26.09.2013 Views

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

trotse buitenhuisbezitter die de lezer al pratend zijn landgoed laat zien. Huygens<br />

brengt een soms complexe boodschap binnen een West-Europese literaire traditie,<br />

die hij tegelijk grondig vernieuwt.<br />

3.2 Het poëticale karakter van de titel, de opdracht en Aenden Leser'<br />

19<br />

De titel Vitaulium. Hofwijck. Hofstede Vanden Heere van Zuylichem Onder Voorburgh,<br />

noemt als enig onderwerp van het gedicht het buitengoed. Huygens doet<br />

daarmee iets nieuws. Van Borsselen betrekt ook de lof van het gelukzalige en gerustmoedige<br />

landleven in de naam van zijn werk en Hondius combineert in zijn titel de<br />

aan Vergilius ontleende `dapes inemptae' met de naam van zijn buitengoed en met de<br />

zoetheid van het buite<strong>nl</strong>even waarin ook boeken een plaats hebben. Huygens richt<br />

door zijn titel alle aandacht op het beschrijvend karakter van het gedicht.<br />

Het voorwerk van Hofwijck maakt echter meteen duidelijk dat met beschrijving<br />

niet alles gezegd is. Huygens heeft zijn oudste zoon Constantijn mee laten werken aan<br />

de uitgave van Hofwijck en de opdracht Hen Vrouw Geertruyd Huygens, Geseght<br />

Doublet, Vrouwe van St. Anneland, etc.' laten ondertekenen. Het stuk is vooral van<br />

belang om de eerste alinea waarin het doel van de dichter als volgt omschreven wordt:<br />

De Wijsen van eertijds hebben't soo verstaen, ende het is altoos waerachtigh gebleven, dat<br />

Vrught en Vreughd, Voor<strong>deel</strong> en Vermaeck in een getwernt [gevlochten] den deughdelixten<br />

draed maken. Daer op sagh ick dat mijn Vader gesien hadde, als hij sick gelusten liet de<br />

lichamelicke lusten van sijn Hofwijck soo te beschrijven, datse de ziel raeckten; makende<br />

van die Wandeling een' Handeling [verhandeling], die naer hem sijn' Erven, oock naerden<br />

ondergangh vande plaetse, te stade komen moght.<br />

Het gedicht wordt zo geplaatst in het algemene, vertrouwde kader van het utile<br />

duld, waarna gespecificeerd wordt: de dichter beschrijft de stoffelijke genoegens<br />

van Hofwijck op zo'n manier dat de ziel erdoor geraakt wordt, doordat hij van de<br />

beschreven wandeling meteen een vertoog gemaakt heeft, dat als blijvend erfgoed<br />

dienst zal kunnen doen. Deze passage kan gelezen worden als de eerste contemporaine<br />

omschrijving van wat het hofdicht – dat deze genrebenaming nog niet draagt – wil<br />

zijn.<br />

Aen den Leser; Voor de Bij-schriften' is het volgende stuk dat de lezer onder ogen<br />

krijgt. 3° Er zit iets merkwaardigs in dat Huygens de vele citaten in de marge in een<br />

apart gedicht verdedigt. Meer dan vijfentwintig jaar heeft hij vrijwel al zijn lange<br />

gedichten met wijsheid van vooral de klassieken in de kantlijn verrijkt, zoals gebruikelijk<br />

was in de literatuur van zijn dagen. Nu becommentarieert hij voor het eerst<br />

3o Het gedicht g is na voltooiing ^ van Hofwijck Hofwjck geschreven, g ^ waarschij<strong>nl</strong>ijk waarschij<strong>nl</strong>ijk eind januari Janua 16 2. S V Vgl. g.<br />

i<strong>nl</strong>eiding i<strong>nl</strong>eidin Apparaat, pp ^ par. P 2.1.3, 3^ en Strengholt g 1 99 8. ^ p. 161-16 3.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!