27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De afdeling onderwijs van het ministerie van binnenlandse zaken toonde<br />

zich tevreden met onderwijsverslagen voorzien van dit soort feitelijkheden. In<br />

vergelijking met de inspectorale verslagen uit de eerste en tweede helft van de<br />

negentiende eeuw, waren de onderwijsverslagen van de eerste decennia van<br />

de twintigste eeuw opvallend beperkt.<br />

<strong>Een</strong> andere instantie waarmee het rijksschooltoezicht van doen had - zij<br />

het in beperkte mate - waren de provinciale besturen. Deze relaties waren min-<br />

der beladen dan die met de landelijke overheid. Inspecteur Van der Heim deelde<br />

in 1860 mee, dat zijn "adviezen veelal gunstig gehoor bij heeren Gedeputeerde<br />

Staten" vonden. "Aldus werd het gemeentebestuur van Dordrecht na herhaal-<br />

de correspondentie gedrongen het getal scholen met twee te vermeerderen".<br />

<strong>Een</strong> kleine nederlaag moest inspecteur Van der Heim daarbij wel incasseren. Hij<br />

had "nog eene school meer" verlangd. Daarin slaagde hij echter niet. Met vol-<br />

doening kon inspecteur Van der Heim in zijn jaarverslag verder nog noteren dat<br />

aan het gemeentebestuur van Delft "door Gedeputeerde Staten de oprigting<br />

van twee scholen" (ABiZd 358, 22 e.v.) bevolen was. De inspecteur had<br />

klaarblijkelijk een goede relatie met Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,<br />

waarbij het de vraag is of deze relatie van doen had met zijn lidmaatschap van<br />

de Tweede Kamer der Staten-Gen eraal of met zijn functie van inspecteur van de<br />

provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Zeeland.<br />

De betrekkingen met de gemeentebesturen waren verre van optimaal. In<br />

de inspectorale onderwijsverslagen werd onder meer met een zekere regel-<br />

maat vermeld, dat de gemeentebesturen niet bereid waren de voorschriften<br />

van de leerplicht van 1900 <strong>naar</strong> behoren uit te voeren. Met enige verbijstering<br />

noteerde inspecteur L.F.H. Michiels van Kessenich dat gemeentebesturen in<br />

Limburg poogden de leerplicht die voorschreef "hoe lang alle kinderen de<br />

lagere school moeten bezoeken", uit te leggen als op welk ogenblik alle kinde-<br />

ren "de school moeten verlaten". De schoolbevolking werd zoveel mogelijk<br />

gehouden "beneden het aantal, dat vermeerdering van onderwijzend perso-<br />

neel gebiedend voorschrijft". Zonodig werd aan ouders "verzocht tijdelijk<br />

hunne kinderen van school te nemen". In een groot aantal gemeenten zaten<br />

de schoollokalen overvol. Om "plaats te maken voor de nieuwe leerlingen bij<br />

het einde van elk schooljaar" moesten "alle leerlingen <strong>naar</strong> eene hoogere klas-<br />

se" "overgaan om het even of hunnen vorderingen hen in staat stellen het<br />

onderwijs in eene hoogere klasse te kunnen volgen" (OV 1908/2, 162). Ook<br />

389

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!