combinatie van <strong>een</strong> sedentaire elite en geografische<br />
schaalvergroting brengt relaties tussen centra en hun periferie met zich mee. Zo ontwikkelden steden zich in<br />
de moderniteit als economische, politieke en culturele centra. De beweging waardoor aristocratische<br />
samenlevingen burgerlijke samenlevingen werden, versterkte nog de kracht van de stedelijke centra:<br />
hoofdstad en satellieten verlichtten het land. Vanuit de steden werden netwerken van politie, onderwijs, wegen<br />
en andere collectieve <strong>voor</strong>zieningen uitgebouwd totdat zij het nationale territoir dekten. Zie bij<strong>voor</strong>beeld<br />
Uyttenhove 1990a-b. Zeker de Franse revolutionairen namen hun land in <strong>een</strong> steviger houdgreep dan ooit de<br />
koning. Voor de koloniën van de natiestaten gold in zekere zin hetzelfde.<br />
6 Het Hollandse platteland raakte op de steden betrokken doordat bewoners sinds de helft van de veertiende<br />
eeuw zeeman werden op vanuit de steden zeilende schepen; in de zogenoemde Gouden Eeuw gingen de<br />
handelsgewassen op dit platteland <strong>een</strong> belangrijke rol spelen. Van de Ven 1996, 119. Zie ook Asbeek Brusse<br />
e.a. 2002, 22; Kromhout 2003.<br />
7 Van der Woud 1987, 151.<br />
8 Processen van natievorming en mondialisering kennen in dit opzicht dus <strong>een</strong> zekere homogenisering, maar<br />
dat is in wezen <strong>een</strong> schaalvergroting tot <strong>een</strong> niveau van samenleven dat veel meer diversiteit omvat en<br />
individuele keuzen toelaat dan traditionele, cultureel homogene, locale gem<strong>een</strong>schappen.<br />
9 Van der Woud 1987. Ed Taverne (2001, 6) sprak van ‘[…] het stedebouwkundige ideaalbeeld van “Holland”<br />
als <strong>voor</strong>beeld van <strong>een</strong>, in Europees verband, unieke geografische ruimte die sterk verstedelijkt is. En waar het<br />
stadsleven sedert eeuwen cultureel bezit heeft genomen van het cultuurlandschap.’<br />
De ruimtelijke-ordeningstraditie van Nederland is niet onbekend in de wereld en kan beschouwd worden als<br />
<strong>een</strong> cultuurgoed. Ed Taverne betoogde tijdens de Nieuwjaarsconferenc(i)e van Habiforum, op 9 januari 2002<br />
in het Werktheater te Amsterdam, dat dat niet omwille van het stedelijke karakter van die traditie kan zijn,<br />
beroemd zijn immers de buitenstedelijke polders en Deltawerken. Het ruimtelijke-ordeningsbeleid na de<br />
Tweede Wereldoorlog typeerde Taverne als anti-stedelijk: spreiding is het doel. Zie ook Hidding & Teunissen<br />
2002, 307. De aandacht <strong>voor</strong> steden, de rijksoverheid benoemde stedelijke knooppunten, sleutelprojecten en er<br />
werd na <strong>een</strong> staatssecretaris in het volgende kabinet-Kok zelfs <strong>een</strong> minister <strong>voor</strong> Grote Steden- en<br />
Integratiebeleid benoemd, is dus recent. Burgers eisen die aandacht ook op <strong>voor</strong> hun steden. Het openbaar<br />
bestuur kan <strong>een</strong> stad niet meer (louter) benaderen vanuit <strong>een</strong> kwantificerende volkshuisvesting, de groeiende<br />
locale partijen benadrukken het thema van de leefbaarheid.<br />
142