27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Oude en nieuwe inspecties: 1920-1968<br />

5.1 Inleiding<br />

In 1917 werd bereikt waarvoor de geestelijke en politieke leiders van<br />

confessionele groeperingen sedert 1848 hadden gestreden. Na een periode<br />

van strijd van bijna tachtig jaar kon het bijzonder onderwijs aanspraak maken<br />

op dezelfde rijkssubsidie als openbare onderwijsinstituten. De financiele gelijk-<br />

stelling tussen openbaar en bijzonder onderwijs werd afgekondigd. Weliswaar<br />

hadden de strijd en de gelijkstelling slechts betrekking op het lager onderwijs,<br />

maar zij zouden op den duur verstrekkende gevolgen hebben voor de uitein-<br />

delijke vorm en inhoud van het Nederlandse schoolsysteem. De verschillen<br />

waren - afgezien van de levens- en wereldbeschouwelijke differenties - nog<br />

slechts van bestuurlijke aard. Openbaar onderwijs werd opgericht, beheerd en<br />

bestuurd door gemeenten en - tot 1992 - door het rijk, bijzonder onderwijs<br />

door stichtingen en verenigingen (Braster 1997, 211 e.v.).<br />

Tijdgenoten hebben de veranderingen in en rond het Nederlandse<br />

schoolsysteem die het gevolg waren van de beeindiging van de schoolstrijd, als<br />

verwarrend ervaren. De openbare school had de schoolstrijd verloren. Dit<br />

onderwijsinstituut was uiteindelijk geen school van "volkseenheid" (Feikema<br />

1929, 158) geworden. De bijzondere school had daarentegen de schoolstrijd<br />

gewonnen. Dit onderwijsinstituut was de door de landelijke overheid<br />

gefinancierde onderwijsvrijplaats geworden voor het overwegend confessione-<br />

le volksdeel.<br />

Ondanks de pacificatie bleef de spanning tussen openbaar onderwijs en<br />

bijzonder onderwijs bestaan (Gielen 1984, 1). Het vertrouwen van de afzon-<br />

derlijke sociaal-culturele groeperingen in elkaar was niet groot. Wantrouwen<br />

was er tussen een klein aantal orthodoxe joden - in de periode van 1909 tot<br />

1940 ongeveer 2% van de Nederlandse bevolking - , een afnemend aantal -<br />

van 57% in 1909 <strong>naar</strong> 34% in 1971 - protestants-christelijken, een vrijwel<br />

gelijkblijvend aantal - van 35% tot 40% - rooms-katholieken en een groeiend<br />

399

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!