31.07.2013 Views

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

De classis Edam 1572-1650 - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Om dit te begrijpen moeten we ons allereerst realiseren dat anders dan bijvoorbeeld in<br />

West-Vlaanderen het calvinisme in de Waterlandse regio nog beslist geen<br />

massabeweging was. Dus kon er ook geen sprake zijn van een soort burgerlijke<br />

revolutie waarbij het proletariaat het vuile werk mocht opknappen, een verklaring die<br />

oudere historici van historisch-materialistische huize voor de beeldenstormen gaven. 273<br />

Het is ook zeer de vraag of er sprake was van scherpe sociale tegenstellingen in de hier<br />

onderzochte plaatsen, waardoor de keuze voor de gereformeerde richting en de ijver<br />

waarmee dat gebeurde langs sociaal-economische weg verklaard zou kunnen worden. 274<br />

Diverse leidslieden van de gereformeerde kernen waren werkzaam in handel en<br />

scheepvaart. Economische sectoren waarin met name de Zeevang en Waterland het<br />

binnen Holland bijzonder goed deden in de jaren vanaf ca 1514 tot 1567/68. <strong>De</strong> terugval<br />

die de economie hier doormaakte, deed zich niet zozeer vlak vóór de Opstand voor,<br />

maar vooral in de jaren na 1567 tot ca. 1578. <strong>De</strong> doorvoer naar Amsterdam, de visserij<br />

op de buitenwateren en de Oostzeehandel werden in deze jaren grotendeels lam gelegd<br />

als gevolg van de oorlog, de zeeblokkades door de watergeuzen en de afwezigheid van<br />

velen die elders een veilig heenkomen hadden gezocht. 275<br />

In de verhoren van de Raad van Beroerten is af te toe wel sprake van een leegstaande<br />

werf in 1566-1567, maar zijn er verder geen signalen van een economische terugval<br />

waardoor bijvoorbeeld een juist in de jaren daarvoor sterk opkomende middenklasse<br />

getroffen zou zijn, zoals H. van der Wee betoogt voor de Zuidelijke Nederlanden. 276<br />

Verschillende voortvluchtigen waren in de jaren 1566-1568 op pad in verband met hun<br />

nering of scheepvaart, zodat van diverse verdachten niet eens met zekerheid verteld kon<br />

worden of ze voortvluchtig waren of absent in verband met hun werkzaamheden.<br />

Ook op sociaal niveau zullen de leidinggevenden in de gereformeerde kringen niet veel<br />

ondergedaan hebben voor de leidinggevenden in politieke kringen. Juist omdat diverse<br />

gereformeerden ook politiek aanzien genoten, uitte een enkele getuige zich bitter over<br />

het feit dat juist zij voor de nieuwe leer kozen gezien de uitstraling die dat volgens hen<br />

had op sociaal zwakkeren. 277<br />

Blijven, zeker voor de leidslieden, vooral de religieuze factoren over om hun keuze voor<br />

de nieuwe leer te verklaren. <strong>De</strong> afkeer van de katholieke mis en clerus, aangevuld door<br />

273 Romein, ‘Het vergruisde beeld’, en de reactie daarop van Woltjer, ‘Het beeld vergruisd?’. Zie ook:<br />

Van <strong>De</strong>ursen, <strong>De</strong> last van veel geluk, pp. 50-52, waar hij schrijft: “<strong>De</strong> tijd is wel voorbij dat de<br />

beeldenstorm beschreven werd als het werk van een verpauperde, hongerende massa, die misleid en<br />

gemanipuleerd werd door de burgerij, zodat ze haar woede niet koelde op de rijken die werkelijk schuldig<br />

waren aan hun ongeluk, maar op kerken en kloosters.”<br />

274 Van der Wee betoogt hoe de economische bloei in de Zuidelijke Nederlanden plotseling stokte in de<br />

jaren ’60, waardoor de opkomende middenklasse werd gefrustreerd en geradicaliseerd. Van der Wee, ‘<strong>De</strong><br />

economie als factor’, pp. 55-70. Marnef sluit zich in zijn studie over Antwerpen, deels bij deze verklaring<br />

aan, maar noteert daarbij als kanttekening dat moeilijk valt te reconstrueren vanuit welke motivatie de<br />

middengroepen kozen voor het calvinisme. Maar in ieder geval speelden naast religieuze ook sociaaleconomische<br />

en politieke factoren een duidelijke rol bij de overgang van vele Antwerpenaren naar het<br />

protestantse geloof. Marnef, Antwerpen in de tijd van de Reformatie, pp. 131-141. Abels en Wouters<br />

wijzen op verslechterde economische omstandigheden in <strong>De</strong>lft in de jaren ’60, als één van de<br />

verklaringen voor de beeldenstorm in die stad. Abels, Wouters, Nieuw en ongezien, dl. I, pp. 40-44.<br />

275 Van der Woude, Het Noorderkwartier, pp. 393-395.<br />

276 Van der Wee, ‘<strong>De</strong> economie als factor’, pp. 61-70. Uit de verhoren blijkt wel dat ook ambachtslieden<br />

goed vertegenwoordigd waren onder de aanhangers van de nieuwe leer, maar ook van hen wordt nergens<br />

getuigd dat zij met economische tegenslagen geconfronteerd zouden zijn in of vlak voor 1566.<br />

277 Zie bijvoorbeeld: Raad van Beroerten, p. 260, verhoor van Jan Claesz Oude Brouwer, lid van de<br />

vroedschap van <strong>Edam</strong> in 1566. Oude Brouwer verwijt Mr. Jan Claesz Poelgeest, stadssecretaris, dat hij<br />

door zijn keuze voor de nieuwe leer, anderen een slecht voorbeeld heeft gegeven.<br />

hoofdstuk 1/ pag. 67

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!