19.09.2014 Views

Boude bewoordingen

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

noch vanuit de hedendaagse fenomenologie van de ontmoeting worden<br />

begrepen, benadrukt hij. Bij Van den Berg gaat het om andere jaartallen, met<br />

name het jaar 1628, wanneer Harvey zijn ontdekking van de bloedsomloop<br />

wereldkundig maakt, en het jaar 1874, wanneer de ontdekking van de reflex<br />

plaatsvindt. De moderne geneeskunde heeft meer dan één begin. Zij heeft<br />

haar geboorte over meerdere beginmomenten verdeelt. De laatste decennia<br />

van de achttiende eeuw, de tijd van de Franse Revolutie, deze momenten<br />

zijn ook van betekenis voor Van den Berg, zoals met name naar voren komt<br />

in zijn studie over de reflex uit 1973. Van den Bergs beschrijving van de hamer<br />

waarmee Erb en Westphal de reflex ontdekken, doet denken aan Foucaults<br />

beschrijving van de introductie van de stethoscoop. In beide gevallen<br />

gaat het om een eenvoudig, om niet te zeggen ‘banaal’ instrument (Van den<br />

Berg 1961, p. 208; 1996, p. 61), dat vanaf dat moment echter deel gaat uitmaken<br />

van de standaarduitrusting van de arts. In de koffer van de huisarts bevindt<br />

zich voortaan een hamer en een stethoscoop.<br />

Wat in Geboorte van de kliniek ontbreekt is de terugkoppeling met het<br />

heden. Het menselijk lichaam daarentegen begint uitdrukkelijk met een<br />

hoofdstuk over de actualiteit en ook elders wordt een verband met het heden<br />

gelegd. Zo ziet Van den Berg een zekere continuïteit tussen de strijd<br />

tegen de schijndood rond 1800 en het debat over reanimatie dat zeer actueel<br />

is op het moment dat hij zijn studie publiceert. Met de provocerende ongenuanceerdheid<br />

die hem kenmerkt zodra het heden ter sprake komt,<br />

concludeert Van den Berg dat reanimatie even nutteloos is als de lijkenhuisjes<br />

die ten tijde van de Romantiek werden ingericht om schijndood te<br />

voorkomen – niemand was erbij gebaat (1961, p. 163). Bij Foucault lijkt<br />

deze verwijzing naar de actualiteit afwezig. Sterker nog, hij waarschuwt uitdrukkelijk<br />

tegen elke poging de gebeurtenissen van toen vanuit het huidige<br />

bewustzijn te ‘begrijpen’. Toch moeten ook de studies van Foucault als een<br />

uiteenzetting met de actualiteit worden gezien. Ook zijn historisch onderzoek<br />

wordt gemotiveerd door onbehagen in de actualiteit, ook zijn werk is<br />

actualiteitskritiek. Foucaults archeologie is, evenals Van den Bergs metabletica,<br />

een poging de geschiedenis van het heden te schrijven. Interviews en<br />

andere korte teksten, die Foucaults historische studies als voor- en nawoorden<br />

omgeven, kunnen in dat opzicht als leeswijzer functioneren.<br />

§ 5 Een anti-fenomenologie<br />

Pas in De woorden en de dingen (1966) neemt Foucault rigoureus afstand van<br />

de fenomenologie. Wie dit boek anno nu leest zal waarschijnlijk nauwelijks<br />

opmerken met een polemisch boek van doen te hebben, aldus Lebrun<br />

(1991). Op het moment van publicatie was dat anders. Het boek werd van-<br />

300

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!