02.09.2013 Views

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hz-I<br />

H2-Ot<br />

Ot<br />

Kr<br />

[ondertekening en datering] g<br />

Constanter.<br />

3? 3 Id. Novembris. 161 1619. 9<br />

1619<br />

MDCXIX<br />

[ontbreekt]<br />

[19] AEN MIJN HEER DE GROOT<br />

COMMENTAAR Hetedicht g i A 9waarop Huygens p Ygghier<br />

reageert, richt Anna Roemers aan<br />

Hu Hugo o de Groot, ^die in uni 1 161 voor 9 levenslange g opsluiting p gnaar<br />

Loevestein is<br />

overgebracht. g<br />

Het valt in drie delen te verdelen: een aanspraak p tot de zon (r. 1-i2 een<br />

retorische klacht (r. 1 3 -2o) en tenslotte een rechtstreeks aanspreken p van Hugo g<br />

de Groot (r. 21-26).<br />

Ze raadt de zon aan Zijn 'gulden hooft' te bedekken 'want dees lie p (de<br />

contraremonstranten die Grotius c.s.evan g en g namen en veroor<strong>deel</strong>den)<br />

houden van de duisternis en willen het licht niet zien.<br />

Na de klacht uit het tweedee<strong>deel</strong>te g volgt in het derde stuk een<br />

verontschuldiging ^ ggrechtstreeks gericht aan Hugo g de Groot. Hij moet maar niet<br />

kwaad worden als een eenvoudige g `maecht Die U verheven geest g op o<br />

't alderhoochst behaecht' haarpen p op phet papier pp zet, ^terwijl haar hart hem meer<br />

terwij<br />

is als haar schrijven 1 ggeleerd, ^ fraai of kunstig g is. Hij l moet geloven g<br />

dat zij het grootste g <strong>deel</strong> van haar lof verzwijgt l niet uit onwil, maar uit vrees.<br />

Hiero Hierop pakt p Huygens Yg uit. Haar door de poëzie p beroemde tong gmoet zwijgen, lg<br />

haar onvrouwelijke (voor een vrouw ongekend g ggrote)<br />

verstand moet tot<br />

bedaren komen, haar letterrijke t ppen moet ophouden p en haar rusteloze hand<br />

moetaan g rusten. Huygens Yg spreekt p vervolgens g haar ogen aan. Spaart p uw<br />

geleerde eleerde tranen, ^ de juiste l tijd om te huilen zal er zelf wel om vragen g als de<br />

`over grooten Groot' de doodsrivier is overgestoken. g<br />

In r. 8 corrigeert g Huygens Yg zich. Wat? Tij Tijd om te schreien? Na de dood zal men<br />

zegewagen van de wonderlijke wereldroem de eervolle last van zijn zij<br />

naam nog g zien dragen. g<br />

In de laatste vier reels g parafraseert hij l het onder het gedicht enoteerde g citaat<br />

uit Ovidius dat o opDaedalus betrekking gheeft. Hij Hijvraagt<br />

zich af hoe van nu<br />

af aan drie wallen en driegrachten g (Loevestein) die `meer als Dedal-eest' g<br />

(die man die meer vermag g dan Daedalus die op p wieken van was uit het Labyrint Y<br />

ontsna p te opgesloten pg zouden kunnen houden en laten wegteren. Grotius' roem<br />

kan niet opgesloten pg worden, ^ noch door de dood vergaan. g<br />

In de slotregels llikt Huygens Yg `even op p Grotius' sensationele ontsnapping pP git uit<br />

het slot tereluderen' p meent Nellen.' Dat lijkt 1 alleen maar zo. Misschien is<br />

heteeld beelddat Vondel later opriep pwel debet aan deze associatie. Huygens Yg kende<br />

natuurlik 1 zijn l Horatius. de rachten g en de wallen haalde hij l wellicht net als<br />

Vondel deed, > uit diens Oden III, i6. 2 Met de woorden `meer als Dedal-geest' g<br />

I SO [19] AEN MIJN HEER DE GROOT

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!