27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

oet. Schoolopziener Callenfels berichtte in 1827 dat het open vuur in de<br />

school van het Zeeuwse Sint-Anna geweldig rookte (Visser 1997, 11). Vandaar<br />

dat voorgeschreven werd, dat in elk lokaal "de grootste zuiverheid in acht<br />

genomen" diende te worden. "<strong>Een</strong> gestage herstelling van zuivere lucht" werd<br />

van belang geacht. Als eis werd gesteld, dat een lokaal waarin onderwijs gege-<br />

ven werd, "twee malen 's weeks gezuiverd, des zomers veelmalen met water<br />

besprengd" (BOOa 1811, 185 e.v.) moest worden.<br />

Het hierbedoelde model - de "moeder" van het Nederlandse schoolge-<br />

bouw (Windt 1996, 70) - bleek bepalend te zijn voor de scholenbouw gedu-<br />

rende de eerste helft van de negentiende eeuw, hetgeen nog eens bevestigd<br />

werd door de schets van een schoolgebouw uit 1826. Beide modellen - die van<br />

1811 en 1826 - waren identiek. In een begeleidend commentaar werd opge-<br />

merkt, dat het schoolgebouw "op eene luchtige, eenigzins verhevene plaats"<br />

gebouwd moest worden, "althans niet in eene laagte, noch in de nabijheid van<br />

stilstaande wateren, mesthoopen of eenigerhande, ongezonde lucht opgeven-<br />

de, plaatsen" (BOOa 1811, 2, 199 e.v.). Het schoollokaal diende langwerpig<br />

te zijn met ramen in drie muren, te weten in de korte west- en oostkant en aan<br />

de lange noordzijde. De schoolopziener Arntzenius schreef dat de aanwe-<br />

zigheid van "eenen blinde muur onder alle opzigten wenschelijk en noodza-<br />

kelijk" (ARSU 85) was. De zuidzijde van het lokaal was voor kasten en<br />

schoolborden.<br />

Het laat zich denken dat als er een schoolgebouw gebouwd of gerepa-<br />

reerd was, er een feeststemming heerste bij de leden van het rijksschooltoe-<br />

zicht. Met enthousiasme kon de Noord-Brabantse schoolopziener W. Oomen<br />

in 1823 mededelen, dat het "oude bouwvallige schoolgebouw" te Gilze, "het<br />

welk daarenboven veel te klein, van slecht licht voorzien en door de lage ver-<br />

dieping zoo dampig was, dat de onderwijzer dikwerf genoodzaakt was, in de<br />

vinnigste koude de deur en de vensters open te zetten", tot op de grond was<br />

afgebroken, en inmiddels "in deszelfs plaats eene zeer doelmatige en smaakvol<br />

gebouwde school opgerigt" (BOOb 1823, 61 e.v.) was. Zaandijk was, blijkens<br />

een mededeling in de "Bijdragen ter bevordering van het Onderwijs en de<br />

Opvoeding" van 1816 tevreden met het "ruime en luchtige schoolvertrek" dat<br />

"door de krachtige medewerking van de Heer Burgemeester, eene geheel<br />

nieuwe inrigting verkregen" had. Tevens werd medegedeeld dat in de school<br />

waar de onderwijsgevende klassikaal onderwijs gaf, in "plaats der oude schrijf-<br />

213

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!