12.07.2015 Views

Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer ... - Cepa

Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer ... - Cepa

Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer ... - Cepa

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

- ze daarenboven geen andere gevaarlijke bestanddelen bevatten dan bestanddelen vanverpakkingsgroep III van de klassen 3, 4.1, 4.2, 4.3, 5.1, 6.1 of 8; en- ze de in 2.1.3.5.3 aangegeven gevaarseigenschappen niet bezitten;2.1.3.5 In Tabel A van Hoofdstuk 3.2 niet met name genoemde stoffen met meerdere gevaarseigenschappen ende oplossingen en mengsels, die meerdere gevaarlijke stoffen bevatten, moeten op grond van hungevaarseigenschappen onder een collectieve rubriek (zie 2.1.2.5) en verpakkingsgroep van de <strong>betreffende</strong>klasse worden ingedeeld. Deze indeling op grond van de gevaarseigenschappen moet als volgt wordenuitgevoerd:2.1.3.5.1 De fysische, chemische en fysiologische eigenschappen moeten door meting of berekening wordenbepaald en de indeling van de stof, de oplossing of <strong>het</strong> mengsel geschiedt volgens de criteria van deonderafdelingen 2.2.x.1 van de afzonderlijke klassen.2.1.3.5.2 Indien deze bepaling slechts tegen onevenredig hoge kosten of moeite mogelijk is (bijvoorbeeld bijbepaalde afvalstoffen), dan moet de stof, de oplossing of <strong>het</strong> mengsel worden ingedeeld in de klasse vande component met <strong>het</strong> overheersende gevaar.2.1.3.5.3 Indien de gevaarseigenschappen van de stof, de oplossing of <strong>het</strong> mengsel vallen onder meer dan éénklasse of groep van stoffen, dan moet de stof, de oplossing of <strong>het</strong> mengsel worden ingedeeld in de klasseof in de groep van stoffen met <strong>het</strong> overheersende gevaar, overeenkomstig de volgende volgorde:a) Stoffen van klasse 7 (behalve radioactieve stoffen in vrijgestelde colli waarop bijzondere bepaling 290van hoofdstuk 3.3 van toepassing is, waar de andere gevaarseigenschappen overheersen);b) Stoffen van klasse 1;c) Stoffen van klasse 2;d) Gedesensibiliseerde ontplofbare vloeistoffen van klasse 3;e) Zelfontledende stoffen en gedesensibiliseerde ontplofbare vaste stoffen van klasse 4.1;f) Pyrofore stoffen van klasse 4.2;g) Stoffen van klasse 5.2;h) Stoffen van klassen 6.1 of 3, die op grond van hun giftigheid bij inademen in verpakkingsgroep Imoeten worden ingedeeld [Stoffen, die voldoen aan de criteria voor de indeling van klasse 8 enwaarvan de giftigheid bij inademing van stof en nevels (LC 50) overeenkomt met verpakkingsgroep I,maar waarvan de giftigheid bij inslikken of bij opname door de huid slechts overeenkomt metverpakkingsgroep III of met een geringere giftigheid, moeten worden ingedeeld in klasse 8];i) Infectueuze (besmettelijke) stoffen van klasse 6.2.2.1.3.5.4 Indien de gevaarseigenschappen van de stof vallen onder verschillende klassen of groepen van stoffendie niet genoemd zijn in 2.1.3.5.3 hierboven, moet de stof worden ingedeeld volgens de dezelfdeprocedure waarbij echter de juiste klasse moet worden gekozen overeenkomstig de tabel vanoverheersende gevaren in 2.1.3.10.2.1.3.5.5 Indien de te vervoeren stof een afvalstof is, met een niet exact gekende samenstelling, mag zijn indelingbij een UN-nummer en een verpakkingsgroep overeenkomstig 2.1.3.5.2 gebaseerd zijn op de kennis diede afzender heeft van de afvalstof, met inbegrip van alle beschikbare technische gegevens enveiligheidsgegevens die vereist worden door de van kracht zijnde wetgeving inzake veiligheid en milieu 1In geval van twijfel dient <strong>het</strong> hoogste gevaarniveau gekozen te worden.Indien <strong>het</strong> echter op basis van kennis van de samenstelling van de afvalstof en van de fysische enchemische eigenschappen van de geïdentificeerde componenten mogelijk is om aan te tonen dat deeigenschappen van de afvalstof niet overeenstemmen met de eigenschappen van verpakkingsgroep I,mag de afvalstof standaardmatig bij de meest geschikte n.e.g.-rubriek van verpakkingsgroep II ingedeeldworden.Deze procedure mag niet gebruikt worden voor afvalstoffen die volgende stoffen bevatten: stoffen die in2.1.3.5.3 vermeld zijn, stoffen van klasse 4.3, stoffen die opgesomd zijn in 2.1.3.7, of stoffen die conform2.2.x.2 niet tot <strong>het</strong> vervoer zijn toegelaten.1Een dergelijke wetgeving is bijvoorbeeld Beschikking 2000/532/EG van de Commissie van 3 mei 2000 ter vervanging vanBeschikking 94/3/EG houdende de vaststelling van een lijst van afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, punt a) van Richtlijn75/442/EEG van de Raad <strong>betreffende</strong> afvalstoffen (vervangen door Richtlijn 2006/12/EG van <strong>het</strong> Europees parlement en de Raad(Publicatieblad van de Europese Unie nr. L114 van 27 april 2006, p. 9)) en de Beschikking 94/904/EG van de Raad tot vaststellingvan een lijst van gevaarlijke afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, lid 4 van Richtlijn 91/689/EEG <strong>betreffende</strong> gevaarlijke afvalstoffen(Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen nr. L226 van 6 september 2000, p. 3).2.1-4

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!