26.09.2013 Views

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

205 roemen: opscheppen<br />

aoó Hier [...] noemen: wat Den Haag betreft: ik durf eiken wel in één adem met<br />

linden te noemen (eiken zijn niet minder dan linden)<br />

207 Daer: en wat Breda betreft (het Mast- en Liesbos)<br />

zo8 Tot 1...] werck hier op mijn Hofwijck zie ik hetzelfde groen, en (zelfs) precies<br />

dezelfde `substantie'. Huygens licht het toe in de volgende regels: op Hofwijck<br />

staan niet alleen dezelfde sóórt bomen als in de bossen bij Breda, het zijn<br />

dezelfde bomen. Want ze komen daar vandaan.<br />

209 Hier: op dit punt (namelijk)<br />

buijg [...] Breda: moet ik Breda de eer geven die het toekomt<br />

210 Frederick stadhouder Frederik Hendrik, overl.1647, Huygens' werkgever en<br />

beschermheer; baron van Breda.<br />

211 Om 1...] versien: Lett. `om het mijne (mijn houtgewas) te voorzien,' om mijn<br />

bos te voorzien van bomen.<br />

Jofferen 1...] Land: landjuffers, dames van het (platte)land. Huygens onderscheidt<br />

zijn mastbomen (=sparren) in `wijfjes' (hier, in het bosge<strong>deel</strong>te van<br />

Hofwijck) en `mannetjes' (rond het plein voor het huis en om de boomgaard,<br />

vgl. r. 1338-1352 en 1483-1491). Ook Dodonaeus maakt het onderscheid tussen<br />

enerzijds `wijfkens', de `ghemeyne witte dennebomen' en anderzijds `mannekens',<br />

de `andere witte dennebomen'. Blijkens de beschrijving gaat het daarbij<br />

respectievelijk om fijnspar (Picea) en zilverspar (Abies): bij het `wijfken'<br />

hangen de vruchten omlaag en bij het `manneke' staan ze omhoog. De benaming<br />

gaat volgens Dodonaeus al terug op Theophrastus (Dodonaeus 1644,<br />

p. 1352). Deze sparren hebben het overigens niet lang gemaakt, vgl. al Ged.<br />

V, p. 214 (5 december 1655): `Sparreboomen gebrandt, op Hofwijck' – met de<br />

beginregel "Klegg all mijn' wijijens op het vier').<br />

212 Mijns 1...] Vaderland: Christiaan Huygens sr. (1551-1524) was afkomstig uit Ter<br />

Heide bij Breda. Huygens speelt met twee betekenissen van `land'.<br />

voortgeplant: overgeplant<br />

213-14 'Ksegg (...] jae: ik noem ze nog eens `joffrouwen' (dames van stand – een<br />

sparreboom is niet de eerste de beste boom); en ik zou zelfs wel 'edelvrouwen'<br />

kunnen zeggen. Ze komen immers uit de baronie van Breda en zijn dus van<br />

adel. Huygens laat er meteen op volgen dat dat natuurlijk slechts provinciale<br />

adel is: `toegegeven, edele wijfjes uit Breda...'<br />

214-15 maer 1...] Hof-wijs maar van wie ik durf op te scheppen dat ik ze op Hofwijck<br />

Haags heb gemaakt en `hofwijs', d.i. bekend met de hoofse zeden: ze<br />

staan op hun plaats en kennen hun plaats. Allicht ook weer een voorbeeld van<br />

de typische ironie van dit gedicht: zelfs de bomen op Hofwijck zijn hoofs!<br />

216 Daer 1...] rijs daar groeien ze ordeloos door elkaar heen als uit hun krachten<br />

groeiende takken<br />

217 staen 1...] proncken: hier staan ze ingetogen mooi te zijn<br />

217-I8 daer [...] gronden: `op dezelfde plaats als waar ze stonden toen ze voor het<br />

eerst in het huwelijk traden met het "zand-schap" (de "zandige hoedanig-<br />

io6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!