02.09.2013 Views

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

I mijn H En mijn snacken in verslaen, ,<br />

h-Ot mijn'[ l<br />

Ot mijn<br />

l<br />

772 H Sonder seggen, se en op phet gaen g<br />

h se ggen<br />

73 H Dan, ^ voltooide, > gedicht g van dit tweeluik Huygens' Yg<br />

`allerviesteedicht'.' g Hij laatste lpp<br />

het in de traditie van Francesco Berni<br />

waarmee hij 1 ook `minder frisse' p pasages g uit 'tCostelick Mall verbindt. 2 Smit kan<br />

hierelijk g l in hebben, wat ^ niet wegneemt ^ dat beide gedichten g een nadere<br />

beschouwing g verdienen.<br />

Gedicht[5I] S is opgebouwd pg uit vier strofen van 14 4 regels. g In de eerste vraagt g<br />

de dichter aan het deksel van een kookpot p waarin allerlei vuiligheid g wwordt<br />

opgekookt pg of de hel ooit een toverachtiger g gerecht g heeft opgeleverd. pg In de<br />

tweede strofe richt hij zich tot de lap p die een `uit geweeckte huijt' l aan het o0 oog<br />

en het hart onttrekt. De dichter vraat g waarom deze la Pniet<br />

voor ieder even<br />

genadig g g is door verborgen g te houden dat de dag gliever niet zag. g Hij lweet<br />

oo ook<br />

wel dat al het vuil uit de keuken door de afvoeres gespoeld oeld moet worden waar<br />

ook het zeepsop p p doorheen gaat. g Dit vuil heeft gebrek g aan twee van dergelijke g l<br />

afvoerputjes. p Hoewel, in de derde strofe, bedenkt de dichter dat twee putten<br />

l > p<br />

nietenoe g zijn. g Er moet ook een – diepere – zinkput zijn. Hij walgt<br />

zijn. p p zijn. l<br />

vervolgens gg van de opgeroepen vuili heid en houdt erover o p.<br />

In de laatste<br />

strofe komt het metaforisch karakter van de voorgaande g reels g aan het licht<br />

en <strong>deel</strong>t de dichter mee niet meer te willen zegen g over v de persoon pe soo die hij in<br />

de eerste drie strofen op p de korrel heeft genomen g dan d dat het et een ee Q, een<br />

quidam, een zeker iemand, een X, een onbekende is. Wanneer men met de<br />

wetenschap p uit de laatste strofe de eerste drie nog geens leest, t wordt w duidelijk li'l<br />

hoe fel Huygens yg van leer trekt tegen g iemand die – als een heks esop een e<br />

tekening g van De Gheyn Y 3 – hem uit minderwaardig g vuil blijkbaar l een grove g v<br />

jOI [fI] DEXEL VANDE VUIJLE POTT

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!