21.09.2013 Views

Op steenworp afstand - Oapen

Op steenworp afstand - Oapen

Op steenworp afstand - Oapen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

manier had het wel laten weten dat een advies<br />

daarover heel gewenst zou zijn. “Soms is het<br />

heel moeilijk om een vraagstelling te verzinnen”,<br />

legt Scheltema uit. “Als het kabinet ons<br />

had gevraagd hoe onze rechtsstaat beter kan<br />

functioneren, dan gaat daar toch het signaal<br />

van uit dat het nu niet goed gaat.”<br />

Ook ging Scheltema wel eens bij bewindslieden<br />

langs voordat een rapport verscheen.<br />

Toen de raad op het punt stond om Ontwikkelingsbeleid<br />

en goed bestuur uit te brengen<br />

(2001), meldde hij zich bij minister Herfkens.<br />

Haar reactie verraste hem. De minister<br />

liet weten dat ze geen enkele behoefte had aan<br />

het advies en dat de raad het maar beter niet<br />

uit kon brengen. “Zij dacht: ‘Ik heb mijn eigen<br />

beleid’ en vond dit rapport alleen maar vervelend.<br />

Ik heb haar toen uitgelegd dat het wel<br />

degelijk een interessant stuk was. Uiteindelijk<br />

heeft ze nog gesuggereerd dat sommige passages<br />

dan misschien wat anders konden. Dat<br />

hebben we niet gedaan.” Die reactie van Herfkens<br />

was een uitzondering, zegt Scheltema.<br />

“Ik ben verder nooit bij een minister geweest<br />

die zei: ‘Dat kun je maar beter niet doen want<br />

daar heb ik geen behoefte aan’.”<br />

Niet al zijn vernieuwingsplannen kreeg<br />

Scheltema van de grond. Het streven om de<br />

gemiddelde productietijd van een rapport<br />

(zo’n tweeënhalf jaar) terug te brengen, lukte<br />

slechts in een enkel geval. Het rapport Waarden,<br />

normen en de last van het gedrag (2003)<br />

was in een jaar rond. Ongehoord snel, volgens<br />

Scheltema. Maar zijn plan om op basis<br />

van kennis die al bij de verschillende raadsleden<br />

aanwezig was snelle, korte rapporten te<br />

schrijven over actuele thema’s, leverde geen<br />

geweldige resultaten op.<br />

Wel tevreden was hij over de manier<br />

waarop de raad zich bemoeide met de<br />

Europese conventie, waarin vertegenwoordigers<br />

uit alle eu-landen werkten aan<br />

een nieuw verdrag (de inmiddels door de<br />

m i c h i e l s c h e lt e m a<br />

Nederlandse bevolking afgewezen ‘grondwet’).<br />

Kort daarvoor had de raad al een aantal<br />

rapporten over de uitbreiding van de<br />

Unie uitgebracht. “Wij vonden dat toen te<br />

weinig werd meegedacht met de mensen<br />

die voor Nederland in die conventie zaten<br />

en hebben een begeleidingsproces opgezet.<br />

Over verschillende problemen die bij<br />

die grondwet aan de orde kwamen, organiseerden<br />

we workshops met leden van de<br />

conventie en experts. Zo hebben we kennis<br />

beschikbaar gesteld waar beleidsmakers<br />

vaak geen directe toegang toe hadden. Dat<br />

heeft wel wat publicaties opgeleverd, maar<br />

geen rapport. Toch vond ik die vorm heel<br />

bevredigend.”<br />

Onder Scheltema’s voorzitterschap werd<br />

de raad voor het eerst in zijn bestaan door<br />

buitenstaanders geëvalueerd. Een visitatiecommissie<br />

bestaande uit toenmalig ingbestuurder<br />

Alexander Rinnooy Kan, universiteitsvoorzitter<br />

en oud-staatssecretaris<br />

Yvonne van Rooy en senator/hoogleraar<br />

Uri Rosenthal werd ingesteld om het functioneren<br />

van de raad te beoordelen. “Dat was<br />

een idee van onszelf ”, zegt Scheltema. “Het<br />

kabinet wilde met prestatie-indicatoren<br />

gaan werken en in de raad kregen we de discussie<br />

of wij ook afspraken moesten maken<br />

over het aantal rapporten per periode. Voor<br />

dat soort criteria voelde ik niks, maar we<br />

hebben wel gezegd: ‘Laten we de vraag of we<br />

hier ons werk goed doen serieus nemen’.”<br />

Voor Scheltema pakte de visitatie alleen<br />

maar goed uit. De commissie wees hem op<br />

een aantal zaken waar hij minder bij stil had<br />

gestaan. Dat het niet zo verstandig was bijvoorbeeld<br />

om de hele raad in een keer te verversen<br />

na afloop van de zittingsperiode van<br />

vijf jaar. Verder konden de leden zich wel<br />

vinden in zijn meer naar buiten gerichte<br />

koers. “Het is natuurlijk prettig als je merkt<br />

dat dingen die je zelf al bedacht hebt nog een<br />

beetje ondersteund worden.”<br />

35 ja ar wrr 513

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!