27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

inspectiesectoren drongen ook niet aan op een ontwikkeling van het vak<br />

gymnastiek.<br />

Hoofdconsulent Wiegel gaf in 1957 aan - en hij had dezelfde opmerking<br />

als de inspecteurs Croles en De Vries in 1919 - dat het ontbreken van een<br />

gymnastieklokaal voor de uitvoering van lichamelijke oefeningen hinderlijk was.<br />

"De al of niet aanwezigheid hiervan beslist over den al of niet geregelden gang<br />

van dit onderwijs", noteerde inspecteur J.J. Croles in zijn verslag over het jaar<br />

1919. Soms gingen de gymnastieklessen niet door, omdat, zoals inspecteur J.C.<br />

Fabius al in 1907 meldde, "de gymnastiekzaal als tijdelijke klasselokaal" (ABiZe<br />

1006, 1907, 25) gebruikt werd. <strong>Een</strong> enkele keer werd gymnastiekles op het<br />

speelplein gegeven. De ligging ervan bleek echter niet altijd geschikt voor licha-<br />

melijke oefeningen. Als andere klassen uitkeken op het speelplein, konden er<br />

geen gymnastieklessen gegeven worden tijdens schooltijd. Verder ontbrak op<br />

veel scholen regelmaat in het gymnastiekonderwijs, "wijl het alleen gegeven kan<br />

worden in de openlucht en men alzoo afhankelijk is van de weersgesteldheid"<br />

(ARSFb 34.02.1919, 23). "Regen, koude, wind" (OV 1957, 185), het waren,<br />

volgens hoofdconsulent Wiegel in 1957, redenen gymnastieklessen te laten<br />

vervallen. Naar de mening van inspecteur De Vries, was de "waardering voor dit<br />

vak" gering. Dat was niet alleen het geval in 1919, maar ook nog in 1957. Vier<br />

decennia leidden niet tot een ander inzicht. "Als het geen verplicht vak was, dan<br />

zou het aan de openbare scholen evenmin als nu aan de bijzondere worden<br />

onderwezen" (ARSFb 34.02. 1919, 23), noteerde inspecteur De Vries in 1919. In<br />

het bijzonder op opleidingsscholen had het vak gymnastiek een geringe status<br />

(Duijnhouwer 1997, 351 e.v.). Voor de Tweede Wereldoorlog bleek het meren-<br />

deel van de scholen over een vrijstelling te beschikken voor het geven van lessen<br />

in de lichamelijke opvoeding. Tot 1940 was "40% van de bevolking der lagere<br />

school van iedere vorm van onderwijs in lichaamsoefeningen" (OV 1957, 203)<br />

verstoken, wist inspecteur van de lichamelijke opvoeding A.A. Lamberts in 1957<br />

te melden.<br />

In 1941 leek de positie van het onderwijs in lichamelijke opvoeding te ver-<br />

beteren. Er werd weer een rijksschooltoezicht opgericht, dat zowel op school-<br />

gymnastiek toezicht diende te houden als op sport voor zover dat als buiten-<br />

schoolse activiteit uitgeoefend werd. Beide vormen van lichamelijke opvoeding<br />

werden gemspecteerd door een hoofdinspecteur, drie inspecteurs, een hoofd-<br />

consulent en zeventig consulenten, waarvan de laatsten zich overwegend met<br />

540

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!