27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De onderwijzersgezelschappen sierden zich met fraaie motto's, zoals onder<br />

meer het gezelschap te Jutphaas dat zich tooide met "Tot Nut en Vermaak", te<br />

Tholen met "Tot onderlinge oefening en verbroedering" en te Winschoten met<br />

"Het heil der jeugd, verschaffe ons vreugd" (ARSU 204, Visser 1995, 181, en<br />

Wolthuis 1982, 287). In reglementen legden de gezelschappen hun intenties<br />

vast, zoals in 1826 het onderwijzersgezelschap "Uit lust tot oefening" te Uit-<br />

hoorn. Deze groep onderwijsgevenden had zich tot doel gesteld "om door<br />

onderling overleg, eenparigheid van werkzaamheden en aanhoudendheid van<br />

oefening de schoolverbeteringen" te bewerkstelligen "door het invoeren en op<br />

eenen goeden voet brengen van een klassikaal en oordeelkundig onderwijs<br />

<strong>naar</strong> den aard der onderscheidene scholen en met in achtneming der<br />

noodwendige plaatselijke of andere verscheidenheden" (ARSNh 378). De acti-<br />

viteiten van de deelnemers bestond uit "de beoefening van het natuurlijk<br />

lezen, van het taal- en redekundig ontleden, van de reken- en beginselen der<br />

meetkunde, van de zangkunde, voorts in het beantwoorden van taal-,<br />

geschied- en aardrijkskundige vragen en inzonderheid in het beoefenen van<br />

een klassikaal en vormend onderwijs" (ARSGnb 30), zoals schoolopziener J.<br />

van Cleef over een onderwijzersgezelschap in zijn district berichtte. Hoewel de<br />

leden van de onderwijzersverenigingen reeds praktische ervaring hadden,<br />

besteedden sommige gezelschappen behalve aan theoretische onderwerpen<br />

tevens aandacht aan praktische vorming. "Het gezelschap te Lopik heeft<br />

besloten", aldus meldde schoolopziener J. van AAanen in 1821, "dat de leden<br />

van tijd tot tijd elkanders scholen zouden bezoeken en in hunne vergaderingen<br />

over hunne opmerkingen te samen spreken" (ARSU 86). Ook de Limburgse<br />

schoolopziener A.J.HJ. Bloemarts adviseerde in 1822 een dergelijk schoolbe-<br />

zoek aan zijn onderwijsgevenden (Brepoels 1976, 169). De schoolopzieners<br />

verwachtten er veel van en gaven er in een aantal gevallen leiding aan. Uitein-<br />

delijk waren de onderwijzersgezelschappen voor onderwijsgevenden oefen- en<br />

studiebijeenkomsten waar wel of niet aan de hand van vakliteratuur van elkaar<br />

geleerd werd. Het waren leergezelschappen waarin behalve voor het onderwijs<br />

relevante voorlezingen, zoals "Over het gewigt der vorming van meisjes voor<br />

de maatschappij" en "Over de vreugde en het lijden van de onder-<br />

wijzersstand" (Bij 1974, 38), gehouden werden, tevens taal- en rekenopgaven<br />

gemaakt werden teneinde in de klas beter beslagen ten ijs te komen (Visser<br />

1995, 186 e.v.).<br />

186

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!