AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
34 HOF VAN CASSATIE 5.1.09 - Nr. 6<br />
mingsraad, en dat voor de categorie bedienden, alsook dat zij de enige kandidaat is (4de<br />
blad, laatste alinea, van het bestreden vonnis).<br />
3. De arbeidsrechtbank oordeelt dat de kandidatuurstelling van de verweerster geldig is,<br />
ondanks het feit dat haar naam niet op de kiezerslijsten voorkomt (10de blad, eerste<br />
alinea, derde lid, van het bestreden vonnis). Volgens de arbeidsrechtbank is voor een<br />
geldige kandidatuurstelling niet vereist dat de betrokken werknemer op de kiezerslijsten<br />
vermeld staat (zie 8ste blad, onderaan, en 9de blad, bovenaan, van het bestreden vonnis)<br />
en moet de laatste zinsnede van artikel 33, §1, vierde lid, van de wet van 4 december<br />
2007, m.n. dat het behoren tot de categorie van werknemers wordt vastgesteld in functie<br />
van de kiezerslijst waarop de werknemer is ingeschreven, tegen zijn specifieke achtergrond<br />
worden begrepen, zijnde in de context van het bewijs (9de blad, tweede alinea, van<br />
het bestreden vonnis). De arbeidsrechtbank stelt vast dat in deze zaak tussen de partijen<br />
geen betwisting bestaat over het feit dat de verweerster behoort tot de categorie van<br />
bedienden en oordeelt dat de voornoemde regel van artikel 33, §1, vierde lid, van de wet<br />
van 4 december 2007 in deze zaak dan ook geen toepassing vindt (10de blad, tweede<br />
alinea, laatste lid, van het bestreden vonnis).<br />
Aangezien de - overigens door de arbeidsrechtbank erkende (8ste blad, eerste alinea,<br />
laatste punt 4., van het bestreden vonnis) - verkiesbaarheidvoorwaarde dat de kandidaat<br />
moet behoren tot de categorie van werknemers waarvoor hij ter verkiezing wordt voorgedragen,<br />
impliceert dat de kandidaat op de kiezerslijst van die categorie van werknemers<br />
moet zijn ingeschreven, oordeelt de arbeidsrechtbank, na te hebben vastgesteld dat de<br />
naam van de verweerster niet is vermeld op de kiezerslijsten, niet wettig dat de kandidatuurstelling<br />
van de verweerster geldig is (schending van alle in de aanhef van het middel<br />
opgesomde wettelijke bepalingen, met uitzondering van artikel 149 van de gecoördineerde<br />
Grondwet).<br />
Alleszins ligt de vereiste ingeschreven te zijn op de kiezerslijst van de categorie waarvoor<br />
men zich kandidaat stelt, vervat in de laatste zinsnede van artikel 33, §1, vierde lid,<br />
van de wet van 4 december 2007, luidens welk het behoren tot de categorie van werknemers<br />
wordt vastgesteld in functie van de kiezerslijst waarop de werknemer is ingeschreven.<br />
Anders dan de arbeidsrechtbank oordeelt, vindt die bepaling niet alleen toepassing<br />
in geval van bewijsproblemen, maar geldt zij onverkort. De beslissingen van de<br />
arbeidsrechtbank dat de voornoemde bepaling tegen zijn specifieke achtergrond moet<br />
worden begrepen, zijnde in de context van het bewijs, en dat die bepaling in deze zaak<br />
geen toepassing vindt aangezien tussen de partijen geen betwisting bestaat over het feit<br />
dat de verweerster behoort tot de categorie van bedienden, zijn dan ook niet naar recht<br />
verantwoord (schending van alle in de aanhef van het middel opgesomde wettelijke bepalingen,<br />
met uitzondering van artikel 149 van de gecoördineerde Grondwet).<br />
Conclusie<br />
De arbeidsrechtbank oordeelt niet wettig dat het vermeld staan op de kiezerslijsten geen<br />
verkiesbaarheidvoorwaarde is en oordeelt derhalve niet wettig dat de kandidatuurstelling<br />
van de verweerster, van wie de rechtbank vaststelt dat haar naam niet op de kiezerslijsten<br />
voorkomt, geldig is (schending van de artikelen 2, 18, eerste lid, en 33, §1, inzonderheid<br />
vierde lid, van de wet van 4 december 2007 betreffende de sociale verkiezingen van het<br />
jaar 2008, 19 en 21, §2, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het<br />
bedrijfsleven en 59 en 61 van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de<br />
werknemers bij de uitvoering van hun werk).<br />
2. Tweede onderdeel<br />
1. Uit de wettelijke bepalingen vermeld vóór het eerste onderdeel van dit middel volgt<br />
dat het behoren tot een categorie werknemers wordt vastgesteld op grond van de kiezerslijst<br />
waarop de werknemer is ingeschreven en dat de kiezers op afzonderlijke lijsten