12.07.2015 Views

Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer ... - Cepa

Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer ... - Cepa

Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer ... - Cepa

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

d15− dα wordt berekend met de formule α =35 × d5050d 15 is de relatieve dichtheid 1 van de vloeistof bij 15°C en d 50 deze bij 50°C en t F is de gemiddeldevultemperatuur van de vloeistof (in °C).4.1.1.5 De binnenverpakkingen moeten zodanig in de buitenverpakking geplaatst worden dat breuk of doorboringvan de binnenverpakkingen of <strong>het</strong> vrijkomen van hun inhoud in de buitenverpakking in normalevervoersomstandigheden vermeden wordt. De binnenverpakkingen die vloeistoffen bevatten moeten methun sluiting naar boven verpakt worden en conform de in 5.2.1.9 voorgeschreven oriëntatiemerktekens inde buitenverpakkingen geplaatst worden. De binnenverpakkingen die gemakkelijk kunnen breken ofdoorboord worden (zoals verpakkingen uit glas, aardewerk, porselein, bepaalde kunststoffen, enz.)moeten in de buitenverpakking vastgezet worden met behulp van geschikte vulmiddelen. Bij een lek magde inhoud de beschermende eigenschappen van de vulstoffen en van de buitenverpakking niet inmerkbare mate wijzigen.4.1.1.5.1 Indien een buitenverpakking van een samengestelde verpakking of een grote verpakking met succesgetest werd met binnenverpakkingen van verschillende types, mogen diverse van deze laatsteverpakkingen in deze buitenverpakking of deze grote verpakking samengebracht worden. Voor zover eengelijkwaardig prestatieniveau gehandhaafd blijft, mogen bovendien de volgende wijzigingen aan debinnenverpakkingen aangebracht worden zonder dat <strong>het</strong> collo aan andere beproevingen moetonderworpen worden:a) binnenverpakkingen met dezelfde of kleinere afmetingen mogen gebruikt worden indien:i) <strong>het</strong> concept van de binnenverpakkingen analoog is aan dat van de geteste binnenverpakkingen(bijvoorbeeld: vorm – rond, rechthoekig, enz.);ii)<strong>het</strong> constructiemateriaal van de binnenverpakkingen (glas, kunststof, metaal, enz.) dezelfde ofeen grotere weerstand bezit tegen stoot- en stapelkrachten als dat van de oorspronkelijk getestebinnenverpakking;iii) de binnenverpakkingen dezelfde of kleinere openingen bezitten en <strong>het</strong> concept van de sluitinganaloog is (bijvoorbeeld schroefdop, inschuivend deksel, enz.);iv) een voldoende hoeveelheid supplementair opvulmateriaal wordt gebruikt om de legetussenruimtes op te vullen en om elke noemenswaardige beweging van de binnenverpakkingente verhinderen;v) de oriëntatie van de binnenverpakkingen in de buitenverpakking dezelfde is als in <strong>het</strong> getestecollo;b) Men mag een kleiner aantal geteste, of andere in alinea a) hierboven gedefinieerdebinnenverpakkingen gebruiken, op voorwaarde dat voldoende opvulmateriaal toegevoegd wordt om delege ruimte(s) op te vullen en om elke noemenswaardige beweging van de binnenverpakkingen teverhinderen.4.1.1.6 Gevaarlijke goederen mogen niet samen met andere gevaarlijke of niet-gevaarlijke goederen in éénzelfdebuitenverpakking of grote verpakking verpakt worden indien ze er op een gevaarlijke wijze mee kunnenreageren (zie de definitie van “gevaarlijke reactie” onder 1.2.1).OPMERKING.Zie 4.1.10 voor de bijzondere bepalingen met betrekking tot de gezamenlijke verpakking.4.1.1.7 De sluiting van verpakkingen, die bevochtigde of verdunde stoffen bevatten, moet dusdanig zijn dat <strong>het</strong>vloeistofpercentage (water, oplosmiddel of flegmatiseermiddel) tijdens <strong>het</strong> vervoer niet tot onder devoorgeschreven limieten daalt.4.1.1.7.1 Indien op een IBC twee of meer afsluitinrichtingen in serie geplaatst zijn, moet deze die zich <strong>het</strong> dichtst bijde vervoerde stof bevindt eerst worden gesloten.4.1.1.8 Indien in een collo een overdruk kan ontstaan doordat de vervoerde stof gassen ontwikkelt (tengevolgevan een temperatuurstijging of andere oorzaken), mag de verpakking of de IBC van eenontgassingsinrichting voorzien zijn; dit op voorwaarde dat <strong>het</strong> vrijgekomen gas geen enkel gevaar oplevert,bijvoorbeeld omwille van zijn giftigheid, ontvlambaarheid of vrijkomende hoeveelheid.Een ontgassingsinrichting moet geïnstalleerd worden indien een gevaarlijke overdruk kan ontstaan omwillevan de normale ontbinding van stoffen. De ontgassingsinrichting moet ontworpen zijn om de lekkage vanvloeistof en <strong>het</strong> binnendringen van vreemde stoffen te vermijden onder normale vervoersomstandigheden,waarbij de verpakking of de IBC in de voor <strong>het</strong> vervoer bedoelde stand geplaatst is.OPMERKING.De aanwezigheid van ontgassingsinrichtingen op de colli is niet toegestaan voor <strong>het</strong> luchtvervoer.1De uitdrukking "relatieve dichtheid" (d) wordt beschouwd als synoniem van "volumieke massa (dichtheid)" en wordt overal in dithoofdstuk gebruikt.4.1-2

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!