AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 01 2009 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
78 HOF VAN CASSATIE 9.1.09 - Nr. 19<br />
3. Bij dagvaarding van 24 januari 1997 vorderden de Belgische Staat en de<br />
eiser, de veroordeling van de verweerster tot betaling van de verschuldigde<br />
invoerheffingen.<br />
III. CASSATIEMIDDELEN<br />
De eiser voert in zijn verzoekschrift twee middelen aan.<br />
Eerste middel<br />
Geschonden wettelijke bepalingen<br />
- de artikelen 1, 2, 3, 4 en 5 van de EEG-Verordening nr. 1697/79 van de Raad van 24<br />
juli 1979 inzake de navordering van de rechten bij invoer of uitvoer die niet van de belastingschuldige<br />
zijn opgeëist voor goederen welke zijn aangegeven voor een douaneregeling<br />
waaruit de verplichting tot betaling van dergelijke rechten voortvloeide;<br />
- artikel 149 van de gecoördineerde Grondwet van 17 februari 1994.<br />
Aangevochten beslissingen<br />
Bij arrest van 27 juni 2006 verklaart het Hof van Beroep te Antwerpen het hoger<br />
beroep van de eiser ontvankelijk en deels gegrond, hervormt het bestreden vonnis voor<br />
zover het de vordering van beide (eisers) ontvankelijk verklaart, opnieuw wijzende,<br />
verklaart de vordering van de Belgische Staat niet ontvankelijk en de vordering van de<br />
eiser ontvankelijk, zegt voor recht dat de eisers vordering verjaard is en veroordeelt (de<br />
eiser en de Belgische Staat) tot de kosten van het geding.<br />
Deze beslissing is onder meer op volgende overwegingen gestoeld:<br />
"(De verweerster) heeft in de loop van 1992 een aantal zendingen melkpoeder, afkomstig<br />
uit derde landen, aangegeven onder document T1, dit wil zeggen als niet-communautaire<br />
goederen voor communautair douanevervoer. In 1992 gebeurde dergelijk communautair<br />
douanevervoer overeenkomstig de verordening EEG 222/77 onder de verantwoordelijkheid<br />
van de aangever die zich verplicht, door de aangifte tot het regelmatig<br />
verrichten van het douanevervoer. De aangever is verplicht de goederen binnen de<br />
gestelde termijn ongeschonden aan het kantoor van bestemming aan te bieden, met inachtneming<br />
van de door de bevoegde autoriteiten getrokken identificatiemaatregelen, en de<br />
bepalingen na te leven betreffende de regeling van communautair douanevervoer.<br />
Dit communautair douanevervoer is slechts voltrokken wanneer de zending aan het<br />
kantoor van bestemming wordt aangebracht.<br />
Uit het proces-verbaal van 29 november 1994, opgesteld door de administratie der<br />
douane en accijnzen, blijkt dat een aantal van de aldus door (de verweerster) aangegeven<br />
zendingen niet geldig aan het kantoor van bestemming werden aangebracht en dat de T1documenten<br />
niet werden aangezuiverd. De goederen zouden in werkelijkheid aan de doorvoer<br />
onttrokken zijn en op onregelmatige wijze, met name door sluikinvoer, in België<br />
aangeleverd worden en in verbruik gesteld.<br />
Volgens (de eiser en de Belgische Staat) heeft (de verweerster) niet voldaan aan haar<br />
verplichtingen als aangever om het bewijs te leveren dat de goederen binnen de termijn<br />
aan de bestemming zijn aangekomen, en de documenten aan te zuiveren en is (de<br />
verweerster) aansprakelijk voor de douaneschuld die daaruit is ontstaan, namelijk de betaling<br />
van de verschuldigde invoerheffing, zijnde 1.886.354 frank (document <strong>01</strong>545) +<br />
1.946.952 frank (document 04007) + 1.937.629 frank (document 02093) + 1.937.629<br />
frank (document 02094) + 1.919.566 frank (document 04205) + 1919.566 frank (document<br />
04154) + 1.919.566 frank (document 04151) + 1919.566 frank (document 04236) +<br />
1.919.566 frank (document 04118) + 1919.566 frank (document 04153) + 1.949.399 frank<br />
(document 04521) + 1.949.399 frank (document 04619) + 1949.399 frank (document