27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

pen, welke voor de meervermogende klasse der maatschappij van een alge-<br />

meen of bijzonder nut zijn en bepaaldelijk ook met die, welker verkrijging<br />

noodzakelijk is tot het doen der hoogere studien". Het hoger onderwijs was<br />

verantwoordelijk voor academische opleidingen teneinde "de wetenschap te<br />

volmaken en uittebreiden en om die kundigheden mede te deelen welke<br />

noodzakelijk zijn, voor de uitoefening der geleerde standen, en voor het beklee-<br />

den der voornaamste bedieningen in de staat" (Nooij 1939, 223 e.v.).<br />

Het onderwijskundige beginsel van het Nederlandse schoolsysteem had<br />

betrekking op de ontwikkeling van de cognitieve mogelijkheden van leerlin-<br />

gen. <strong>Een</strong> reeks van vakken was opgenomen in het onderwijsprogramma van<br />

lagere scholen, middelbare scholen, vakscholen en scholen voor het voorberei-<br />

dend hoger onderwijs om de intellectuele kwaliteiten van leerlingen te bevor-<br />

deren. Het rijksschooltoezicht achtte zich, in opdracht van het oppertoezicht,<br />

verantwoordelijk voor de intern-inhoudelijke aspecten van het Nederlandse<br />

schoolsysteem met uitzondering van het hoger onderwijs. De rijksschool-<br />

toezichthouders leken het Hemkes na te zeggen toen hij in 1862 schreef:<br />

"Onderwijzen is, kennis en vaardigheid mededeelen" (Hemkes 1862, 12).<br />

Onderwijsinspecteurs en schoolopzieners controleerden en evalueerden opdat<br />

onderwijs op verantwoorde wijze plaatsvond. Zij stimuleerden onderwijs-<br />

gevenden tot cognitieve ontwikkeling van de kwaliteiten van hun leerlingen.<br />

4.4.3 Het inspectorale schooltoezicht<br />

Het onder het oppertoezicht van de minister van binnenlandse zaken<br />

gestelde rijksschooltoezicht was voor het lo en het mulo in 1857 in handen<br />

gesteld van elf provinciale inspecteurs, een aantal dat in 1878 teruggebracht<br />

werd tot drie inspecteurs. Ze werden vanaf 1857 bijgestaan door districtsschool-<br />

opzieners en sedert 1878 aangevuld met arrondissementsschoolopzieners. Het<br />

toezicht op het mo werd sedert 1863 uitgeoefend door drie inspecteurs, een<br />

aantal dat in 1878 vervangen werd door twee inspecteurs. Rond de eeuwwisse-<br />

ling kwamen er nog drie inspecteurs van het middelbaar onderwijs bij ten<br />

behoeve van het toezicht op bro, de vaktheoretisch georienteerde "ecoles<br />

professionnelles", en vakonderwijs, de als vaktheoretisch-praktische "ecoles<br />

d'apprentissage" te kwalificeren onderwijsinstituten (Romeijn 1866, 4). De<br />

onderwijsinspectie van het middelbaar onderwijs kende geen assisterende<br />

schoolopzieners. Op het voorbereidend hoger onderwijs werd sedert 1876 toe-<br />

245

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!