21.09.2013 Views

Op steenworp afstand - Oapen

Op steenworp afstand - Oapen

Op steenworp afstand - Oapen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De Economische raad had een open taak, de Zuiderzeeraad (1918) was daarentegen<br />

een raad met een duidelijk concreet doel, een missie misschien zelfs. Zijn ontstaan<br />

was een min of meer logisch vervolg op een lange geschiedenis die terugging tot het<br />

Zuiderzee Comité, opgericht in het jaar dat we eerder bij de hygiënisten en statistici<br />

al tegenkwamen, te weten 1848. In dit comité zaten vooraanstaande politici, onder<br />

wie de latere waterstaatsminister J.P. Tak van Poortvliet, waterstaatsingenieurs en<br />

een bekende bankier (Wertheim). Zij ontwikkelden in de jaren vijftig en zestig van<br />

de 19 de eeuw de eerste ideeën voor een inpoldering van de Zuiderzee en de Wadden.<br />

Nadat het Comité na een rondschrijven aan de aan de Zuiderzee gelegen gemeenten<br />

en provincies voldoende geld had vergaard, werd in 1886 de Zuiderzeevereniging<br />

opgericht, die een algemeen bestuur had bestaande uit 36 belanghebbende organisaties,<br />

gemeentes, provincies en een enkele projectontwikkelaar. Door bemiddeling<br />

van Wertheim lukte het om een eigen technisch bureau op te richten, waarvoor door<br />

het departement van Waterstaat eerst een waterstaatsingenieur ter beschikking werd<br />

gesteld, die algauw zou worden opgevolgd door de ‘sociaal betrokken’ ingenieur<br />

Cornelis Lely, die voordat hij daar kwam werken al plannen voor verbetering van<br />

de waterhuishouding rondom Amsterdam had gemaakt (Van der Ham 1994). Lely<br />

maakte zoals bekend onder meer een plan over de afsluiting van de Zuiderzee met<br />

een afsluitdijk met daarin een sluis om het water van de IJssel en de Vecht te kunnen<br />

afvoeren. Voordat dat plan gepubliceerd werd, werd hij echter benoemd tot lid van<br />

het kabinet-Tak van Poortvliet (1891 -1894). De Zuiderzeeplannen werden echter niet<br />

direct uitgevoerd, ook al rapporteerde een staatscommissie er in de jaren negentig<br />

positief over. De zaak kwam pas in een stroomversnelling toen Lely in de Eerste Wereldoorlog<br />

minister van Waterstaat werd. Vooral het feit dat het neutrale Nederland<br />

met zijn neus gedrukt werd op het gegeven dat het in zijn eigen behoeften moest<br />

kunnen voorzien en daarom moest beschikken over voldoende landbouwgrond<br />

(Markerwaard) zette vaart achter de zaak. De druk werd ook groter door een grote<br />

overstroming in 1916 in Waterland waarvan de gevolgen tot in Amsterdam voelbaar<br />

waren. In het kabinet kreeg Lely hierbij steun van mr. G. Vissering die als directeur<br />

van de Nederlandsche Bank en tevens voorzitter van de Zuiderzeevereniging keer op<br />

keer het verzet uit financiële kringen tegen de plannen wist te breken.<br />

Zo werd in 1918 uiteindelijk de Zuiderzeewet goedgekeurd, een Zuiderzeedienst<br />

opgericht en een Zuiderzeeraad ingesteld “om de Regeering van advies te dienen in<br />

de voorbereiding en uitvoering van werken, alsmede in de voorbereidingen van de regelingen<br />

betreffende het in gebruik brengen van de drooggelegde gronden” (art. 5 Zuiderzeewet<br />

1918). Deze werd in 1919 ingesteld en bestond uit 37 leden. Lely werd voorzitter<br />

met als vicevoorzitter de latere premier Colijn en mr. G. Vissering. Wolffram<br />

concludeert dat de Zuiderzeeeraad zeker tot de Tweede Wereldoorlog een “machtig<br />

35 ja ar wrr<br />

6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!