21.04.2023 Views

Van Monarchie tot Anarchie

En toch, den vreemden regel der ongerijmd- heden volgende, die altijd in zulke gevallen heerscht, scheen de tijd, terwijl hij aldus voorbijsnelde, lang te vallen.... gevangenissen, met menschen opgevuld, die geene misdaad begaan hadden en geen gehoor konden vinden; deze dingen werden de bepaal- de orde en de gewone loop der dingen, en sche- nen door aloud gebruik gewettigd te zijn, eer ze vele weken in zwang waren. Vooral werd er éene afgrijselijke gestalte even gemeenzaam alsof die sedert de schepping der wereld onder de oogen der menschen ware geweest, — de gestalte van de scherpe vrouw, La Guillotine geheeten. Die maakte het algemeen onderwerp uit van allerlei grappen: ze was het beste gomeeamid- del tegen hoofdpijn; ze belette onfeilbaar dat men grijs haar kreeg; ze verleende eene eigenaardige bleekheid aan de gelaatskleur; ze was het nationale scheermes, dat nooit stomp werd; hij, die la Guillotine kuste, keek door het ven- stertje en niesde in den zak. Zij was het teeken van de wedergeboorte van den mensch. Ze had het Kruis vervangen. Modellen er van werden op de borst gedragen, waarvan het Kruis gebannen werd, en men boog voor haar en men geloofde aan haar, terwijl men het Kruis ver- loochende. Het werktuig schoor zoovele hoofden af‚ dat het zelf, zoowel als de grond, dien het bezoe delde, geheel rood geverfd werd. Men nam het uit elkaar als een stuk speelgoed voor een jongen Duivel en zette het weer op, als de gelegenheid gunstig was. Het deed den welsprekende zwijgen; het velde den machtige neder; het vernietigde al wat schoon en goed was…

En toch, den vreemden regel der ongerijmd- heden volgende, die altijd in zulke gevallen heerscht, scheen de tijd, terwijl hij aldus voorbijsnelde, lang te vallen.... gevangenissen, met menschen opgevuld, die geene misdaad begaan hadden en geen gehoor konden vinden; deze dingen werden de bepaal- de orde en de gewone loop der dingen, en sche- nen door aloud gebruik gewettigd te zijn, eer ze vele weken in zwang waren. Vooral werd er éene afgrijselijke gestalte even gemeenzaam alsof die sedert de schepping der wereld onder de oogen der menschen ware geweest, — de gestalte van de scherpe vrouw, La Guillotine geheeten. Die maakte het algemeen onderwerp uit van allerlei grappen: ze was het beste gomeeamid- del tegen hoofdpijn; ze belette onfeilbaar dat men grijs haar kreeg; ze verleende eene eigenaardige bleekheid aan de gelaatskleur; ze was het nationale scheermes, dat nooit stomp werd; hij, die la Guillotine kuste, keek door het ven- stertje en niesde in den zak. Zij was het teeken van de wedergeboorte van den mensch. Ze had het Kruis vervangen. Modellen er van werden op de borst gedragen, waarvan het Kruis gebannen werd, en men boog voor haar en men geloofde aan haar, terwijl men het Kruis ver- loochende. Het werktuig schoor zoovele hoofden af‚ dat het zelf, zoowel als de grond, dien het bezoe delde, geheel rood geverfd werd. Men nam het uit elkaar als een stuk speelgoed voor een jongen Duivel en zette het weer op, als de gelegenheid gunstig was. Het deed den welsprekende zwijgen; het velde den machtige neder; het vernietigde al wat schoon en goed was…

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Van</strong> <strong>Monarchie</strong> <strong>tot</strong> <strong>Anarchie</strong><br />

Hoofdstuk 28 — Het Onderzoekend Oordeel<br />

“Dit zag ik, <strong>tot</strong>dat er tronen gezet werden, en de Oude van dagen Zich zette, Wiens kleed<br />

wit was als de sneeuw, en het haar van Zijn hoofd als zuivere wol; Zijn troon was als<br />

vuurvonken, de raderen ervan een brandend vuur; een vurige rivier vloeide, en ging v——r<br />

Hem uit; duizendmaal duizenden dienden Hem; het gericht zette zich, en de boeken werden<br />

geopend.”<br />

Aldus werd voor het oog van de profeet geopenbaard die grote en plechtige dag, waarop<br />

de karakters en het leven van de mensen voor de Hechter van de gehele aarde zouden<br />

opengelegd worden, en iedereen zou ontvangen “naar zijn werken.” De Oude van dagen is<br />

God de Vader. De psalmist zegt: “Eer de bergen geboren waren, en Gij de aarde en de<br />

wereld voortgebracht hadt, ja, van eeuwigheid <strong>tot</strong> eeuwigheid zijt Gij God.” Hij, de bron<br />

van alle leven, en oorsprong van alle wet, Hij is het, Die bij het oordeel voorzitten zal. En<br />

heilige engelen, “tienduizend maal tienduizenden, en duizendmaal duizenden” wonen als<br />

dienaren en getuigen deze grote gerechtszitting bij.<br />

“En ziet, er kwam Eén met de wolken des hemels, als eens mensen Zoon, en Hij kwam<br />

<strong>tot</strong> de Oude van dagen, en ze deden Hem voor Dezelve naderen. En Hem werd gegeven<br />

heerschappij, en eer en het koninkrijk; dat Hem alle volken, natieën en tongen eren zouden;<br />

Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die niet vergaan zal, en Zijn koninkrijk zal<br />

niet verdorven worden.” De komst van Christus, die hier beschreven wordt, is niet Zijn<br />

wederkomst naar de aarde. Hij komt <strong>tot</strong> de Oude van dagen in de hemel om te ontvangen<br />

heerschappij, en eer, en een koninkrijk, hetwelk Hem bij het einde van Zijn werk als<br />

Middelaar gegeven zal worden. Het is dit komen, en niet Zijn wederkomst naar de aarde, dat<br />

in de profetieën voorzegd is als plaats grijpende aan het eind van de 2300 dagen, in 1844.<br />

Vergezeld van heilige engelen treedt onze grote Hogepriester het heilige der heiligen<br />

binnen, en verschijnt daar in de tegenwoordigheid van God, om het laatste te doen, dat Hem<br />

nog te doen staat in Zijn bediening ten behoeve van de mens, — om het werk van het<br />

onderzoekend oordeel op Zich te nemen, en verzoening te doen voor allen, van wie bewezen<br />

wordt, dat ze recht hebben op de voorrechten ervan. In de typiese eredienst namen slechts<br />

diegenen aan de plechtigheden van de grote verzoendag deel, die met belijdenis van zonden<br />

en boetedoening voor God waren getreden, en wier zonden door het bloed van het zoenoffer<br />

op het heiligdom waren overgedragen. Zo ook zullen in de grote dag van de laatste<br />

verzoening en het onderzoekend oordeel alleen de gevallen overwogen worden van hen, die<br />

<strong>tot</strong> het volk Gods behoren. Het oordeel over de goddelozen is een afzonderlike en daarvan<br />

verschillende zaak, en vindt later plaats. “Het oordeel moet beginnen van het huis Gods; en<br />

indien het eerst van ons begint, welk zal het einde zijn van degenen, die het evangelie van<br />

God ongehoorzaam zijn?”<br />

336

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!