27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Door minister van onderwijs J.M.L.Th. Cals werden deze opvattingen<br />

gezien als voorstellen tot een taakverdeling tussen het rijksschooltoezicht en het<br />

bijzonder schooltoezicht, een taakverdeling die een taakvermindering van het<br />

rijksschooltoezicht impliceerde en een taakuitbreiding van het bijzonder<br />

schooltoezicht. Hoewel voorstander van het bijzonder onderwijs sprak dit denk-<br />

beeld de minister van onderwijs niet aan. Ook de daaraan gekoppelde opvat-<br />

ting van een door de landelijke overheid gefinancierde eigen inspectie, werd<br />

door de minister categorisch afgewezen. "<strong>Een</strong> matig mens is zijn vrijheid<br />

waard", merkte de minister van onderwijs enigszins vinnig op, "maar een<br />

mens, die zich matigt in het vragen van overheidssteun, die zelf iets voor zijn<br />

vrijheid over heeft, kan die vrijheid ook in grotere mate beleven" (BHTSG 1961-<br />

1962, II, 2676). De ministeriele opmerking werd gesteund door het lid van de<br />

Tweede Kamer Van Bennekom die tevens inspecteur van het bijzonder onder-<br />

wijs was. De groepering waarvoor hij als vertegenwoordiger optrad, vreesde<br />

voor "beknotting van onze vrijheid, wanneer we met zilveren koorden aan het<br />

Rijk zouden zijn verbonden" (Bennekom 1960, 988). Oud-hoofdinspecteur van<br />

het lager onderwijs C. Kleijwegt merkte in zijn hoedanigheid van lid van de<br />

Tweede Kamer op, dat het rijksschooltoezicht zijn taak van de bevordering van<br />

de bloei van het onderwijs diende uit te strekken over het gehele Nederlandse<br />

schoolsysteem, ongeacht de verdeling ervan over het openbaar onderwijs en<br />

het bijzonder onderwijs. Zelfs wilde oud-onderwijsinspecteur Kleijwegt - hij<br />

meldde in de Tweede Kamer enkele malen als zodanig te spreken - het rijks-<br />

schooltoezicht geen overleg laten plegen "met een instantie" "die niet gelijk-<br />

waardig is" (BHTSG 1961-1962, II, 2988) aan de onderwijsinspectie van de lan-<br />

delijke overheid, zoals de inspecteurs van gemeentebesturen en van besturen<br />

van bijzondere scholen. De rijksschooltoezichthouder overlegde met de<br />

gemeentelijke schoolbesturen en met de schoolbesturen van het bijzonder<br />

onderwijs. Er kon geen sprake zijn, meende Kleijwegt, van overleg met de<br />

gemeentelijke inspecteur, de "bisschoppelijke inspecteur" of de "inspecteur van<br />

C.V.O.". Als er al sprake was van overleg, dan kon dat niet meer zijn dan een<br />

"volmaakt vrijblijvend overleg van de zijde van de rijksinspecteur" (BHTSG<br />

1961-1962, II, 2984). De rijksschooltoezichthouder diende te worden gezien als<br />

overheidsdie<strong>naar</strong> met zijn door de landelijke overheid verstrekte bevoegdheden<br />

ten opzichte van het Nederlandse schoolsysteem. Van afzonderlijke inspectora-<br />

ten van onderwijssectoren - van het gemeentelijke onderwijs en van het bijzon-<br />

448

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!