07.08.2013 Views

Het beleid inzake unieke regionale talen

Het beleid inzake unieke regionale talen

Het beleid inzake unieke regionale talen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

24<br />

<strong>Het</strong> Sorbisch in Duitsland<br />

opsomming van grondrechten is bijna letterlijk dezelfde als die in de<br />

Weimarer Grondwet van 1919. In artikel 11 zegt de DDR-Constitutie:<br />

“Die fremdsprachigen Volksteile der Republik sind durch Gesetzgebung und Verwaltung<br />

in ihrer freien volkstümlichen Entwicklung zu fördern; sie dürfen insbesondere<br />

am Gebrauch ihrer Muttersprache im Unterricht, in der inneren<br />

Verwaltung und in der Rechtspflege nicht gehindert werden” (Pastor, 1997:32).<br />

De Sorben worden niet genoemd, maar zij zijn bij het ontbreken van verdere<br />

anderstaligen de facto de enige taalgroep, die in de DDR met anderstalig<br />

24<br />

deel van het volk bedoeld kan zijn. Anders dan in Sleeswijk-Holstein, is er<br />

geen sprake van een nationale minderheid of feitelijk een volksgroep, maar<br />

van een anderstalig deel van het volk. Dat niet van een nationale minderheid<br />

wordt uitgegaan krijgt reeds snel een vervolg, als een van Sorbische zijde<br />

gevraagde eigen parlementaire vertegenwoordiging wordt afgewezen<br />

(Lemke, 1998:93- 94; Pastor, 1997:32).<br />

De formeel burgerlijk-liberale Grondwet van 1949 wordt op 6 april 1968<br />

vervangen door een beter bij de socialistische realiteiten aansluitende<br />

nieuwe DDR-Constitutie. In artikel 40 zegt de nieuwe Grondwet:<br />

“Bürger der Deutschen Demokratischen Republik sorbischer Nationalität haben<br />

das Recht zur Pflege ihrer Muttersprache und Kultur. Die Ausübung dieses Rechts<br />

wird vom Staat gefördert.”<br />

Wanneer de beide, hiervoor weergegeven grondwetsartikelen met elkaar<br />

worden vergeleken, valt het op dat in de versie van 1968 de Sorben bij naam<br />

genoemd worden en niet langer een vreemde taal sprekend volksdeel van de<br />

republiek vormen. Daarmee wordt de gelijkberechtiging van Sorben en Duitsers<br />

tot uitdrukking gebracht. De gebruikte redactie geeft aan dat het niet om<br />

een collectief, maar om een individueel grondrecht op de ‘Pflege ihrer<br />

Muttersprache’ gaat. De karakterisering als grondrecht zorgt er ook voor dat<br />

individuen geen bezwaar tegen de uitvoering kunnen maken. In de<br />

socialistische staatsopvatting zijn grondrechten immers ondergeschikt aan<br />

de beperkingen van de socialistische maatschappij- en staatsordening. De<br />

eisen van de socialistische partij en staat gaan boven die van het individu<br />

(Pastor, 1997:34). <strong>Het</strong> artikel maakt verder duidelijk dat de Sorben alleen<br />

In de voorbereidingen voor de nieuwe Grondwet ontbrak een artikel <strong>inzake</strong> de belangen van<br />

de niet-Duitse delen van de bevolking. Dat leidde tot het op initiatief van de Domowinavertegenwoordiging<br />

aannemen van een motie op het op 27 september 1948 in Niesky<br />

gehouden “Kreisvolkskongreß für die deutsche Einheit und einen gerechten Frieden”, waarin<br />

de grondwetscommissie in Berlijn werd opgeroepen om de rechten van de Sorben in de<br />

Grondwet vast te leggen (Šurman, 1998:34).<br />

309

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!