bekijk - digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren

395
dredy dernier pour l'Angleterre, ou il a esté mandé de la part du Roy pour aviser
avec le comte de S. t Albans des moiens de satisfaire les creanciers de feu son Alt. e
Royale’ 1) . De la Haye, ce prem. r de Fevrier 1622.
5760. Aan den raad van den prins. (H.A.)
Volgens mijnen laesten aen UE. van den 29 en Decemb. des voorleden jaers 2) , heb
ick den griffier Sauzin tijdelick aengeschreven hetghene UE. mij by haere missive
van den 21 en derselver maend uyt den name van haere Ho. t hebben bevolen gehadt;
waerop tot noch toe geene antwoordt van gemelten griffier vernemende, heeft mij
goed gedacht, UE. bij provisie copielyck te laten toekomen hetghene mij M. de
Lubieres van den 18 en Jan. op hetselve subject is adviserende 3) , by occasie van de
klachten, die hy sich genoodsaeckt vindt te doen over hetghene hem te laste werdt
geleght wegens sekere inspectie, by hem gedaen in de kercke van Gigondas, sulx
alles, neffens andere incidenten van geene importantie, aldaer ten scherpsten werdt
opgenomen ende hier op het hatelixte overgeschreven, om den Coningh tegens
die van de religie, Syne Hooch. ts beste ondersaten, te verbitteren. Soo haest ick
van Sauzin oft van andere eenighe naerder onderrichtinge aengaende de rekeningen
van Beauregard ontfange, sal ick se UE. ten spoedigsten overschicken. Aengaende
de bevoordering mijner sake alhier, hoewel die eenichsins in apparentie van redelicke
uijtkomste schijnt te staen, en heb ick UE. vooralsnoch niet sonderlings te adviseren,
boven de kennisse, die UE. dienaengaende ontwyffelick uijt mijne wydloopige brieven
aen haere Ho. t werdt gegeven. Waertoe mij gedragende, blyve ick ..... Par[ijs], 2
Febr. 1662.
5761. Prinses Amalia van Oranje. (H.A.)
Wij moeten alles van Frankrijk hebben en kunnen op Engeland niet rekenen. ‘Pour
cet effect je croy que vous ferez bien d'adviser encore ensemble, comment l'affaire
touchant le gouvernement pourra estre descouverte et proposée au Roy, sans
l'esventer. J'espere qu'estant mesnagée avec la discretion requise 4) , Sa Maj. té
mesme la pourra bien tenir secrete.’ Wilt gij den bijgaanden brief van mij aan den
Koning overhandigen, of dat laten doen door den heer de Beringhen of iemand
anders? - ‘Je n'ay point pris cognoissance de la response de mon
1) Na den dood der Prinses Royale op 3 Januari 1661 te Londen had hare omgeving zich meester
gemaakt van al de bezittingen, die zij bij zich had. De gravin van Chesterfield - de weduwe
van Heenvliet - eischte alles, wat in de slaapkamer aanwezig was, de hofmeester Hume al
het nieuwe tafellinnen en de ‘vassellen van silver’, de heeren van het staldepartement alles,
wat zich in de stallen bevond, ter waarde van 1700 ₤, en dat werd toegestaan door den
Koning. De Koningin-Moeder maakte zich meester van al de juweelen der Oranjes, waaronder
zeer kostbare stukken waren. En nu verzocht men de Prinses Douairière de schulden van
het sterfhuis te betalen, die ƒ 208.000 bedroegen. Daarover zijn natuurlijk langdurige
onderhandelingen gevoerd.
2) No. 5743.
3) No. 5753.
4) Er staat: requise que
Constantijn Huygens, Briefwisseling. Deel 5: 1649-1663