31.07.2013 Views

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Kijken we naar de andere dorpen en combinaties in de Zeevang, dan blijkt de inbreng<br />

zowel vanuit Oosthuizen als vanuit Broek in Waterland te variëren per predikant. Beide<br />

gemeenten kennen een vrij snelle wisseling van predikanten, van wie enkele na<br />

langdurige rellen vertrokken. Oosthuizen was net als Middelie/ Kwadijk een gemeente<br />

waar tal van proponenten hun loopbaan startten, maar er niet zijn gebleven. In het<br />

welvarende Broek werden in het algemeen ervaren predikanten beroepen, mogelijk<br />

mede ingegeven door de grote problemen rond de eerste ongedeelde predikant Petrus<br />

Aemilius (1601-1608). 240 Zowel Oosthuizer, tot 1629 als Broeker predikanten werden<br />

geregeld verkoren tot wintergedeputeerden, waarbij enige samenhang is te zien tussen<br />

de frequentie van die verkiezing en de mate waarin de betrokkene ter vergadering<br />

verscheen. Voor Warder, Ilpendam en Beemster geldt dat de inbreng varieerde per<br />

predikant, deels in samenhang met lokale problemen (Warder) en langdurige<br />

gezondheidsproblemen (Ilpendam). <strong>De</strong> eerste predikant van Beemster (1622), de<br />

ervaren 30-jarige Henricus Huijsingius was tot aan zijn dood in 1639 een trouw en<br />

actief <strong>classis</strong>lid, maar van zijn opvolger kan dit niet gezegd worden. Veldhuijsen<br />

verscheen in de jaren 1645-1649 maar zelden op de vergaderingen, mogelijk deels als<br />

gevolg van het feit dat hij in deze jaren verschillende problemen met zijn kerkenraad<br />

had.<br />

Zuiderwoude werd van 1604 tot 1651 door slechts twee predikanten bediend, te weten<br />

Bernardus Gartsz (vanaf 1604 tot aan zijn dood in 1628) en Tobias Herckenius (vanaf<br />

1628 tot aan zijn dood in 1651). Gartsz was voordien ondermeester op de Latijnse<br />

school te <strong>De</strong>lft en had het daar niet eenvoudig. Zo kwam hij in 1603 in aanvaring met<br />

de kerkenraad als gevolg van zijn torenhoge schulden die hem hadden doen vluchten<br />

voor zijn schuldeisers en hem zelfs bijna tot zelfmoord brachten. <strong>De</strong> zaak werd in 1604<br />

opgelost met genoegdoening aan zijn crediteuren en met een schuldbekentenis. Nog<br />

datzelfde jaar kwam hij opnieuw in de problemen omdat hij buiten zijn eigen <strong>classis</strong><br />

om, een propositie had gehouden in Zuiderwoude, terwijl eerdere pogingen om tot het<br />

predikambt toegelaten te worden op niets waren uitgelopen. Ook nu moest Gartsz<br />

schuld belijden, om daarna zijn attestatie te ontvangen ten behoeve van Zuiderwoude. 241<br />

Een moeilijke start dus, maar vanaf zijn komst in Zuiderwoude deed de vermoedelijk<br />

opgeluchte Gartsz er alles aan om de <strong>classis</strong> die hem binnenhaalde trouw te dienen. Dat<br />

toch niet alles ter plaatse gedurig koek en ei was, bleek in 1607, toen Gartsz zich tot de<br />

<strong>classis</strong> wendde met klachten rond de vertraagde betaling van zijn traktement 242 en<br />

opnieuw in 1608 toen hij gaarne bereid was om een beroep naar St. Antoniepolder in de<br />

<strong>classis</strong> Dordrecht aan te nemen. Zijn argumenten: een ondeugdelijke woning, weinig<br />

'stichtinge', geen bekwame kerkregering door het ontbreken van een diaconie,<br />

problemen met het brengen van huisbezoeken omdat alles per schuit moest gebeuren en<br />

de wens van zijn vrouw om Zuiderwoude te verlaten teneinde dichter bij haar broer te<br />

kunnen wonen. Zuiderwoude noch de <strong>classis</strong> waren bereid Gartsz te laten gaan, vier jaar<br />

nadat men hem met zoveel moeite had binnengehaald. 243 Verdere beroepen heeft hij niet<br />

meer ontvangen en de zaak deed geen afbreuk aan zijn inzet in classicaal verband.<br />

240 Over deze en andere problemen rond predikanten: zie paragraaf 5.5.<br />

241 Acta van de <strong>classis</strong> <strong>De</strong>lft en <strong>De</strong>lfland, 10.6.1604, 26.8.1604, 4.10.1604, 11.11.1604; acta van de<br />

kerkenraad van <strong>De</strong>lft, 21.2.1603, 24.10.1603, 23.2.1604, met dank aan Paul Abels voor deze informatie;<br />

acta van de <strong>classis</strong> <strong>Edam</strong>, 29.9.1604, 11.10.1604, 1.11.1604, 22.11.1604; zie ook: Abels, Wouters, Nieuw en<br />

Ongezien, dl 2, pp. 353, 356-357.<br />

242 Acta van de <strong>classis</strong> <strong>Edam</strong>, 31.7.1607.<br />

243 Acta van de <strong>classis</strong> <strong>Edam</strong>, 7.7.1608, 28.7.1608.<br />

hoofdstuk 3/ pag. 171

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!