27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

verandering. De tradities van de zestiende eeuw werden ook nog gedurende de<br />

negentiende en twintigste eeuw - rond 1860 waren er 232 weeshuizen (Hallema<br />

1964, 372) - gekoesterd (Hallema 1929, 124 e.v.). De regenten stonden, evenals<br />

de landelijke overheid, een religieus-zedelijke opvoeding voor die de aan hen<br />

toevertrouwde kinderen diende te vormen tot beschaafde inwoners van<br />

Nederland. De moeder en vader van het weeshuis - in de twintigste eeuw direc-<br />

trice en directeur genaamd - moesten onder toezicht van de regenten de kinde-<br />

ren brengen tot beleefd gedrag (Hogenstijn 1994, 113). <strong>Een</strong> aan de weeshuizen<br />

verbonden onderwijzer gaf, als vanouds (Woldendorp 1933, 67), onderwijs in<br />

kennis en vaardigheden. <strong>Een</strong> voortgezette opleiding die veelal gegeven werd bui-<br />

ten de weeshuizen, bestond doorgaans uit een beroepsopleiding bij een<br />

ambachtsman of uit een voorbereiding op werkzaamheden in de landbouw op<br />

een boerderij. De jongens moesten worden voorbereid op het uitvoeren van,<br />

zoals het in vroeger eeuwen geformuleerd werd, "eerlijke ambagten off kostwin-<br />

ningen" (Moorman van Kappen 1981, 76). Meisjes kregen, als in vroeger dagen,<br />

onderwijs in borduren, breien, verstellen en huishoudelijk werk. Ze dienden te<br />

gelegener tijd goede vrouwen en moeders of dienstbodes te zijn. <strong>Een</strong> enkele leer-<br />

ling die blijk gaf over bijzondere kwaliteiten te beschikken, mocht een vorm van<br />

middelbaar onderwijs bezoeken. Op deze ontwikkelingen zagen de regenten in<br />

hun hoedanigheid van schoolopzieners van het weeshuis toe. Ze wensten een<br />

gepaste uitvoering van de door hen in reglementen opgestelde voorschriften.<br />

In de loop van de negentiende eeuw kwam in het beleid met betrekking<br />

tot de opname van weeskinderen verandering. De regenten namen zo min<br />

mogelijk kinderen in de weeshuizen op. Ze probeerden daarentegen de wezen<br />

die aan hun zorg waren toevertrouwd, in pleeggezinnen te plaatsen. Bovendien<br />

was er sprake van een dalende behoefte. Betere levensomstandigheden en<br />

hogere levensverwachtingen verminderde het aantal verweesde kinderen<br />

(Dankers e.a. 1991, 42 e.v.). Verder werden er geen weeshuisonderwijzers meer<br />

benoemd, zodat de weeshuiskinderen met de kinderen uit pleeggezinnen <strong>naar</strong><br />

instituten van het reguliere onderwijs gingen, onderwijsinstellingen die gecon-<br />

troleerd werden door leden van het rijksschooltoezicht. De onderwijzers van de<br />

lagere scholen rapporteerden de regenten over de prestaties van de weeshuis-<br />

kinderen en de pleeggezinkinderen. In de loop van de tijd verloren de regenten<br />

een deel van hun traditionele taak. Door vermindering van het aantal weeshui-<br />

zen verviel een gedeelte van het hierbedoelde bijzonder schooltoezicht.<br />

253

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!