07.08.2013 Views

Het beleid inzake unieke regionale talen

Het beleid inzake unieke regionale talen

Het beleid inzake unieke regionale talen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

29<br />

30<br />

31<br />

<strong>Het</strong> Sorbisch in Duitsland<br />

29<br />

slechts kort gevolgde benadering, twee typen scholen mogelijk. Enerzijds<br />

Type A-scholen waar het Sorbisch de taal van het onderwijs is en het Duits<br />

als leervak wordt gegeven, en anderzijds Type B-scholen waar het Duits de<br />

taal van het onderwijs is en waar Sorbisch leervak is. 30<br />

Ondanks de in eerste instantie optimistische verwachtingen aan Sorbische<br />

zijde, blijkt de praktijk tegen te vallen. Niet de Sorbische doelen krijgen<br />

prioriteit, maar, passend binnen de marxistisch-leninistische traditie, de<br />

staatsdoelen <strong>inzake</strong> een socialistische ontwikkeling en opvoeding (Elle,<br />

1995: 41-47). Bovendien wordt de status van het Sorbisch ondergraven door<br />

de assimilatieve uitwerking van het door de DDR gevoerde<br />

industrialiserings<strong>beleid</strong> en in het bijzonder het in dat verband ontwikkelde<br />

energie<strong>beleid</strong>, waarbij de Lausitz de energie-leverancier van het land<br />

31<br />

wordt. Ook het door de DDR-leiding gevoerde anti-kerkelijke <strong>beleid</strong>,<br />

In het in 1947 uitgebrachte Rapport <strong>inzake</strong> de reorganisatie van het onderwijs in Suriname<br />

van de hand van onderwijsinspecteur W.H.M. d’Haens worden twee typen scholen<br />

geïntroduceerd:districts- en stadsscholen. De stadsscholen worden op hun beurt verdeeld in<br />

A- en B-scholen, voor respectievelijk Nederlandssprekende en niet-Nederlandssprekende<br />

kinderen. Dat een en ander geen succes wordt, hangt onder meer samen met het feit dat voor<br />

de A-scholen schoolgeld moet worden betaald in tegenstelling tot het onderwijs aan de<br />

B-scholen. Daarmee krijgen de twee typen het imago van respectievelijk betere scholen voor<br />

be<strong>talen</strong>de ouders en minder goede scholen voor de armen. Ook al spreken de kinderen weinig<br />

of geen Nederlands, de ouders doen er alles aan om hun kinderen op de A-school te krijgen.<br />

Om die reden worden de A- en B-scholen al snel weer afgeschaft (Eersel, 1997:219).<br />

Bij het begin van het schooljaar 1952/1953 kunnen 78 Sorbische basisscholen geteld worden,<br />

waarvan 9 tot het A-type behoren. Daar komen nog vier scholen voor voortgezet onderwijs<br />

bij (Pastor, 1997:40). Van groot belang voor het Sorbisch onderwijs is de oprichting van het<br />

Sorbisch Instituut voor de opleiding van onderwijzers in Radibor in januari 1946. Daarop<br />

volgde in 1947 de oprichting van de Sorbische Oberschule in Bautzen. Daarnaast is het tot<br />

1950 mogelijk om zowel in Polen als in Tsjecho-Slowakije Sorbisch te studeren. Vanaf 1951<br />

kan Sorabistiek aan de Leipziger universiteit gestudeerd worden (Elle, 1995:34). De invoering<br />

van het Sorbisch onderwijs gaat in het begin met grote moeilijkheden gepaard. Oudere<br />

leerkrachten Sorbisch zijn er amper. Leerkrachten uit de Oberlausitz nemen het Sorbisch<br />

onderwijs in de Niederlausitz in eerste instantie voor hun rekening, maar het duurt nog jaren<br />

eer in de Niederlausitz van een normale onderwijssituatie sprake is (Marti, 1990:58).<br />

Tussen 1924 en 1944 worden in de Lausitz vier dorpen vanwege de bruinkooldelving afgebroken,<br />

waarbij 785 mensen moeten verhuizen. Tussen 1945 en 1973 bedragen die aantallen<br />

24 dorpen en 5238 personen. Tussen 1974 en 1989 gaat het om 48 dorpen en 7615 personen.<br />

Daarbij komen tussen 1945 en 1989 nog 8756 personen die wegens 38 gedeeltelijke<br />

dorpsafbraken een andere woonplaats krijgen. Tussen 1974, het jaar van de eerste<br />

energiecrisis, en 1989 vond 69% van de dorpsafbraken plaats, met in totaal 61% (=8215<br />

personen) van de noodgedwongen migratie (Förster, 1996:18). Er bestaan geen gegevens die<br />

de vraag kunnen beantwoorden hoeveel Sorben zich onder de ruim 21.000 door de bruinkooldelving<br />

getroffen inwoners van de Lausitz bevinden (Pastor, 1997:52-53). Tegenover de<br />

gedwongen migratie van de inwoners van de Lausitz, staat de komst van duizenden uit andere<br />

delen van de DDR afkomstige nieuwe inwoners. Zo groeit de stad Hoyerswerda van 7700<br />

inwoners in 1955 tot 70.000 inwoners in 1987. <strong>Het</strong> Bezirk Cottbus groeit tussen 1971 en 1981<br />

311

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!