02.05.2013 Views

AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

88 HOF VAN CASSATIE 9.1.09 - Nr. 20<br />

kader van de TIR-regeling verschuldigde sommen. De appelrechters stellen de Belgische<br />

Staat derhalve in het gelijk en verklaren het verzet van Febetra tegen de voornoemde<br />

dwangbevelen ongegrond.<br />

Zaak F.O7.OO5O.N<br />

3. Het eerste middel tot cassatie betreft de algemene zorgvuldigheidsverplichting in<br />

hoofde van het douanekantoor van vertrek te Antwerpen bij het in last nemen van het<br />

carnet TIR. Deze diensten zouden erover moeten waken dat het document zorgvuldig en<br />

volledig ingevuld wordt. Indien dit niet het geval zou blijken, zou het<br />

zorgvuldigheidsprincipe als algemeen beginsel van behoorlijk bestuur geschonden zijn en<br />

zou dergelijke ‘onzorgvuldige’ administratie onmogelijk ontdoken invoerrechten kunnen<br />

recupereren.<br />

(…)<br />

4. In het tweede onderdeel wordt opgeworpen dat uit de artikelen 3 en 8.7 van de TIRovereenkomst<br />

5 en uit de zorgvuldigheidsverplichting in hunnen hoofde voortvloeit dat de<br />

bevoegde autoriteiten op een in last genomen carnet TIR alle vermeldingen dienen aan te<br />

brengen die vervat zijn in het model opgenomen als bijlage I van de overeenkomst. In<br />

casu blijkt dit niet het geval, zodat bovendien een fout in de betekenis van de artikelen<br />

1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek begaan zou zijn. Door louter naar artikel 19 van<br />

de TIR-overeenkomst te refereren zou de beslissing hierover in het bestreden arrest niet<br />

naar recht verantwoord zijn.<br />

Deze opvatting kan niet bijgetreden worden. Artikel 19 van de TIR-overeenkomst,<br />

geciteerd door de appelrechters, verplicht de bevoegde douaneautoriteiten van het land<br />

van vertrek immers om, wanneer hen de goederen en het wegvoertuig, de<br />

vervoerscombinatie of de container met het carnet TIR worden aangeboden, de nodige<br />

maatregelen te nemen om zich (bij uitsluiting) te overtuigen van de juistheid van het<br />

goederenmanifest, de douaneverzegeling aan te brengen of de douaneverzegeling te<br />

controleren die onder de verantwoordelijkheid van deze autoriteiten is aangebracht door<br />

hiertoe naar behoren gemachtigde personen. De bepaling legt geenszins ruimere formele<br />

vereisten op in het perspectief van de TIR-regeling.<br />

Dit blijkt evenzeer en a fortiori uit de explicatieve nota 6 , opgenomen als bijlage 6 van<br />

het TIR-handboek, welke tekst en uitleg geeft bij het kwestieuze artikel 19 7 . In concreto<br />

wordt duidelijk gemaakt dat de verplichting om zich te overtuigen van de juistheid van het<br />

goederenmanifest louter impliceert dat het douanekantoor van vertrek tenminste moet<br />

5 Artikel 3 stipuleert dat de bepalingen van de TIR-overeenkomst slechts van toepassing zijn indien<br />

het vervoer plaatsvindt onder dekking van een document carnet TIR dat dient overeen te stemmen<br />

met het in bijlage I bij deze overeenkomst opgenomen model. Artikel 8.7 legt aan de bevoegde douaneautoriteiten<br />

op om voor zoveel als mogelijk de betaling te eisen van de persoon of de personen die<br />

rechtstreeks de betrokken taxaties verschuldigd zijn alvorens een vordering tot betaling in te dienen<br />

bij de aansprakelijke organisatie.<br />

6 Luidens het TIR-handboek (p. 35) wijzigen de explicatieve nota’s de bepalingen van de TIRovereenkomst<br />

of haar bijlagen niet, maar verduidelijken zij enkel de inhoud, de betekenis en de<br />

reikwijdte ervan. De explicatieve nota’s laten derwijze toe om de bepalingen van de overeenkomst en<br />

haar bijlagen toe te passen, rekening houdend met de technologische evolutie en de vereisten van de<br />

economische orde.<br />

7 Letterlijk: «L'obligation, pour le bureau de douane de départ, de s'assurer de l'exactitude du<br />

manifeste des marchandises implique la nécessité de vérifier au moins que les indications du<br />

manifeste relatives aux marchandises correspondent à celles des documents d'exportation et des<br />

documents de transport ou autres documents commerciaux relatifs à ces marchandises; le bureau de<br />

douane de départ peut aussi examiner les marchandises en tant que de besoin. Le bureau de douane<br />

de départ doit aussi, avant d'apposer les scellements, vérifier l'état du véhicule routier ou du<br />

conteneur et, dans le cas de véhicules ou de conteneurs bâchés, l'état des bâches et des liens de<br />

fermeture des bâches, ces accessoires n'étant pas compris dans le certificat d'agrément.»

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!