31.07.2013 Views

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

het beste alleen kinderen van lidmaten kon dopen, ruimer te interpreteren, omdat zoals<br />

men stelde, Gods verbond zich ook uit strekt tot de kinderen van hen die van de kerk<br />

vervreemd zijn. <strong>De</strong>ze lijn werd door de latere synoden doorgetrokken en aangevuld,<br />

maar niet wezenlijk veranderd. 181 <strong>De</strong> synode van 1574 maakte het mogelijk kinderen<br />

van afgesneden lidmaten te dopen, mits er doopgetuigen waren die het kind in het<br />

geloof zouden onderrichten. 182 In de acta van 1578 wordt gesproken over de bediening<br />

van de doop aan 'de kinderen der Christenen'. 183 Tevens werd de ouders opgedragen zich<br />

vooraf bij predikant of ouderling te melden opdat de gemeente zou weten aan wie de<br />

doop bediend zal worden. Bij de doop zelf behoorde in ieder geval de vader aanwezig te<br />

zijn om de doopvragen te beantwoorden. Hem werd voorgehouden voor zijn kind te<br />

bidden, het aan de Heer op te dragen en te beloven te doen wat de predikant hem<br />

voorhield, overeenkomstig het formulier voor de bediening van de doop. 184 Geen<br />

vrijblijvende bediening van de doop dus, maar gekoppeld aan de belofte het kind te<br />

onderwijzen in het geloof.<br />

In het antwoord op de vraag of men 'allerleij mensschen kinderen als van hoereerders,<br />

afgesnedenen, papisten ende andere dierghelijcken sonder onderscheijt doopen sal',<br />

wordt dit nog duidelijker verwoord. <strong>De</strong> doop zal niet geweigerd worden aan 'den<br />

kinderen die int verbont Gods staen (..) ende het ghewis is dat dese kinderen buijten het<br />

verbont niet en sijn'. Maar die doop dient wel op behoorlijke wijze te geschieden, dat<br />

wil zeggen, te midden van de gemeente, tijdens de dienst, omdat Woord en Sacrament<br />

onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Voorts moesten de betreffende kinderen ten<br />

doop gepresenteerd worden door hen die de vragen wilden beantwoorden 'ende de leere<br />

toestaen'. Door gelovigen kortom, die bereid en in staat waren om het betrokken kind in<br />

het geloof te onderrichten. 185<br />

Het verbond Gods, bezegeld in de doop, mag dus niet onthouden worden aan de<br />

kinderen, mits de ouders of anders de getuigen bereid zijn het kind in de zuivere leer te<br />

onderwijzen. <strong>De</strong> kwestie van de doopbediening was hiermee echter niet opgelost want<br />

in de praktijk werd van de gereformeerde kerk, als enig toegestane, verwacht dat ze alle<br />

kinderen die ten doop werden aangeboden, ook daadwerkelijk doopte. Dit betrof dus<br />

ook kinderen van wie de ouders niet bereid waren ze in de gereformeerde leer op te<br />

(laten) voeden en kinderen van wie de ouders zelf ongedoopt waren.<br />

Hier botste de gereformeerde kerkopvatting met de brede volkskerkgedachte, zoals<br />

bijvoorbeeld verwoord in de eerste concept-kerkorde van de Staten van Holland: 'soo<br />

menighmael als er kinderen gepresenteert worden sal de Doop niemandt geweigert<br />

worden'. 186 <strong>De</strong> synoden bleven in de opeenvolgende kerkorden vasthouden aan zekere<br />

basiseisen ten aanzien van de bediening van de doop, maar de praktijk stelde steeds<br />

181 Anders dan Luttikhuis zie ik op het gebied van de doopbediening geen breuk tussen<br />

de bepalingen van Emden en die van de latere synoden. Luttikhuis, Een grensgeval, p.<br />

63.<br />

182 Acta van de provinciale synode van Dordrecht, 1574, part. kwestie 9.<br />

183 Acta van de nationale synode van Dordrecht, 1578, Cap. IV, art. 7.<br />

184 Acta van de nationale synode van Dordrecht, 1578, Cap. IV, art. 9.<br />

185 Acta van de nationale synode van Dordrecht, 1578, Cap. IV, art. 8 en part. kwestie<br />

27.<br />

186 Hooyer, Oude Kerkordeningen, p.124 (concept-kerkorde van de Staten van Holland,<br />

1576, art. 22).<br />

hoofdstuk 2/ pag. 105

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!