01.08.2013 Views

Het Kapitaal - Marxists Internet Archive

Het Kapitaal - Marxists Internet Archive

Het Kapitaal - Marxists Internet Archive

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

plezier de hele catalogus op van het warengespuis, dat eens de rol van waren-equivalent heeft<br />

gespeeld. Hij vermoedt niet dat reeds in de eenvoudigste waarde-uitdrukking, zoals ‘20 el linnen<br />

= 1 jas’, de oplossing van het raadsel van de equivalentvorm ligt.<br />

<strong>Het</strong> lichaam van de waar, welke tot equivalent dient, geldt steeds als belichaming van abstracte<br />

menselijke arbeid en is steeds het product van een bepaalde nuttige, concrete arbeid. Deze concrete<br />

arbeid wordt dus de uitdrukking van abstracte menselijke arbeid. Wanneer de jas bijvoorbeeld<br />

slechts als belichaming van abstracte menselijke arbeid geldt, dan geldt het kleermaken, dat<br />

in feite in de jas is belichaamd, slechts als de vorm waarin abstracte menselijke arbeid is belichaamd.<br />

In de waarde-uitdrukking van het linnen ligt de nuttigheid van het kleermaken niet in het<br />

feit dat het kleren (dus ook de man!) maakt, maar in het feit dat het kleermaken een lichaam<br />

maakt waaraan men kan zien dat het waarde is, dus gestolde arbeid welke zich in het geheel niet<br />

onderscheidt van de in het linnen belichaamde arbeid. Wil het kleermaken een dergelijke waardespiegel<br />

zijn, dan moet het zelf slechts de abstracte eigenschap weerspiegelen menselijke arbeid te<br />

zijn.<br />

Zowel in de vorm van kleermaken als in de vorm van weven wordt menselijke arbeidskracht besteed.<br />

Beide bezitten dus het algemene element van menselijke arbeid en mogen derhalve in bepaalde<br />

gevallen, bijvoorbeeld bij de productie van waarde, slechts van dit gezichtspunt uit worden<br />

beschouwd. Hieraan is niets geheimzinnigs. Maar bij de waarde-uitdrukking van de waar ligt<br />

de zaak anders. Om bijvoorbeeld tot uitdrukking te brengen dat het weven niet in zijn concrete<br />

vorm van weven, maar in zijn algemene eigenschap van menselijke arbeid de waarde van het linnen<br />

vormt, wordt het kleermaken (de concrete arbeid die het linnen-equivalent voortbrengt) tegenover<br />

het weven geplaatst als de tastbare vorm van belichaming van abstracte menselijke arbeid.<br />

En hier hebben wij de tweede eigenaardigheid van de equivalentvorm: de concrete arbeid wordt<br />

verschijningsvorm van zijn tegendeel, van abstracte menselijke arbeid.<br />

Omdat echter deze concrete arbeid, het kleermaken, enkel uitdrukking is van ongedifferentieerde<br />

menselijke arbeid, is deze homogeen met andere arbeid, met de arbeid die in het linnen is belichaamd;<br />

daarom is deze arbeid — hoewel, zoals alle andere vormen van arbeid waardoor waren<br />

worden voortgebracht, bijzondere arbeid — arbeid in direct maatschappelijke vorm. <strong>Het</strong> is juist<br />

daardoor dat deze arbeid tot uitdrukking komt in een product, dat onmiddellijk tegen andere waren<br />

kan worden geruild. De derde eigenaardigheid van de equivalentvorm is dan ook dat de bijzondere<br />

arbeid de vorm van zijn tegendeel krijgt: arbeid in direct maatschappelijke vorm.<br />

De twee laatstgenoemde eigenaardigheden van de equivalentvorm worden nog begrijpelijker<br />

wanneer we teruggaan tot de grote onderzoeker, die de waardevorm, zoals zovele andere vormen<br />

van denken, maatschappij en natuur, voor het eerst heeft geanalyseerd: Aristoteles.<br />

Aristoteles maakt in de eerste plaats duidelijk dat de geldvorm van de waar niets anders is dan de<br />

ontwikkelde gedaante van de eenvoudige waardevorm, dat wil zeggen uitdrukking van de waarde<br />

van een waar in onwillekeurig welke andere waar dan ook. Hij zegt namelijk:

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!