AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Nr. 43 - 19.1.09 HOF VAN CASSATIE 177<br />
terbeschikkingstelling van deze gelden geen oorzaak ten grondslag lag, maar een loutere<br />
hulpvaardigheid vanwege de NV. Door deze terbeschikkingstelling werd de NV verarmd<br />
en de eiser verrijkt.<br />
Eiser voert in het enig middel aan dat de appelrechters niet wettig tot dit besluit konden<br />
komen, nu de verrijking zonder oorzaak de afwezigheid van iedere oorzaak onderstelt,<br />
niet enkel een juridische maar evenmin een economische, morele of andere oorzaak. Nu<br />
zij stellen dat de NV heeft gehandeld uit hulpvaardigheid, nemen zij aan dat er een<br />
oorzaak voorlag.<br />
2. Bespreking.<br />
Uit de door de appelrechters vastgestelde gegevens blijkt dat de NV Graphicolor op<br />
eigen initiatief de persoonlijke schuld die eiser had ten opzichte van de<br />
belastingsadministratie heeft betaald.<br />
De NV heeft dit ongevraagd en op eigen initiatief gedaan, met de uitdrukkelijke en niet<br />
betwiste reden om de gedwongen verkoop van de inboedel van eiser te voorkomen.<br />
De handelwijze van de NV vindt steun in het bepaalde in artikel 1236 B.W. volgens<br />
hetwelk een verbintenis kan voldaan worden door ieder die daarbij belang heeft, gelijk<br />
een medeschuldenaar of een borg. De verbintenis kan zelfs voldaan worden door een<br />
derde die daarbij geen belang heeft, mits die derde in naam en tot kwijting van de<br />
schuldenaar handelt of mits hij, handelend in eigen naam, niet in de rechten van de<br />
schuldeiser gesteld wordt.<br />
De NV die volledig vreemd is aan de verbintenis die eiser had ten opzichte van de<br />
belastingen kan beschouwd worden als een derde, die bij die verbintenis geen belang had<br />
en handelde in eigen naam.<br />
Verweerders doen,als curatoren van de NV, beroep op de “actio de in rem verso” of de<br />
“vermogensverschuiving zonder oorzaak” om terugbetaling van het door hen<br />
voorgeschoten bedrag te bekomen.<br />
De leer van de “vermogensverschuiving zonder oorzaak” steunt op de gedachte dat<br />
waardeverschuivingen tussen vermogens steeds een rechtvaardiging behoeven. Toevallige<br />
of gratuite wijzigingen moeten zoveel als mogelijk vermeden worden.<br />
Vermogensverschuivingen worden dan ook slechts aanvaard wanneer er een<br />
bestaansreden aan ten grondslag ligt 2 .<br />
Om de actio de in rem verso te kunnen stellen moet de verrijking van de ene partij, die<br />
zowel kan bestaan in het verwerven van een voordeel als in de bevrijding van een last,<br />
correleren met de verarming van de andere partij, maar deze vermogensverschuiving moet<br />
zonder oorzaak zijn.<br />
Eiser wijst er in het middel terecht op dat deze oorzaak niet strikt beperkt blijft tot een<br />
juridische oorzaak, maar dat hiermee gedoeld wordt op welke oorzaak dan ook, weze het<br />
een contractuele, wettelijke of natuurlijke verbintenis of zelfs de eigen wil van de<br />
verarmde.<br />
In de meeste gevallen vindt de vermogensverschuiving plaats tussen twee partijen, de<br />
verrijkte en de verarmde, die tegenover elkaar staan. In voorliggende zaak is dit niet<br />
helemaal het geval. Hier vindt de vermogensverschuiving plaats via een derde vermogen<br />
om.<br />
Eiser was schuldenaar ten opzichte van de belastingsadministratie. Verweerder heeft<br />
evenwel de schuld van eiser betaald in handen van de belastingsadministratie ter<br />
voldoening van eisers schuld. Door deze betaling wordt eiser bevrijd van zijn schuld ten<br />
opzichte van de belastingsadministratie.<br />
2 E. Dirix, “Ongerechtvaardigde verrijking in drie-partijen verhoudingen, TPR, 1981, 1023 en<br />
volgende; De Page, III, nr. 403- 407.