27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ten te beperken, nam in de loop van de vijftiende en zestiende eeuw de hoe-<br />

veelheid onderwijsinstituten toe. De controle op de oprichting van met name<br />

lagere vormen van onderwijs bleek verre van effectief (Esseboom 1995, 125).<br />

Het plaatselijke schoolsysteem bestond na enkele decennia uit een veelheid<br />

van kleine-kinderscholen voor leerlingen van vijf tot zeven jaar, lagere scholen<br />

- Duytse scholen genoemd - voor leerlingen in de leeftijd van zeven tot tien of<br />

twaalf jaar en Franse scholen en Latijnse scholen voor leerlingen die in leeftijd<br />

varieerden van tien tot vijftien of zeventien jaar (Dodde 1997a, 79 e.v).<br />

Sommige Franse scholen en Latijnse scholen combineerden ook nog het lager<br />

onderwijs en voortgezet onderwijs in een onderwijsinstituut.<br />

Nieuw waren de verschillende onderwijsinstituten niet. Elke soort had zijn<br />

geschiedenis. Instellingen als kleine-kinderscholen zouden er al sedert om-<br />

streeks 1245 zijn geweest (Verbeeten 1937, 4 e.v.). Moeders die niet alleen<br />

binnenshuis, maar ook buitenshuis werk moesten verrichten, zochten <strong>naar</strong> ver-<br />

zorgsters - bewaarsters - voor hun kleintjes. Bewaarschooltjes voldeden aan<br />

die behoefte. Deze schooltjes werden in de periode van omstreeks 1400 tot<br />

1600 in de gestructureerde gelaagdheid van het Nederlandse schoolsysteem<br />

als onderste onderwijslaag opgenomen. De kleintjes werden er beziggehouden<br />

met zingen en met het leren van gebeden. Sommige bewaarsters leerden de<br />

kinderen ook de letters van het alfabet. Na de bewaarschool volgde de lagere<br />

school. Het waren veelal op zichzelf staande onderwijsinstituten. In de loop<br />

van de zestiende eeuw waren in enkele steden namelijk de lagere klassen van<br />

de Latijnse school afgestoten om een Duytse school te worden voor lager<br />

onderwijs. Ongeveer twee eeuwen later bleek deze Duytse school een viertal<br />

vormen van lager onderwijs te omvatten, te weten particuliere scholen voor<br />

lager onderwijs, stedelijke armenscholen, kerkelijke armenscholen en wees-<br />

huisscholen. Armenscholen waren onderwijsinstituten bestemd voor kinderen<br />

van bedeelde armen en armlastige arbeiders. Het stadsbestuur en het kerkbe-<br />

stuur zorgden voor hen. Weeshuisscholen waren onderwijsinstituten die deel<br />

uitmaakten van tehuizen voor verweesde meisjes en jongens. Sommige wees-<br />

huizen hadden een ruimte vrijgemaakt om er door de zogenoemde binnenva-<br />

der en zijn assistenten onderwijs te laten geven aan kinderen van wie een of<br />

beide ouders overleden waren. Particuliere lagere scholen waren onder-<br />

wijsinstituten die tegemoet kwamen aan de onderwijsverlangens van gegoede<br />

ouders voor hun kinderen. Afhankelijk van de hoogte van het schoolgeld kre-<br />

53

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!