27.09.2013 Views

Moortje van Bredero - Dalton Voorburg

Moortje van Bredero - Dalton Voorburg

Moortje van Bredero - Dalton Voorburg

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

72<br />

achtte om aan het dubbele rijm enige zorg te besteden 1 , dat is toch wel te zien aan<br />

de trits slecht of / recht of / vlecht of (vzn. 1224-26), waar in het tweede of twee<br />

gelijkluidende woorden zijn samengevallen.<br />

Nu stoot men in <strong>Moortje</strong> enkele malen op het teken voor dubbel rijm, terwijl wij<br />

moeten aannemen dat er aanzienlijk klankverschil, namelijk klemtoonverschil te<br />

horen is geweest: kreech hy soo koel slip? / hy keeck als een Poelsnip 2 (vzn.<br />

1262-63), achtse myn dan voor sulcken Jan hen? / weetse niet wat ick voor een<br />

Man ben? (vzn. 2202-03), komt an en smijt toe / neemter wat tijt toe (vzn. 3081-82).<br />

Men kan zich voorstellen dat de acteurs op het rederijkerstoneel de pronkrijmen<br />

goed lieten uitkomen door een niet geheel natuurlijke beklemtoning, maar voor ons<br />

belangrijker is dat het de dichter soms onverschillig schijnt te zijn geweest of hij hier<br />

met mannelijke of met vrouwelijke rijmen te maken had. Terwijl tot de vormelementen<br />

die hij beoogde ongetwijfeld de alternantie mannelijk / vrouwelijk rijm moet worden<br />

gerekend, staat koel slip / Poelsnip tussen vrouwelijke rijmparen, Jan hen / Man<br />

ben in de rijmenreeks koen / doen / ghevat had / gat had / Jan hen / Man ben / beck<br />

/ geck / Vegher / Legher, en het laatste voorbeeld in een serie smaeckt / vermaeckt<br />

/ lieghen langhen / vlieghen <strong>van</strong>ghen / smijt toe / tijt toe / saack maken / Kaack raken<br />

/ Rat / Stadt / gegeven / bedreven. Het lijkt eerst eenvoudig: de eenlettergrepigheid<br />

<strong>van</strong> slip en snip is in overeenstemming met de plaatsing tussen vrouwelijke rijmparen.<br />

Maar dan zou men moeten aanvaarden dat de mannelijkheid <strong>van</strong> hen alterneert<br />

met de vrouwelijkheid <strong>van</strong> ghevat had en gat had, en de vrouwelijkheid <strong>van</strong> Man<br />

ben met de mannelijkheid <strong>van</strong> beck en geck. De laatstaangehaalde reeks alterneert<br />

regelmatig, als we aannemen dat alleen toe het (immers eenlettergrepige) rijmwoord<br />

is. Ook hier een ‘maar’: een identiek rijm als toe / toe is bij <strong>Bredero</strong> niet te verwachten.<br />

Zien en luisteren we verder, dan merken we b.v.<br />

1 ‘Dubbelrijm wordt een enkele keer wel eens toegepast in ernstige poëzie, maar in het<br />

Nederlands werkt het snel gekunsteld, zo niet lachwekkend, <strong>van</strong>daar dat men het vooral in<br />

humoristische of satirische poëzie aantreft.’ (C. Buddingh', Lexicon der poëzie, 2de druk,<br />

Amsterdam 1977, blz. 56.) Het zal wel geen toeval zijn, dat Hoofts Warenar, die er alle schijn<br />

<strong>van</strong> heeft een aemulatio <strong>van</strong> <strong>Moortje</strong> te zijn, dit stuk verre overtreft in frekwentie en ‘kwaliteit’<br />

<strong>van</strong> de rijmen die uit meer dan een woord bestaan. De drost is blijkbaar uit op verrassende,<br />

desnoods gedwrongen constructies als zwaer gelane, ramps / Trijn hanekams (vzn. 739/740),<br />

dat we zin mal / ien inval (vzn. 881/882), er <strong>van</strong>ne schromen / al annenomen (vzn. 1185/1186).<br />

2 De samengestelde rijmwoorden schiltwacht (vs. 867) en Poelsnip (vs. 1263) worden door de<br />

duitse komma's die het dubbele rijm aangeven, in hun bestanddelen gesplitst; in vuersingen<br />

/ duer gingen (vzn. 2627-2628) is het teken niet aangebracht.<br />

G.A. <strong>Bredero</strong>, <strong>Moortje</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!