27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

deskundigheid". Inspecteur-generaal De Jager wilde "de verantwoordelijkheid<br />

voor een goede methodologische onderbouwing van inspectie-onderzoek niet<br />

alleen leggen bij de isd", de inspectie speciale diensten. Hij wilde dat ook bij de<br />

afzonderlijke sectoren van de inspectie kennis van methoden en technieken van<br />

onderwijskundig-didactisch onderzoek aanwezig was, evenals vaardigheid in<br />

het gebruik ervan. Alle rijksschooltoezichtsectoren dienden, <strong>naar</strong> de opvatting<br />

van de inspecteur-generaal De Jager, op de hoogte te zijn van en te kunnen<br />

werken met onderwijskundige researchmethoden van dataverzameling, zoals<br />

documentanalyse, observatie, instrumentconstructie en interviewen. ledere<br />

inspecteur diende te beschikken over methodologisch-technische basiskennis.<br />

Weliswaar zou de isd "een blijvend deskundigheidscentrum op het terrein van<br />

de methodologie van het inspectiewerk" blijven, maar in alle sectoren van het<br />

rijksschooltoezicht moesten "meer deskundigheden worden gemtegreerd"<br />

(AOeW 117.12.08.10602.1108, 2 februari 1990, 1 e.v.). Veel eerder - in 1980 -<br />

had inspecteur Bloo al geschreven over een inspectorale methodologie die<br />

bestond uit observaties als waarnemingen van interactie op mesoniveau en op<br />

microniveau, uit interviews als het verzamelen van feiten en meningen en uit<br />

documentonderzoek als verificatie van schriftelijke informatie (AOeW<br />

152.13.04.11, 9 december 1980, 6 e.v.). Inspecteur van de onderwijsverzorging<br />

J.K. de Vries meende in 1987 zelfs dat sedert "de inspectieleiding het accent"<br />

had gelegd "op het inspectieonderzoek i.p.v. op school- en instituutsinspectie",<br />

verwacht mocht worden dat "het inspecteren van scholen en instituten een<br />

achtergebleven" gebied zou worden. Naar de opvatting van inspecteur De Vries<br />

verschoof de aandacht van het rijksschooltoezicht van schoolbezoek <strong>naar</strong> het<br />

inspectieonderzoek. Hij bleek zelfs enigszins beducht voor een "inspectie-nieu-<br />

we-stijl" met een "nieuwe generatie inspectiefunctionarissen met een onder-<br />

zoekscultuur" (AOeWd 117.15.05.1267, januari 1987) die bij alle rapportages<br />

gekenmerkt zou worden door het gebruik van de werkelijkheid reducerende<br />

onderzoeksmethoden en onderzoekstechnieken.<br />

De verwachtingen van inspecteur De Vries waren grotendeels gebaseerd<br />

op ontwikkelingen die sedert de jaren tachtig van de twintigste eeuw tot ont-<br />

wikkeling waren gekomen. In 1987 werd door een werkgroep die bestond uit<br />

inspecteur voor speciale diensten mevrouw AA.W.H. Peters-Sips, hoofdinspec-<br />

teur avo J.H.T Lambooij en coordinerend inspecteur bo P.A. Stobbelaar, een<br />

nota uitgebracht, waarin opgemerkt werd dat inspectieonderzoek verantwoord<br />

802

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!