26.09.2013 Views

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

Download deel 2 - Textualscholarship.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

gegeven vertaling steunt voornamelijk op Strengholts analyse. Ik citeer: `Het begin<br />

van veel moeite bij het dingen naar de hand van een meisje is [...] gelegen in de<br />

omstandigheid, dat het meisje onder de strenge regel staat, niets maar dan ook<br />

niets van haar hartsgeheimen te raden te geven. Huygens prefereert blijkens<br />

[...] Een wijs hoveling [uit 1624, Ged. II, p. 99-ioo, r. 439-470] een meer open<br />

benadering van weerszijden, in ieder geval zo open, dat de minnaar, als hij<br />

besluit om de hand van het meisje te vragen, van meet af aan een beroep kan<br />

doen op de aanvankelijk gebleken gevoelens van toegenegenheid' (p. 427).<br />

Dat lijkt mij op zich juist. Toch gaat het Huygens m.i. in dit verband om<br />

iets anders. In de eerste plaats verdedigt hij de superioriteit van de man, die<br />

niet voor een vrouw door het stof mag gaan. Dat zegt hem de Rede. Maar<br />

de Rede zegt hem nog meer: een meisje dat zich laat smeken, dat met alle<br />

middelen bewerkt moet worden (vgl. ook r. 1941-1944), ís eenvoudig de ware<br />

niet. Daar moet een man niet aan beginnen, want als hij tenslotte al succes<br />

zou hebben, zou het resultaat toch een huwelijk zijn dat er nooit had mogen<br />

komen, omdat de liefde slechts van één kant kwam. Anders gezegd: ware<br />

liefde verraadt zich, en een verstandig man let daarop, ook al weet hij dat hij<br />

van het meisje geen initiatief mag verwachten.<br />

De laatste toevoeging (r. 1929ó: `was't soo verr gekomen [...]') verdient<br />

extra aandacht. Strengholt spreekt van `het natuurlijk ook door Huygens<br />

verworpen denkbeeld van een initiatief van de kant van het meisje' (p. 426).<br />

Ik ben daar nog niet zo zeker van. Ik parafraseer nogmaals: `Als het zover<br />

gekomen was dat een eerbare vrouw moest wachten tot de man zijn ideeën<br />

ontvouwde (die jammerlijke oorsprong van veel ellende)...' Mijns inziens<br />

impliceert die formulering: `...maar het zou beter zijn als dat niet zo hoefde te<br />

zijn, dus als de vrouw wél als eerste mocht spreken.' Dat klinkt onverwacht in<br />

deze van mannelijke superioriteitswaan doortrokken passage, maar het hoeft<br />

er toch niet mee in strijd te zijn. Als immers de vrouw haar hartsgeheim als<br />

eerste mag openbaren, dan loopt de man minder het risico zichzelf te verlagen<br />

door te gaan smeken! Ik heb de indruk dat Huygens zich hier wel degelijk distantieert<br />

van de gedachte dat het initiatief nooit van de vrouw zou mogen uitgaan.<br />

Trouwens, als we kijken naar zijn weergave van het optreden van `Doris'<br />

in het gelijknamige gedicht uit i6i8 (Ged. I, 166-122, r. 36-54), dan blijkt daar<br />

niets van afkeuring. Misschien was de regel die de vrouw een geheel passieve<br />

rol opdrong nog niet eens zo oud.<br />

1935 mancke: D.w.z. ongelijk, eenzijdig.<br />

in allen schijn: hoe men er ook tegenaan keek<br />

1936 Noch [...] zijn: D.w.z. noch een werkelijk goed huwelijk noch een schijnbaar<br />

goed huwelijk.<br />

1937 Want [...] onthalen: want wie zou een onwillige gast op de juiste wijze kunnen<br />

ontvangen. Het `spijtige' meisje (dat nooit ingaat op toenadering en pas na<br />

veel aandringen tot een huwelijk is te bewegen) wordt vergeleken met een gast<br />

die tegen wil en dank het huis in is gesleept.<br />

204

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!