02.05.2013 Views

AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

262 HOF VAN CASSATIE 26.1.09 - Nr. 65<br />

Het arrest verklaart "het hoger beroep ontvankelijk en gegrond, wijzigt het beroepen<br />

vonnis en vernietigt de veroordeling (van de verweerder) tot betaling, (aan de eiser), van<br />

maatschappelijke dienstverlening gelijk aan het leefloon voor alleenstaanden, met ingang<br />

van 6 september 2005, vermeerderd met de gerechtelijke interest, verklaart het beroep van<br />

(de eiser) tegen de beslissing van (de verweerder) van 4 oktober 2005 niet-gegrond en<br />

herstelt die beslissing in al haar beschikkingen, veroordeelt (de verweerder) in de kosten,<br />

die voor (de eiser) zijn vereffend, in eerste aanleg, op 214,18 euro en in hoger beroep op<br />

160,78 euro, verklaart de rechtsvordering tot gedwongen tussenkomst, die ertoe strekt de<br />

beslissing ten aanzien van de Belgische Staat bindend en hem tegenstelbaar te verklaren,<br />

ontvankelijk", en grondt die beslissing op de volgende redenen :<br />

"Het beroepen vonnis van 15 februari 2006 is op 21 februari 2006 ter kennis gebracht.<br />

Het verzoekschrift in hoger beroep is op 13 maart 2006 ontvangen op de griffie van het<br />

Arbeidshof.<br />

(De eiser) werpt tegen het hoger beroep een middel van niet-ontvankelijkheid op, op<br />

grond dat het verzoekschrift in hoger beroep niet vermeldt dat (de verweerder) te dien<br />

einde door zijn voorzitter vertegenwoordigd wordt.<br />

Artikel 1057 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt welke vermeldingen, op straffe van<br />

nietigheid, in de akte van hoger beroep vervat moeten zijn, met name 'de naam, de voornaam,<br />

het beroep en de woonplaats van de eiser in hoger beroep'.<br />

Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, dat krachtens artikel 2 van de wet<br />

van 8 juli 1976 rechtspersoonlijkheid bezit, wordt in de akte van hoger beroep op<br />

afdoende wijze geïdentificeerd door de vermelding 'Openbaar centrum voor maatschappelijk<br />

welzijn te Herstal', met de vermelding van de plaats waar de zetel gevestigd is.<br />

Artikel 703 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt het volgende :<br />

'Rechtspersonen treden in rechte op door tussenkomst van hun bevoegde organen.<br />

Om van hun identiteit te doen blijken in de dagvaarding en in elke akte van rechtspleging<br />

is het voldoende hun benaming, hun rechtskarakter en hun maatschappelijke zetel op<br />

te geven.<br />

De partij tegen wie zodanige akte van rechtspleging wordt ingeroepen, heeft evenwel<br />

het recht om in elke stand van het geding te eisen dat de rechtspersoon haar de identiteit<br />

meedeelt van de natuurlijke personen die zijn organen zijn.<br />

Het vonnis over de zaak kan worden uitgesteld zolang aan deze vordering niet is<br />

voldaan'.<br />

Artikel 703 maakt geen enkel onderscheid tussen private en publieke rechtspersonen;<br />

indien niet voldaan wordt aan de vereiste van identificatie van de natuurlijke persoon of<br />

personen die de rechtspersoon in rechte vertegenwoordigen, bestaat de enige sanctie in<br />

een verdaging van de uitspraak.<br />

Hoewel de voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat<br />

centrum, ter uitvoering van artikel 2, §1, vierde lid, inderdaad in gerechtelijke en buitengerechtelijke<br />

handelingen vertegenwoordigt, maakt de afwezigheid van de vermelding<br />

'vertegenwoordigd door zijn voorzitter' die akte van hoger beroep niet ongeldig, aangezien<br />

bewezen is dat de beslissing om hoger beroep in te stellen, op rechtsgeldige wijze is<br />

genomen.<br />

'De beslissing om hoger beroep in te stellen moet genomen worden door de Raad voor<br />

Maatschappelijk Welzijn zelf, maar niets belet dat deze beslissing de bekrachtiging kan<br />

inhouden van een hoger beroep dat voorafgaandelijk werd ingesteld' (Cass., 2 juni 1997,<br />

<strong>AC</strong>, 1997, nr. 253).<br />

De beslissing die de vaste raad voor maatschappelijk welzijn van de (verweerder) op 1

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!