31.07.2013 Views

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

werd, net als de besluiten van de voorgaande twee synoden, vergeefs ter approbatie en<br />

autorisatie aangeboden aan de Staten van Holland en Zeeland. 146<br />

<strong>De</strong> hoofdlijnen, zoals uitgezet in Wezel en Emden bleven onveranderd maar op<br />

onderdelen zijn de teksten wel aangepast. <strong>De</strong> belangrijkste wijzigingen waren het<br />

gevolg van de veranderde positie van de gereformeerde kerk in de Nederlanden, nu de<br />

kerk in de opstandige gebieden niet langer heimelijk hoefde te opereren, maar kon<br />

rekenen op een nieuwe, de gereformeerde religie welgezinde overheid. Dit had tot<br />

gevolg dat de onderlinge relatie opnieuw vorm gegeven diende te worden. <strong>De</strong><br />

gereformeerde kerk voelde er niet voor om de in ballingschap en verdrukking<br />

verworven zelfstandigheid ten opzichte van de overheid op te geven, maar verwachtte<br />

van die overheid wél steun voor het ten uitvoer brengen van het kerkelijke beleid.<br />

<strong>De</strong> politieke leiders hadden echter geen behoefte aan een nieuwe, sterke macht naast en<br />

soms tegenover de overheid; aan de heerschappij over de gewetens door één bepaalde<br />

kerkelijke groep. 147 Er was volgens Duke dan ook geen sprake van een actieve politiek<br />

ten gunste van een versterking van het calvinisme. Zo er al een coherente religiepolitiek<br />

werd gevoerd, dan was deze eerder ingegeven door angst voor de Spanjaarden en door<br />

economische belangen die om rust en harmonie vroegen. 148 In ieder geval bleek al in<br />

1573 dat men zich aan orthodox gereformeerde zijde zorgen maakte over de vooral op<br />

politieke vrijheid gerichte invalshoek van de nieuwe overheid. 149<br />

Waren gereformeerde kerkenraden en kerkelijke tucht nog wel nodig nu de overheden<br />

de ware gereformeerde religie waren toegedaan, zoals door rekkelijke predikanten als<br />

Caspar Coolhaes te Leiden en Huibert Duifhuis te Utrecht en door libertijnse regenten<br />

in Holland en Utrecht werd betoogd. Behoorde de gereformeerde kerk niet een ruime<br />

volkskerk te zijn, als opvolger van de katholieke parochiekerk; waarbinnen de doop<br />

zonder onderscheid wordt bediend en het Avondmaal uitgedeeld aan ieder die dat wilde.<br />

Een open kerk dus, niet gebonden aan één strikte geloofsbelijdenis, die zoveel mogelijk<br />

richtingen binnen het protestantisme moest omvatten. Een kerk voor allen, onder<br />

controle van de magistraat. 150 Het zijn de geluiden die al in de jaren ‘50 in Frankrijk<br />

tussen de bepalingen uit Middelburg en die van de eerdere synoden.<br />

146 Nauta, ‘<strong>De</strong> nationale synode van Dordrecht (1578)’, pp. 51-52; Bremmer, ‘<strong>De</strong><br />

nationale synode van Middelburg (1581)’, pp. 44-45.<br />

147 <strong>De</strong> Jong, Oranje’s overtuiging, p. 15-16.<br />

148 Duke, Reformation and Revolt, p. 272. Zie ook Van Eijnatten, Van Lieburg,<br />

Nederlandse Religiegeschiedenis, pp. 170-178, over de manier waarop kerk en overheid<br />

in de Republiek ieder op hun eigen wijze bijdroegen aan het confessionaliseringsproces<br />

en de opbouw van de gereformeerde kerk als ‘publieke kerk’ en daarmee als de<br />

dominante religieuze organisatie. Zie ook Spaans: zij betoogt dat in de Republiek de<br />

overheden zich niet passief opstelden, maar dat er juist meerdere elkaar overlappende<br />

religieus-politieke gedragslijnen te onderscheiden zijn, waardoor de overheden in feite<br />

beslisten hoe en waar de grenzen tussen de verschillende kerkelijke gemeenten lagen.<br />

Spaans, ‘Religious policies in the seventeenth-century Dutch Republic’, pp. 78-84. In<br />

hoeverre dit ook geldt voor de hier onderzochte regio, komt vooral in hoofdstuk 7 aan<br />

de orde.<br />

149 Zo vroeg Gaspar van der Heijden zich af of de Prins van Oranje zich niet teveel liet<br />

leiden door de politieke belangen en te weinig oog had voor het welzijn van de ‘de sake<br />

Christi’, waarmee hij de zaak van de gereformeerden bedoelde. Aangehaald bij<br />

Roodenburg, Onder censuur, p. 30.<br />

150 Zie Hofman, Eenich Achterdenken, pp. 86-92, over de kritiek van rekkelijke zijde (bij<br />

hoofdstuk 2/ pag. 99

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!